********** |
De Nieuwe tijd
van 1.500
tot nu
Zestiende eeuw
Aan het einde van de 15e en
het begin van de 16e eeuw ontstaat in Engeland en
Schotland een aantal verenigingen die regelmatig
samenkomen om te vergaderen. Vooral in Schotland was dit
populair omdat de Schotse reformatie elke vorm van
gezelligheid en verenigingsleven uit de godsdienstbeleving
verbannen had. Deze vergaderingen hebben enerzijds een
sociaal en gezellig karakter. Anderzijds hebben deze
vergaderingen een inhoudelijk of filosofisch karakter. Men
komt samen rond een bepaald inhoudelijk thema. Burgers en
notabelen met veel tijd en geld wensen zich te profileren
en te ontplooien. De voorgeschiedenis van de
vrijmetselarij is speculatief. Bekend is de band met de
oorspronkelijk Engelse en Schotse steenhouwersgilden die
met afspraken en gebaren hun beroep afschermden. Slechts
vanaf het begin van de 18e eeuw kan enige objectiviteit in
de geschiedenis van de vrijmetselarij worden geschetst.
Met de uitvinding van de
musket wordt de ridder overbodig. Want een kogel uit een
musket kan de krachtige wapenrusting van een ridder vanaf
200 meter afstand doorboren. De eerste geweren zijn wel
erg zwaar en moeilijk te bedienen, een goedgetrainde
soldaat doet er 10 tot 15 minuten over om zijn musket te
laden.
1502 AD koerste Columbus, na een vlotte
oversteek van de Atlantische Oceaan, naar Santo Domingo,
waar
Nicolas De Ovando
(1451 - 1511), een Spaans conquistador, hem de toegang tot
de haven ontzegde. De Ovando negeerde Columbus'
waarschuwing voor een naderende orkaan. Terwijl Columbus
zich schuilhield in een naburige baai, vertrok de
rijk beladen retourvloot naar Spanje. Negentien schepen met
vijfhonderd opvarenden vergingen in de storm. Ironisch
genoeg vervoerde het enige behouden schip Columbus'
aandeel van de inkomsten van de kolonie. Santo Domingo
werd praktisch met de grond gelijk gemaakt. Columbus stak
in westwaartse richting de Caraïbische Zee over totdat hij
een maand later aankwam bij de Islas de la Bahía voor de
kust van Honduras. De overtocht was een riskante
aangelegenheid vanwege de vele koraalriffen, grillige
stromingen en het stormachtige weer. De inheemse bevolking
hier had een duidelijk hoger beschavingspeil dan die op de
eilanden. Columbus trof er handelaren die waarschijnlijk
Maya's van het schiereiland Yucatán waren. Hij besloot
echter niet verder naar het westen door te zetten, maar de
kust in oostelijke richting te volgen, op zoek naar een
doorgang. Het kostte Columbus vier maanden om de 1500
kilometer tot Panama af te leggen langs deze snikhete,
door malaria en tropische stortbuien geteisterde
kuststrook. In Panama vond hij een goudrijke streek, die
hij Veragua doopte. De schepen werden ondertussen
aangevreten door paalworm en de meeste opvarenden waren
ziek. Ook Columbus werd ziek en lag enige tijd in coma. Na
vijandelijkheden met de lokale Indianen zette Columbus
koers in de richting van Hispaniola. De schepen strandden
echter op Jamaica, te lek om nog verder te varen. Twee
bemanningsleden voeren met een kano naar Santo Domingo om
hulp te vragen, maar Nicolás de Ovando gaf geen krimp.
Tijdens zijn verblijf op Jamaica kon Columbus de Taíno,
een indianenvolk, te overhalen hem van voedsel te blijven
voorzien omdat hij met succes een maansverduistering wist
te voorspellen met behulp van de tabellen van
Regiomontanus. In 1504 kwam er hulp voor de
schipbreukelingen en Columbus zette weer koers naar
Spanje.
1504 AD wordt Johanna van Castilië, vrouw van
Filips de Schone, Konigin van Castilië.
1506 AD wordt
Karel V (1500 - 1558), zoon
van Filips de Schone en Johanna van Castilië de
waanzinnige, op 6-jarige leeftijd Heer van de Nederlanden,
en later koning van Spanje, en daarna Rooms Duits koning
en keizer en aartshertog van Oostenrijk. Zijn grootvader
Maximiliaan trad op als regent van de Habsburgse
Nederlanden en benoemde zijn dochter
Margaretha van
Oostenrijk (1480 - 1530) als landvoogdes. Zij
resideerde in Mechelen en maakte de stad tot feitelijke
hoofdstad van de Habsburgse Nederlanden.
1508 AD wordt Maximiliaan I van Oostenrijk door
Paus Julius II gekroond tot Keizer van het Heilige Roomse
Rijk. De gesloten Vrede van Kamerijk, tussen Margaretha
van Oostenrijk en
Lodewijk XII van
Frankrijk is gunstig voor Oostenrijk en voor de
Nederlanden.
Michelangelo di
Lodovico Buonarroti Simoni (1475 - 1564), beter bekend onder alleen zijn voornaam
Michelangelo, een Italiaans kunstschilder, beeldhouwer,
architect en dichter, wordt beschouwd als een van de
belangrijkste kunstenaars uit de Italiaanse renaissance.
Wanneer Paus Julius II besluit dat er een nieuw fresco
geschilderd moet worden op het plafond van de Sixtijnse
kapel, contracteerde hij Michelangelo, hoewel deze zich
tot dan toe vooral met beeldhouwen bezig had gehouden.
Michelangelo schilderde de fresco's voor een bedrag van
3000 dukaten.
Rafaël (1483 - 1520), een
Italiaanse kunstschilder en architect uit de
hoogrenaissance, heeft naast fresco's, altaarstukken en
portretten ook ontwerpen gemaakt voor kerken, palazzo's en
wandtapijten. Mogelijk was hem ter ore gekomen dat er in
het Vaticaan, destijds onder paus Julius II,
privévertrekken waren die opnieuw gedecoreerd moesten
worden. Rafaël was in Rome onder meer verantwoordelijk
voor de decoratie van vier zalen in het Apostolisch paleis
in Vaticaanstad, de Stanza della Segnatura, de Stanza di
Eliodoro, de Stanza dell' Incendio en de Sala di
Costantino. Al heel snel gold hij in het Vaticaan, op
Michelangelo na, als de belangrijkste kunstenaar. Hij zou
er de rest van zijn korte leven blijven. De eerste zaal,
de Stanza della Segnatura (1509 - 1511), is gewijd aan het
menselijk verstand en bevat onder meer twee grote
fresco’s, De Atheense school en de Disputa, dat een groep
klassieke filosofen toont met in het midden Plato en
Aristoteles. Het tweede fresco is vergelijkbaar van opbouw
en beeldt christelijke theologen af, gegroepeerd onder
Jezus. De tweede zaal, de Stanza di Eliodoro (1511 - 1514), heeft als thema de goddelijke interventie. De mate
van betrokkenheid van Rafaël bij de andere twee zalen is
onduidelijk. Het eigenlijke werk zou vooral door
assistenten zijn gedaan.
1509 AD wordt Hendrik VII van Engeland, opgevolgd
door zijn zoon Hendrik. De jonge
Hendrik
VIII (1491 - 1547) werd opgevoed onder invloed
van de opkomende renaissance en was een talentvol
componist, jager en toernooiridder. In het begin van zijn
regering voerde Hendrik VIII oorlog met Frankrijk.
Erasmus (1466 - 1536), een
Hollands priester, augustijner kanunnik, theoloog,
filosoof, schrijver en humanist, publiceert Lof der
zotheid een kritiek op geestelijken en vorsten, dat hij
opdraagt aan
Thomas More (1478 - 1535), een Engels jurist, staatsman, filosoof en humanist,
die in 1516 het boek Utopia, over een onbestaand eiland
waar er geen privé bezit was, schreef.
1511 AD richte
Paus Julius II
(1443 - 1513) de Heilige Liga op, een alliantie met als doel
de Franse macht in Italië te breken. Hendrik VIII zag de
Heilige Liga als een mogelijkheid om zijn bezit in
Noord-Frankrijk te vergroten en sloot zich daarom bij de
Liga aan. De Engelsen versloegen een Frans leger in de
Slagbij Guinegate terwijl koning
Jacobus IV van Schotland
(1473 - 1513), een bondgenoot van koning Lodewijk XII, Noord Engeland
binnen viel maar de invasie werd beëindigd toen Jacobus in
1513 om het leven kwam.
Diego Velázquez de Cuellar
(1465 - 1524)
was een Spaanse conquistador en gouverneur van Cuba. Hij kwam aan in de Nieuwe
Wereld als bemanningslid van Christoffel Columbus en
leidde de verovering van het eiland Cuba, hij
bouwde een villa op de plaats van de huidige stad Baracoa,
wat hiermee de oudste Europese vestigingsplaats op Cuba
is. Verder stichtte Velázquez de steden Havana en Santiago
de Cuba. Hij gaf toestemming aan Francisco Hernández de
Córdoba voor verkenningen naar het westen (Yucatán) en aan
Hernán Cortés (Mexico). Nadat Cortés een aparte kolonie in
Mexico had gesticht om niet meer onder Velázquez te
vallen, stuurde Valázquez een leger op hem af. Dit leger werd
echter verslagen en de meeste soldaten liepen over naar
Cortés. De eerste bereikten Spanjaarden Meso-Amerika.
1514 AD vertrok
Hernando de Soto
(1497 - 1542), een Spaanse conquistador, die zocht naar
rijkdommen in het zuidoosten van de huidige Verenigde
Staten, naar Amerika met de expeditie
van Pedro Arias Davila, ook een Spaanse conquistador, die
als Gouverneur de stad Panama stichtte. De Soto maakte in
de jaren 20 zijn kapitaal dankzij een grote rol in de
slavenhandel vanuit Nicaragua en Panama. Later had hij een
belangrijke rol in de verovering van Peru door
Francisco
Pizarro (1478 - 1541), die hij van schepen voorzag. De Soto versloeg de
Inca's in de slag bij Cajamarca (1532) en veroverde Cuzco.
1515 AD eindigde de taak van Margaretha van
Oostenrijk toen Karel V tijdens een plechtige vergadering van
de Staten-Generaal meerderjarig werd verklaard, ondanks
dat hij dat toen nog niet was. Margaretha bleef een
belangrijke rol spelen, omdat Karel V aan een lange
rondreis door zijn Rijk begon tijdens dewelke in vele
steden de traditionele Blijde Inkomst plaatsvond ter
inhuldiging van de nieuwe vorst.
1516
AD wordt Johanna van
Castilië, de waanzinnige, koningin van Aragon maar haar
zoon Karel V neemt het regentschap over en wordt alzo
koning van Spanje.
1517 AD spijkert
Maarten Luther (1483 - 1546),
een Augustijner monnik en een Duits protestantse theoloog
en reformator, zijn 95 stellingen tegen
de deur van de kerk in het Duitse Wittenberg, dit is het
begin van de Reformatie, het ontstaan van protestantse
kerken. Luther werd geconfronteerd met mensen die hun
zonden kwamen biechten en daarna hun aflaten lieten zien,
zodat hij ze als biechtvader geen boetedoening kon
opleggen en slechts de absolutie kon geven. Voor het
kwijtschelden van straf voor zonden door de Paus was
biecht, berouw en vergiffenis nodig, maar het aankopen van
de aflaat was voldoende om de zondestraffen
kwijtgescholden te krijgen zonder grote persoonlijke
inzet. Luther vond dit een misstand en wilde dit aanklagen
en rechtzetten, en ging er ten onrechte van uit dat de
Paus de misbruiken van de aflaatverkoop ook zou
veroordelen.
Het Ottomaanse Rijk, een
wereldmacht met als centrum Constantinopel, verovert de rest van Mammelukkenrijk in Egypte.
1519 AD leidt
Ferdinand Megellaan
(1480 - 1521), een Portugese ontdekkingsreiziger, in
Spaanse dienst de eerste zeilreis rond de wereld. De
Armada de Moluccas verliet Cadiz en bestond uit
vijf schepen, het vlaggenschip Trinidad en de schepen San
Antonio, Concepción, Victoria en Santiago. Uit angst voor
onderschepping door een Portugese vloot koos Magellaan
voor een zuidelijke koers richting Kaapverdische Eilanden
en zette daarna koers naar Brazilië. De expeditie bereikte
de Río de la Plata, maar vond hier geen doorgang. Verder
naar het zuiden belandde de vloot in terra incognita.
Magellaan bedwong een muiterij van drie schepen en
overmeesterde de muitende schepen één voor één. De
Spanjaarden vonden de zeestraat tussen Vuurland en het
vasteland van Zuid-Amerika dat later de naam kreeg "Straat
van Magellaan". Magellaan bereikte na 38 dagen varen de
Stille Oceaan. De drie overgebleven schepen begonnen aan
de reis over de onbekende oceaan. Uiteindelijk voltooide
slechts één schip de reis rond de wereld, de zwaar
gehavende Victoria kwam, zonder Magellaan die op de
Filipijnen werd gedood, op 6 september 1522 in Spanje aan
met nog slechts 18 van de 237 bemanningsleden.
Hernán Cortés (1485 - 1547) onderwerpt de Azteken en ook de rest van
Meso-Amerika wordt in rap tempo veroverd, al zou het nog
decennia duren voordat de indianen in de bergen van Oaxaca
of de wouden van Yucatán definitief waren onderworpen. Hernán Cortés voer de rivier de Grijalva,
op de grens van Mexico en Guatemala, op en
eiste de nederzetting Potonchán op voor de vorsten van
Spanje. De inwoners vielen de veroveraars aan, maar toen
deze enkele kanonnen aan land konden zetten, joeg het
gebulder hen op de vlucht. Cortés nam de stad in en
hernoemde haar Santa María de la Victoria. Enkele dagen
later kwam het opnieuw tot strijd en merkte hij dat
ruiters te paard nog meer indruk maakten, opnieuw sloegen
de indianen op de vlucht en enkele dagen later kwam een
delegatie terug met geschenken. Er volgde een formele
onderwerping. Onder de twintig dienaressen die deel waren
van de geschenken, was ook Malinali bijgenaamd La
Malinche, een Azteeks meisje dat de geliefde werd van
Cortés. Ze sprak Maya en Nahuatl en weldra ook Spaans, en
zou een uiterst loyale en competente gezel worden op zijn
veroveringstocht door het Azteekse rijk.
1520 AD wilde Keizer Maximiliaan I zijn lijn voortzetten en
schoof daarom zijn kleinzoon Karel V als zijn opvolger
naar voren. Koning
Frans I van Frankrijk (1494
- 1547)
presenteerde zichzelf als tegenkandidaat en na het
overlijden van Maximiliaan I steunde steunde Paus Leo X
(1475 - 1521),
bedreigd door Spaanse troepen, de Franse kandidaat. De
keurvorsten steunden beide kandidaten, met uitzondering
van Frederik III van Saksen. Vóór zijn dood had
Maximiliaan al 500.000 florijnen aan de keurvorsten
beloofd in ruil voor hun stem, maar Frans I bood tot drie
miljoen, waarna Karel V terugsloeg door grote bedragen te
lenen van de bankier Jakob Fugger. De uiteindelijke
uitkomst werd echter niet bepaald door exorbitante
bedragen aan smeergeld. De algemene weerstand onder de
bevolking tegen een Franse keizer gaf de keurvorsten een
pauze en toen Karel V een leger op de been bracht, kozen
zij hem uiteindelijk tot Rooms-Duitse koning, als vijfde
met de naam Karel. Karel V werd plechtig tot Rooms-Duitse
koning gekroond in de Dom van Aken. Hij vaardigt het
Eerste plakkaat tegen de Lutheranen uit en de rest van
zijn leven zal Karel V twee oorlogen voeren, die tegen de
Reformatie en die tegen Frankrijk, beide op Nederlandse
bodem.
1522
AD stelt Karel V in de
Nederlanden naar Spaans voorbeeld de inquisitie in.
Mechelen ontving het eerste plakkaat.
1530
AD wordt Karel V in
Bologna door
Paus Clemens VII tot keizer van het
Rooms-Duitse Rijk getroond, waarna hij zich, in navolging
van zijn grootvader, tevens "gekozen Rooms keizer"
(Erwählter Römischer Kaiser) noemde. Hendrik VIII van
Engeland was ook kandidaat voor het keizerschap van het
Heilige Roomse Rijk maar hij moest uiteindelijk het
onderspit delven. Na de dood van Margaretha
van Oostenrijk benoemt Karel V zijn zuster en
dochter van Filips de Schone en Johanna van Castilië de
waanzinnige,
Maria van Hongarije (1505
- 1558) als
landvoogdes van de Nederlanden. De stadhouders en de hoge
adel moeten onder haar gezag veel van hun macht inleveren.
1531 AD stelt Keizer Karel V
het Eeuwig Edict op dat de basis vormt voor de wetgeving
van de Nederlanden. Maria van Hongarije is echter niet
geheel afkerig van de Reformatie. Een nieuw edict stelt de
Anabaptisten, een andere staatsgevaarlijke sekte die
geweld prediken om door het zwaard 'het rijk des Heren' te
stichten, buiten de wet door ieder die hun leer aanhangt
met de dood te straffen.
Huldrych Zwingli (1484 - 1531)
één van de leiders van de Zwitserse Reformatie was min of
meer onafhankelijk van Maarten Luther maar kwam door het
bestuderen van de Bijbel vanuit humanistisch oogpunt tot
vergelijkbare conclusies aangaande kerk en geloof.
Zwingli's vertaling van de Bijbel, de Froschauer Bijbel
uit 1531, was het resultaat van Zwingli's opvatting dat de
hele Bijbel vanuit de grondtalen moest worden verstaan.
Hiertoe organiseerde hij met behulp van taalgeleerden
bijbelstudiebijeenkomsten om tot een juiste lezing en
interpretatie van de Bijbel te komen.
1533 AD werd de oorlog met Frankrijk beëindigd en
de problemen in het privéleven van Hendrik VIII gaven de
geschiedenis van Engeland een radicale wending. Toen
Hendrik VIII Anna Boleyn leerde kennen zocht hij naar een
manier om zich van zijn eerste vrouw
Catharina van Aragon,
met wie hij een dochter Mary had, de latere Mary I, te
laten scheiden. Hierbij werd hij geholpen door zijn Lord
Chancellor, kardinaal
Thomas Wolsey (1471 - 1530), die met de Bijbel in
de hand argumenten verzamelde om het huwelijk te
ontbinden. Catharina vocht de scheiding aan bij Paus
Clemens VII die weigerde zijn goedkeuring te geven aan de
scheiding. Tot dit moment had Hendrik VIII zich ijverig
toegewijd aan het uitroeien van de reformatie in Engeland,
hij had zelfs de titel Verdediger van het Geloof ontvangen
van Paus Leo X. Na de afwijzing van de scheiding door de
Paus weigerde kardinaal Wolsey alle verdere medewerking
aan de plannen van de koning. Zijn opvolger als Lord
Chancellor was de pragmatische filosoof Thomas More, ook
hij kon zich niet vinden in de scheiding van Catharina en
de verwijdering tussen de koning en de Kerk. Het huwelijk tussen Hendrik VIII en Catharina
werd ontbonden
door bisschop
Thomas Cranmer (1489 - 1556) en een jaar later voerde
Hendrik de Act of Supremacy in, waardoor hij het hoofd van
de Anglicaanse Kerk werd. Hij maakte zich hiermee los van
de Katholieke Kerk. Niets stond een huwelijk tussen hem en
Anna Boleyn
(1501 - 1536) toen meer in de weg. Dit betekende evenwel nog
geen breuk tussen de Kerk van Engeland en de katholieke
traditie. Hendrik handhaafde de katholieke liturgie. In de
ogen van de Paus en de meeste katholieken stond het
handelen van Hendrik VIII gelijk aan geloofsafval en
ketterij. Het Engelse Parlement werkte gewillig mee aan de
breuk.
De Frans-Zwitserse theoloog
Johannes Calvijn (1509 - 1564) zou zich ontpoppen als de
belangrijkste protestantse hervormer van Europa. De
beweging van Calvijn, die later het calvinisme genoemd zou
worden, zorgde voor een tweede reformatorische golf, nadat
aanhangers van het lutheranisme van Maarten Luther de
eerste vervolgingen door de Rooms-Katholieke Kerk hadden
ondervonden. Het calvinisme kreeg weerklank in de
Nederlanden, Zwitserland, Schotland en Frankrijk
(hugenoten) en werd via het kolonialisme geëxporteerd naar
overzeese gebieden in Amerika en zuidelijk Afrika.
1534 AD werd de Sociëteit van Jezus,
bekend als de jezuïeten, een katholieke religieuze orde in Parijs opgericht door een groep
studievrienden rond
Ignatius van Loyola (1491
- 1556). Het
doel van de jezuïeten was en is hulp aan de naaste.
Jezuïeten leven doorgaans niet in kloosters, maar in
gewone huizen, jezuïetenhuizen genaamd. Zij hebben geen
eigen ordekleed. Net als veel andere orden leggen zij
geloften af van kuisheid, armoede en gehoorzaamheid. Zij
onderscheiden zich van andere orden vooral door een
bijzondere gelofte van gehoorzaamheid aan de paus voor de
zending en vallen niet onder het gezag van een bisschop.
De jezuïeten richtten zich in het verleden vooral op
onderwijs en bekering.
1535 AD werd Thomas More wegens hoogverraad onthoofd. Hendrik VIII verbrak
de eeuwenoude banden met Rome en een staatskerk, die
volledig ondergeschikt was aan de monarchie, werd
ingevoerd. Het was vooral
Thomas Cromwell (1485 - 1540), een
Engels staatsman, die de maatregelen bedacht en uitvoerde.
1536
AD wordt Wales door het
koninkrijk Engeland geannexeerd, en in hetzelfde jaar
wordt Anna Boleyn, de moeder van de latere Elizabeth I,
onthoofd. Nog geen maand later hertrouwde Hendrik VIII,
deze keer met
Jane Seymour. Zij baarde een zoon, de latere
Eduard VI, maar stierf 12 dagen later in het kraambed.
Zijn volgende vrouw was
Anna van Kleef, de koning scheidde
van haar tijdens het eerste jaar van het huwelijk.
Vervolgens huwde hij
Catharina Howard, die in 1542 werd
onthoofd. Hendriks laatste huwelijk, en wellicht ook zijn
gelukkigste, was met
Catharina Parr.
1539 AD dringen de Spanjaarden als eerste Europeanen noordelijk Amerika binnen. Deze hadden zich voordien gevestigd in
Mexico. Op het moment dat zij het noorden verkenden,
bestond het huidige grondgebied van de Verenigde Staten
hoofdzakelijk uit uitgestrekte wouden, prairies en
woestijnen. Hernando de Soto, een Spaans conquistador,
trok Florida binnen en begon een expeditie door
het zuidoosten. Zijn expeditie leverde niet de rijke buit
op die hij ervan voorspeld had en dit maakte voorlopig een
eind aan Europese inmenging. Toch had het contact een
belangrijk gevolg, de invoering van het paard. Dit dier
zou het leven van de bevolking van de uitgestrekte prairie
sterk veranderen. In het gebied ten noorden van Mexico
leefden naar schatting ongeveer een half miljoen indianen
op het moment dat de kolonisatie vanuit Europa begon. Hun
leefwijzen verschilden sterk, sommigen waren nomaden,
anderen leefden sedentair. Zowel landbouw, jacht als
visserij werden door hen bedreven. Er bestonden meer dan
zeshonderd indianentalen.
In Frankrijk heeft Koning Frans I als renaissance-vorst bij uitstek,
veel gedaan voor de nationale cultuur en de verdere
centralisatie van het bestuur, met name door de stichting
van het Collège de France en het invoeren van het Frans
als officiële taal. Het sinds de 14e eeuw uit de
Langues d'oïl, respectievelijk het Oudfrans voortgekomen
Middelfrans kreeg daarmee definitief de overhand op de
zuidelijke Langue d'Oc. Er werd een serieus begin gemaakt
met het structureren van de Franse grammatica. Er
verschenen ook woordenboeken.
1542 AD begint Keizer Karel V een oorlog met koning Frans I van Frankrijk en vraagt
de steun van landvoogdes Maria van Hongarije maar zij wil,
naar Margaretha's voorbeeld, de neutraliteit van de
Nederlanden handhaven, Karel V weigert dit en hij weigert
ook het ontslag dat zij hem aanbood.
1543 AD stelde
Nicolaas Copernicus
(1473 - 1543), een wiskundige en astronoom, een
heliocentrisch model van het universum op waarbij de zon,
in plaats van de aarde, in het centrum van de toen bekende
planeten en vaste sterren werd geplaatst. De uitgave van
Copernicus' boek "Over de omwentelingen van de
hemellichamen", net voor zijn dood, wordt
beschouwd als een belangrijk moment in de
wetenschapsgeschiedenis. Hiermee begon de Copernicaanse
revolutie en het boek droeg bijzonder veel bij aan de
wetenschappelijke revolutie.
Andreas Vesalius
(1514 - 1564), een Vlaamse arts, schrijft zijn boek
over het menselijk lichaam en Gemma Frisius (1508 - 1555), een
Nederlands geograaf, wiskundige en arts, ontwikkelt de camera obscura, de eerste camera.
De Zeventien Provinciën, waarmee de Habsburgse Nederlanden werden
aangeduid nadat Keizer Karel V het hertogdom Gelre had
ingelijfd, verenigen zich. Het was er een min of meer
aaneengesloten en afgerond geheel van landheerlijkheden.
1545 AD speelde
John Knox (1514 - 1572), een
Schots kerkhervormer, een belangrijke rol in
de reformatie van de kerk in Schotland, die hij hervormde
tot een presbyteriaanse kerk. Kenmerkend voor deze
kerken is dat taken die in episcopaalse kerken zijn
voorbehouden aan een bisschop, hier worden uitgeoefend
door leken. Deze leken worden presbyters of ouderlingen
genoemd. De opvattingen van presbyterianen zijn gebaseerd
op het gedachtegoed van Johannes Calvijn en vallen dan ook
onder het calvinisme. Presbyteriaanse theologie benadrukt
doorgaans de soevereiniteit van God, het gezag van de
Schrift en de noodzaak van genade door het geloof in
Christus.
1547 AD was
Eduard VI (1537 - 1553),
zoon van Hendrik VIII en Jane Seymour, slechts negen jaar oud toen zijn vader stierf en hij
hem opvolgde. De rol van de jonge koning werd
beperkt tot het zuiver ceremoniële.
1548 AD worden de Zeventien Provinciën onafhankelijk, door de Transactie van
Augsburg, en maken zich los van het Rooms Duitse Rijk.
1550 AD vaardigt Karel V in
de Nederlanden het Bloedplakkaat uit tegen de wederdopers
of anabaptisten. Hiermee wordt het drukken, schrijven,
verspreiden en bezitten van ketterse boeken en
afbeeldingen, het bijwonen van ketterse bijeenkomsten, het
prediken van een tegendraadse religie en het huisvesten
van ketters, met de doodstraf en inbeslagname van alle
goederen bestraft. Door dit nieuw Bloedplakkaat
worden ketters en anabaptisten met de doodstraf bestraft.
Anabaptisme is een kerkelijke stroming uit de tijd van de
Reformatie. Zij verschilt van andere reformatorische
bewegingen doordat zij stelt dat alleen gelovigen gedoopt
mogen worden. Omdat destijds iedereen al als kind was
gedoopt, moest men opnieuw worden gedoopt door volwassen
gelovigen. Daarom worden zij ook wel wederdopers genoemd.
1553 AD wordt
Jane Grey (1537 - 1554), een
Engelse adellijke vrouw en achterkleindochter van Hendrik
VII, op 15-jarige leeftijd gedurende negen dagen
koningin van Engeland. Zij wordt ook weleens "The Nine
Days' Queen" genoemd. Nadat Jane was afgetreden, leek het
erop dat haar leven zou worden gespaard door
Maria I Tudor
(1516 - 1558), dochter van Hendrik VIII, die nu de troon had bestegen als
Maria I van Engeland. Zij stuurde John de Feckenham naar Jane in een
poging om haar te bekeren tot het katholicisme. Jane
weigerde en nog geen jaar later werd zij ter dood
veroordeeld en onthoofd. Mary I, de oudste dochter
van Hendrik VIII en zijn eerste vrouw Catharina van
Aragon, probeerde tevergeefs het katholicisme in Engeland
te herstellen. Bekend was dat Mary geen groot politica
was, zij wilde Filips II van Spanje huwen om steun te
vinden bij haar streven het rooms-katholieke geloof in
Engeland weer de overhand te geven. Het huwelijk stuitte
op verzet en er brak een opstand uit. Na de onderdrukking
daarvan huwde Mary in 1554 toch met Filips II. Ondertussen
begon de hevige vervolging van de protestanten waardoor
zij haar bijnaam "Bloody Mary" kreeg. Mary voelde weinig
voor deelname aan de reeds tientallen jaren durende oorlog
van Spanje tegen Frankrijk, die ook door het Engelse
parlement niet gewenst werd. Filips II had Mary I vooral
gehuwd om Engeland tot bondgenoot te krijgen en tijdens
een kort verblijf in Engeland wist hij haar een
oorlogsverklaring aan Frankrijk af te dwingen. Dit was de
laatste keer dat zij haar echtgenoot zag. Filips' aandacht
werd opgeëist door de vele problemen in zijn eigen land en
door de toenemende dreiging van het Ottomaanse Rijk.
1556 AD neemt
Filips II van Spanje
(1527 - 1598), zoon van Karel V en Isabella van Portugal,
koning van Spanje, prins van Asturië, Koning van Engeland
door zijn huwelijk met Maria Tudor, Heer van de
Nederlanden, Koning van Spanje, Sicilië, Napels en
Sardinië en Hertog van Luxemburg en Koning van Portugal, de regering van de Nederlanden over. Filips
trouwde, op bevel van zijn vader met de Engelse koningin
Maria I, om Engeland als bondgenoot te krijgen in de
voortslepende Italiaanse Oorlogen tegen Frankrijk en om
Maria een katholieke troonopvolger te bezorgen en daarmee
haar protestantse jongere halfzuster Elizabeth van de
troon weg te houden. Dit koninklijk paar verwierf in
Engeland beruchtheid met felle vervolgingen van
protestantse ketters.
Keizer Karel V verdeelt zijn
rijk tussen zijn zoon Filips II van Spanje en zijn broer
Ferdinand I (1503 - 1564),
waarmee het huis Habsburg een Spaanse tak en een
Oostenrijkse tak krijgt. De Nederlanden worden vanaf nu de
Spaanse Nederlanden genoemd.
1558 AD was, na de dood van Maria I, de verhouding tussen Spanje en Engeland verder
verslechterd, niet alleen wilde
Elizabeth I van Engeland
(1533 - 1603), dochter van Hendrik VIII en Anna Boleyn, niet met Filips II trouwen maar zij bevorderde
ook het protestantisme in haar eigen land. De katholieke
Schotse koningin
Maria Stuart (1542 - 1587) was door Maria
Tudor aangewezen als haar opvolgster op de Engelse troon.
Zij kwam echter in eigen land ten val vanwege haar
rampzalige keuzes van huwelijkspartners en moest daarom
naar Engeland vluchten en bescherming vragen aan haar
aartsrivale Elizabeth I. Mary I stierf kinderloos en de zo
gewenste katholieke troonopvolger kwam er dus niet. Zij
heeft nog moeten meemaken dat Calais, de laatste Engelse
bezitting in Frankrijk, verloren ging omwille van Filips'
begonnen oorlog tegen Frankrijk. Toen Elizabeth I
koningin van Engeland werd fungeerde ze als een nationaal
symbool. In Engeland had zich inmiddels een sterk
nationaal bewustzijn ontwikkeld. Veel Engelsen waren ervan
overtuigd tot een 'uitverkoren volk' te behoren. Veel meer
dan haar voorgangers zag Elizabeth I zich gedwongen
rekening te houden met de wensen van het parlement. In
economisch opzicht liep Engeland duidelijk achter op de
Nederlandse Republiek.
Frans I van Frankrijk voerde veel oorlog
met zijn grootste rivaal, de Habsburger Karel V, die hem
van vele kanten kon belagen, omdat hij zowel keizer van
Duitsland, heer van de Nederlanden als koning van Spanje
was en ook veel invloed in Italië had. De inzet van de
Italiaanse Oorlogen van 1494 tot 1559 was het doorbreken van de omsingeling van
Frankrijk door Karel V en diens Spaanse, Oostenrijkse en
Duitse erfgenamen.
1559 AD wordt
Margaretha van Parma
(1522 - 1586), dochter van Keizer Karel V en Johanna van de
Gheynst, landvoogdes van de Spaanse
Nederlanden maar ook Kardinaal
Granvelle (1517 - 1586) vergroot zijn
macht en wordt haar vertrouwde topadviseur. De hoge adel
met Prins
Willem van Oranje
(1533 - 1584),
Lamoraal graaf van Egmont
(1522 - 1568) en
Filips
graaf van Horne (1524 - 1568), richt zich vooral tegen haar
adviseur
Granvelle en schrijven een protestbrief aan Filips II. Zij
sluiten zich aan in de Liga tegen Granvelle en wisten
Granvelle weg te werken, waarna hun invloed op de
landvoogdes toenam. Hierna konden zij zich weer richten op
de godsdienstkwestie. Met de Vrede van Cateau-Cambrésis wordt verwezen naar twee
vredesverdragen, het eerste verdrag sloot vrede tussen
Engeland en Frankrijk en het tweede en belangrijkste werd
gesloten tussen Frankrijk en Spanje en maakte een einde
aan de al tientallen jaren slepende Italiaanse Oorlogen,
die vooral gingen om de hegemonie in Italië. Beide
mogendheden waren uitgeput en koning Filips II van Spanje
en koning
Hendrik II van Frankrijk
(1519 - 1559) zagen in dat zij als
katholieke vorsten met het in die tijd opkomende
protestantisme een reden te meer hadden om vrede te
sluiten. Italie valt onder bestuur van de Spaanse
Habsburgers. Dit jaar ontstaat er een economische malaise
doordat Filips II een opschorting van
rentebetalingen invoert en een blokkade van de wolimport
uit koninkrijk Engeland beveelt. Tevens breekt er een
hongersnood uit door de zware winter die zorgde voor een
slechte oogst in Frankrijk en de Nederlanden.
1562 AD verenigen Willem van Oranje, ook Willem de Zwijger en in Nederland "Vader
des Vaderlands" genoemd, Filips van Montmorency, de graaf van Hoorne en Lamoraal I van Gavere, de graaf van Egmont, zich in de Ligue der Groten of het Driemanschap of het
Driemanschap tegen Granvelle, en schrijven opnieuw en
protestbrief aan Filips II over het optreden van heer
Granvelle. Toch volgt de installatie van Granvelle als
bisschop van Mechelen. De Ligue heeft zich tevergeefs
tegen zijn benoeming verzet.
In Frankrijk breekt de
eerste godsdienstoorlog uit. Er stromen massaal hugenoten
toe in de Nederlanden, waar ze gedoogd worden. De
protestantse Reformatie leidde tot felle conflicten in
West- en Centraal-Europa, in Frankrijk woedden er in maar liefst acht
Hugenotenoorlogen van 1562 tot 1598. Het was een tijd waarin
Frankrijk het lijdend voorwerp was van interventie, vooral
van Spanje, dat toen op het hoogtepunt van zijn macht was
en Frankrijk van het protestantisme wilde redden. Engeland
intervenieerde ten gunste van de protestanten. Frankrijk
deed pogingen om banden aan te gaan met opkomende
protestantse anti-Spaanse mogendheden Engeland en de jonge
Nederlandse Republiek door de kroonprins Frans van Anjou
in te zetten, maar die liepen op niets uit, vooral omdat
hij katholiek was. Koning Filips II probeerde zijn dochter
Isabella van Spanje eerst tot hertogin van Bretagne uit te
laten roepen en later zelfs tot koningin van Frankrijk,
maar ook deze plannen liepen op niets uit. In die tijd
liep Frankrijk een achterstand op ten opzichte van de
Spanjaarden, Portugezen en Engelsen in koloniale expansie
en ontdekkingsreizen.
1565 AD beveelt Filips II zijn halfzus, Margaretha
van Parma, de uitvoering van de ketterplakkaten. Een
Eedverbond van de Edelen biedt echter de landvoogdes het
"Smeekschrift van de Edelen" aan, om de Inquisitie te
beperken en een verzachting van de vervolgingen te komen.
Margaretha van Parma schort de vervolgingen op, waardoor
de gevluchte protestanten terugkeren en er een
Beeldenstorm door de Lage Landen raast, de Nederlandse
Opstand was uitgebroken en er heerst hongersnood in de
Nederlanden.
1566 AD kent het
Ottomaanse Rijk een periode van crisis en komt in verval.
De vloot van Spanje en een aantal Zuid-Europese
bondgenoten brachten de Ottomanen aan de westkust van
Griekenland een zware nederlaag toe. Dit is nog steeds één
van de grootste zeeslagen uit de geschiedenis, die tot op
de huidige dag in katholieke landen herdacht wordt met het
luiden van het Angelus, een katholiek gebed dat van
oudsher driemaal daags gebeden wordt, om zes uur 's
morgens, twaalf uur 's middags en zes uur 's avonds. Waar
voorheen de gelovigen hun werkzaamheden stopten om te
bidden is dit gebruik grotendeels in onbruik geraakt.
1567 AD wordt Fernando Alvarez de Toledo, de
Hertog van
Alba, (1507 - 1582), beter bekent als Alva, door Filips II naar de Nederlanden
gestuurd met een leger en onbeperkte bevoegdheid om orde
op zaken te stellen. Aanvankelijk was de Hertog van Alva
alleen aangesteld als 'probleemoplosser', maar de zittende
landvoogdes Margaretha van Parma was zo ontzet door zijn
hardhandige optreden, dat zij aftrad en terugkeerde naar
Italië. De Hertog van Alva volgde haar toen op als
landvoogd. Vrijwel direct na zijn aankomst in Brussel
richtte de Hertog van Alva de Raad van Beroerten op, die
in de volksmond al snel bekend stond als "de Bloedraad".
Terwijl Willem van Oranje besloot de Nederlanden te
ontvluchten, bleven de graven van Egmont en Hoorne ter
plaatse. Hoewel de Graaf van Egmont tot het einde toe
katholiek bleef en trouw aan de Spaanse koning, werd hij
samen met de Graaf van Hoorne op last van de Hertog van
Alva ter dood veroordeeld. De onthoofding in 1568 van de
graven van Egmont en Hoorne leidde tot groot protest in de
Nederlanden en wordt wel beschouwd als het begin van de
gewapende Nederlandse Opstand tegen de Spanjaarden. Willem
van Oranje trok zijn lessen uit de situatie en werd als
Willem de Zwijger de spil van het verzet tegen de koning.
1568 AD begin van de Tachtigjarige oorlog
(1568 - 1647) een strijd in de Nederlanden, in een
van de rijkste Europese gebieden, de Spaanse Nederlanden
en hij richtte zich tegen een wereldmacht, het Spaanse Rijk
onder leiding van koning Filips II, landsheer van de
Nederlanden, en zijn opvolgers Filips III en Filips IV.
Aanvankelijk trokken de Zeventien Provinciën gezamenlijk
op tegen de Spaanse overheerser maar geleidelijk groeiden
de Noordelijke en Zuidelijke Nederlanden uit elkaar,
doordat de Reformatie zich in het noorden beter wist te
handhaven dan in het zuidelijke deel. Willem van Oranje besluit
naar de wapens te grijpen en doet "als Luthers
geloofsgenoot" beroep op de Duitse en Engelse Ballingen,
dit is de aanzet tot de Tachtigjarige Oorlog, tussen de
Nederlandse opstandelingen en het Spaanse Rijk.
1572
AD worden tijdens de
Bartholomeusnacht of Parijse bloedbruiloft duizenden hugenoten afgeslacht. De groeiende invloed van
de protestanten aan het Franse hof en de daaruit
voortvloeiende verzoening tussen koningschap en
protestantisme, leidde tot het huwelijk tussen de protestantse
leider Hendrik van Navarra (1553 - 1610), de latere
Hendrik IV van
Frankrijk, en
Margaretha van Valois, dochter van Hendrik II van
Frankrijk en
Catherina de Medici
(1519 - 1589),
de jongere zuster van koning
Karel IX van Frankrijk
(1550 - 1574). De hele
protestantse adel was voor deze bruiloft naar het
katholieke Parijs gereisd en de voornaamste leden bleven
nadien nog in de stad om besprekingen te voeren met de
koning. Na de aanslag gepleegd op de protestantse
admiraal
de Coligny overhaalde Catharina de' Medici, moeder van de
bruid, koning Karel IX tot het executeren van de leiders
van de protestantse factie. De Zwitserse gardisten van de
koning en lijfwachten vermoordden een twintigtal
hooggeplaatste protestanten, onder wie admiraal de
Coligny. Daarna brak in Parijs een lynchpartij uit waarbij
protestanten in de hele stad werden opgejaagd en
uitgemoord, vaak met de hulp van de stadsmilities. De
slachting duurde enkele dagen en in Parijs werden
drieduizend hugenoten vermoord. De golf van geweld
verspreidde zich tijdens de volgende maanden doorheen heel
Frankrijk.
Onder leiding van
Bernard van Merode (1510 - 1591)
veroveren Oranje's troepen de stad
Mechelen. Enkele maanden later vindt het Bloedbad van
Mechelen plaats, Spaanse troepen van Don Frederik, de zoon
van Alva, moorden in de stad Mechelen uit. De "Spaanse Furie" komt op
gang doordat muitende Spaanse troepen de troepen van de
Staten overmeesteren en duizenden gebouwen in brand
steken. Willem van Oranje weet direct munt te slaan uit de
anti-Spaanse stemming en zal als regeringsleider in de
Nederlanden fungeren naast de landvoogd. De zeventien
gewesten lijken zich weer verenigd te hebben in hun
verzet.
1575
AD worden in de
Zuidelijke Nederlanden kloosters en afgelegen
boerenwoningen aangerand door bosgeuzen. De burgers en
boeren beginnen zich te wapenen tegen plunderaars en het
recht in eigen handen te nemen. Bosgeuzen waren
aanvankelijk vooral overlevenden van de uiteengejaagde
calvinistische benden. Ze werden aangevuld met landvolk en
plunderaars, en wisten zich op weinig toegankelijke
plaatsen in bossen en moerassen voor de regeringstroepen
te verbergen.
1577 AD verzoekt Koningin Elizabeth I,
Francis Drake
(1540 - 1596)
om zich in een geheime missie te
richten op de Spanjaarden aan de Pacifische kust van
Amerika. Hij viel, na door de Straat van Magellaan
te zijn gevaren, de Spaanse schepen aan en veroverde het
zilverschip, de Nuestra Señora de la Concepción, met een
waarde van 300.000 pond. Daarna zette hij voet aan wal in
het noorden van Californië en claimde dit gebied voor de
Engelse kroon en hij noemde het Nova Albion. Het lukte hem
niet om via het noorden van Amerika weer oostwaarts terug
naar Europa te varen. Daarop zeilde Drake westwaarts rond de
wereld via de Molukken en Kaap de Goede Hoop. Drie jaar
later kwam hij in Engeland terug, zijn schepen volgeladen
met specerijen.
1579 AD wordt in de Zuidelijke Nederlanden de Unie
van Atrecht getekend, waarbij de adel en de
patriciërs, voornamelijk katholiek, zich verzoenen met
Filips II van Spanje en in het Noorden, dat voor een groot
deel protestants is, wordt de Unie van Utrecht getekend
met als doel de Spanjaarden te verdrijven, de scheiding
tussen de Noordelijke en de Zuidelijke Nederlanden is
ingezet.
1580 AD kan in Portugal Filips II,
met de hulp van zijn Portugese moeder Isabella van
Portugal, en eerste gemalin Maria Emanuela van Portugal, zich mengen in de opvolgingscrisis en met enige moeite kan
hij dit land met de bijbehorende koloniën
verwerven, wat zijn slagkracht nog verder vergrootte.
De "Engelse Furie" in de
Zuidelijke Nederlanden vond plaats tijdens de
inname van Mechelen door opstandelingen onder leiding van
Olivier van den Tympel,
de Staatse burgemeester van Brussel. Deze stelde de
schuttersgilden buiten gevecht met hulp van Engelse
versterkingen. Dit vormde het begin van vijf jaar
calvinistisch bewind in Mechelen.
1581 AD werd in de Nederlanden Filips II met het
Plakkaat van Verlatinghe door
een aantal noordelijke provinciën als hun heerser afgezet.
Het kan worden gezien als de onafhankelijkheidsverklaring
van een deel van de Zeventien Provincies.
1587 AD wordt in Engeland Maria I
Stuart van Schotland, die daar in
ballingschap verbleef, geexecuteerd in opdracht van
Elizabeth I wegens samenzwering tegen haar bewind. Wegens
staatsgevaarlijke intriges en Elizabeths steun aan de
Nederlandse Opstand, brachten Filips II ertoe om een
invasie in Engeland te wagen. De Spaans-Engelse Oorlog
werd aanvankelijk vooral ter zee uitgevochten. Met een
enorme vloot, de Armada, stuurde hij een groot leger naar
Engeland. De Armada leed echter door ongunstige wind,
ineffectieve tactiek van een onervaren
admiraal en weinig
geoefende kanonniers een nederlaag. Elizabeths positie was
in haar eigen land door deze externe dreiging sterker dan
ooit. De Spaanse Armada, de vloot
waarmee de Spaanse koning Filips II tijdens de
Spaans-Engelse Oorlog probeerde Engeland binnen te vallen
voer vanuit Spanje
door Het Kanaal om een invasieleger te gaan begeleiden dat
op schuiten van Vlaanderen naar Engeland overgezet moest
worden. Bij aankomst bleek dat leger zich niet te willen
inschepen omdat Nederlandse schepen de havens blokkeerden.
Kort daarop werd de wachtende Armada aangevallen door de
Engelse vloot en raakte daarbij zo zwaar beschadigd dat
besloten werd met een omweg rond Schotland weer naar huis
terug te keren. Op de terugreis vergingen veel schepen op
de Ierse kust. De mislukking was een ernstige tegenslag
voor Filips II, maar de Spaanse zeemacht herstelde zich in de
jaren daarna weer snel.
1588 AD besloten, omwille van de Spaanse
dreiging, de Noordelijke Nederlanden de steun te
vragen aan koningin Elizabeth I van Engeland. Zij wilde de
Republiek steunen in ruil voor zeggenschap in het bestuur,
en benoemde zij Robert Dudley, graaf van Leicester, als
politieke en militaire leider maar nadat hij terugkeerde
naar Engeland werd besloten de soevereiniteit niet meer
aan een vorst te laten maar aan de Staten en hiermee was
de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden een
feit.
In Frankrijk mengde Spanje
zich in de Hugenotenoorlogen, omdat daar de protestant
Hendrik van Navarra zich na de moord op Hendrik III van
Frankrijk als wettig erfgenaam had uitgeroepen tot koning
Hendrik IV en Parijs belegerde. De interventie in
Frankrijk verlichtte dus de druk op de Nederlanden, waar
Maurits van Oranje zich ontwikkelde tot een bekwaam
veldheer en het tij van de Tachtigjarige Oorlog definitief
keerde. De Engelsen steunden de protestanten in Frankrijk,
vanwege hun eigen conflict met Spanje maar Hendrik IV
bekeerde zich toch tot het katholicisme om zich
aanvaardbaar te maken als koning.
1595 AD vertrekt de Eerste Schipvaart van de
Compagnie van Verre met 4 schepen
waaronder het Duyfken naar Oost-Indië. De reis was zwaar,
met scheurbuik, uitputting, massamoorden op inlanders en
het verlies van talrijke levens aan boord van de 4
Hollandse boten. Drie schepen kwamen twee jaar later terug
aan in Texel, de Amsterdam was bij het eiland Bawean in
brand gestoken, omdat er niet genoeg bemanningsleden in
leven waren om vier boten te bemannen. De voorraad
specerijen die was meegenomen was gering en nauwelijks
voldoende om uit de kosten te komen. Maar er was bewezen
dat het mogelijk was naar Java te varen zonder veel
overlast van de Portugezen. Dat gegeven en de aanhoudende
vraag naar specerijen, leidde ertoe dat er binnen enkele
weken talrijke verzoeken voor nieuwe expedities naar
Oost-Indië binnenkwamen bij de overheid.
1598 AD wordt er met het Edict van
Nantes een compromis bereikt dat in aanzienlijke vrijheid
van godsdienst voorzag voor de protestanten, al bleef het
katholicisme de staatsgodsdienst. Van toen af zette onder
de nu nog steeds gewaardeerde koning
Hendrik IV een
welkome periode van herstel in. In 1610 werd hij echter
alsnog vermoord, omdat hij te veel ruimte zou hebben
gegeven aan de protestanten en omdat zijn eigen
katholicisme in twijfel werd getrokken.
Isabella van Spanje
(1566 - 1633), dochter van Filips II van Spanje en Elisabeth
van Valois, gehuwd met Albrecht van Oostenrijk, wordt landvoogdes van de Zuidelijke Nederlanden, terwijl
Filips III van Spanje zijn vader Filips II van Spanje
opvolgt als Koning van Spanje en Portugal. In de
Zuidelijke Nederlanden zijn
Albrecht van Oostenrijk
(1559 - 1621)
en
Isabella geliefd bij de bevolking, hoewel zij geen
godsdienstvrijheid toestaan en vrijhandel afschaffen.
Zeventiende eeuw
De 17e
eeuw wordt in de Franse geschiedschrijving dan ook wel
aangeduid als 'le Grand Siècle'. De Franse taal had een
voldoende hoge status bereikt om het Latijn te gaan
verdringen als voertuig van de geest op het hoogste
niveau, de Fransen gaan nog steeds prat op de
veronderstelde bijzondere helderheid van de zinsstructuren
van hun taal. Aan vele Europese hoven en in adellijke en
diplomatieke kringen, tot in Rusland toe, werd Frans als
lingua franca gesproken en geschreven. Dit had niet alleen
praktische voordelen in het internationale verkeer, het
werd ook gezien als een kenmerk van beschaving. Het hof in
Versailles met bijbehorende Franse tuin maakte de Franse
Barok toonaangevend voor de architectuur en alle beeldende
kunsten. Zowel religieuze spanningen als de
wetenschappelijke ontwikkelingen komen goed tot uiting in
het werk van
Blaise Pascal
(1623 - 1662), wet van Pascal. Ook
René Descartes
(1596 - 1650), stelling van Descartes,
Pierre de
Fermat (1607 - 1665), differentiaalrekening, en
Marin Mersenne
(1588 - 1648), priemgetallen, waren Franse geleerden van
formaat. Het Franse toneel bereikte een hoogtepunt dankzij
de 'grote drie' toneelschrijvers, Corneille, Molière en
Racine.
Het Ottomaanse Rijk kent een
permanente oorlogssituatie met het Perzische Rijk en
verliest grote delen rond Mesopotamië.
1600 AD werd de Britse Oost-Indische
Compagnie (East India Company) opgericht. Het
werd één van de machtigste commerciële ondernemingen van
zijn tijd. Het zwaartepunt van de handel van de Britse
Oost-Indische Compagnie bevond zich in India waar zij ook
bestuurlijke en militaire functies ging uitvoeren die
uiteindelijk de commerciële activiteiten gingen
overschaduwen. India werd vaak het "Jewel
in the Crown" genoemd omdat ‘s werelds grootste diamant,
de Koh-i-Noor, die tegenwoordig deel uitmaakt van de
kroonjuwelen van het Verenigd Koninkrijk, daar werd
gevonden en omdat India voor de Britten het meest
waardevolle land was. De handelaren van de Compagnie waren
vaak betrokken bij vijandigheden en schermutselingen met
hun Nederlandse tegenhangers. Tegen de veel beter
bewapende, gefinancierde en bemande Nederlanders dolven de
Engelsen stelselmatig het onderspit. Waar de handelaren
van beide compagnieën elkaar tegenkwamen lieten de
Nederlanders duidelijk merken dat zij de dienst
uitmaakten.
1602 AD werd de Vereenigde Oost-Indische
Compagnie, afgekort VOC, opgericht, deze zou tot 1800
stand houden. Het was een particuliere
Nederlandse handelsonderneming met een monopolie op de
overzeese handel tussen de Republiek der Zeven Verenigde
Nederlanden en het gebied ten oosten van Kaap de Goede
Hoop en ten westen van de Straat Magellaan. De VOC richtte
een handelsnetwerk op tussen de diverse handelsposten in
de Aziatische regio. Deze intra-Aziatische handel zorgde
vele jaren voor grote winsten. In tegenstelling tot de
Trans-Atlantische slavenhandel van de later opgerichte
Nederlandse West-Indische Compagnie was de
VOC-slavenhandel binnen het Indische Oceaangebied niet
primair handelsgoed met een winstoogmerk en omdat er in
Azië weinig interesse bestond voor Europese producten,
voerden de schepen aanvankelijk met een ballast van
bakstenen en werd de handel veelal betaald met goud en
zilver, aangevoerd vanuit Europa, Arabië, Zuid-Amerika of
Japan, of met textiel en zijde die in India waren gekocht.
Zo bouwde de VOC voort op een bestaand handelsnetwerk dat
werd uitgebreid met factorijen die zilver, tin, hout,
huiden, koper, salpeter, ivoor, betelnoten en opium
leverden.
1603 AD wordt Elizabeth I wordt opgevolgd door
Jacobus I (1566 - 1625) uit het Huis Stuart
die al enkele decennia koning van Schotland was. Aldus
kwam een unie tussen de twee koninkrijken tot stand.
Jacobus I streefde naar verdergaande eenwording, maar de
Engelsen stonden hier afwijzend tegenover en er kwam dan
ook niets van terecht, het bleef bij symboolpolitiek. Zo
noemde Jacobus I zich 'koning van Groot-Brittannië'. Wel
slaagde men erin om het grensgebied tussen de
koninkrijken, waar het al eeuwen onrustig was, aan het
centraal gezag te onderwerpen. De Elizabethaanse cultuur,
met o.a. de toneelschrijver
Shakespeare (1564 - 1616) werd onder zijn
regering voortgezet. Jacobus I was religieus en sinds het
verijdelde buskruitverraad stond hij zeer achterdochtig
tegenover de potentiële invloed van katholieken en
jezuïeten, die met duivelsverering in verband werden
gebracht.
1607
AD stichtten Engelse
kolonisten Jamestown, de eerste permanente nederzetting in
wat thans Virginia is. De Pilgrim Fathers,
een groep Engelse geloofspuriteinen die hun land verlieten
onder druk van koning Jacobus I van Engeland, kwamen aan in
Massachusetts. Langzaamaan breidden de Engelsen hun
koloniën aan de Amerikaanse oostkust uit, op termijn
ontstonden hier dertien koloniën. Meer in het binnenland
bouwden de Fransen in Louisiana en in Quebec een keten van
forten. Ook Spanje vestigde koloniën in Noord-Amerika, met
name in Florida en wat later Mexico, die de zuidwestelijke
staten van de VS zouden worden. Deze periode stond mede in
het teken van de verdrijving van de indianen, vaak met
geweld, door Engelse en andere Europese kolonisten. Deze
bouwden vooral in de Zuidelijke koloniën aan de Oostkust
een slaveneconomie op, gebaseerd op de export van tabak en
andere producten naar Europa. In Europa beschouwde men de
koloniën doorgaans als wingewesten. Hun belangrijkste taak
was het leveren van grondstoffen. Conform de heersende
economische theorie van het mercantilisme werd de opbouw
van een eigen nijverheid in de overzeese gebieden verboden
of tegengewerkt.
1608 AD vestigt,
Peter Paul Rubens
(1577 - 1640), Zuid Nederlands schilder van de Vlaamse
barok, tapijtontwerper en diplomaat, zich
in Antwerpen.
1609 AD slagen Albrecht en Isabella erin met de
Noordelijke opstandelingen een verdrag te sluiten,
waardoor het Twaalfjarig Bestand (1609 - 1621) kon
ingaan, met een optie op definitieve vrede. Onder hun
beleid recupereerden de Zuidelijke Nederlanden zeer snel
van de oorlog en brak een periode aan van diplomatieke,
artistieke en economische bloei. In de Zuidelijke
Nederlanden werden Albrecht en Isabella geliefd bij de
bevolking, hoewel zij geen godsdienstvrijheid toestonden
en vrijhandel afschaften. Zowel in het noorden als in het
zuiden breekt een Gouden Eeuw aan.
Johannes Kepler (1571 - 1630),
een Duitse astronoom, astroloog en wis- en natuurkundige,
wordt bekend door zijn studie van de hemelmechanica en in
het bijzonder vanwege de berekening van de
planeetbewegingen en de daarover geformuleerde
wetten, de Wetten van Kepler, drie natuurkundige wetten,
die de baan en beweging van een hemellichaam om een ander
hemellichaam beschrijven.
Jan Brueghel de Oude
(1568 - 1625), Zuid Nederlands kunstschilder uit de
barokperiode, wordt de hofschilder van
aartshertogen Albrecht van Oostenrijk en Isabella van
Spanje, de landvoogden van de Nederlanden.
Galileo Galilei (1564 - 1642),
een Italiaans natuurkundige, astronoom, wiskundige en
filosoof, wordt beschouwd als de vader van de moderne
astronomie. Op grond van de waarnemingen van Jupiters
manen en vooral Venus' fasen kwam Galilei tot de conclusie
dat de Zon in het midden van het zonnestelsel staat.
Eerder dacht iedereen, op grond van wat men zag en op
grond van de geschriften van Plato, Aristoteles en later
Ptolemaeus, dat de aarde in het middelpunt van het gehele
universum stond, en dat de zon, de planeten en alle
sterren om de aarde heen draaiden. Dit was ook de
opvatting van de Kerk. Galileo's interpretatie van zijn
eigen waarnemingen was in strijd met het toen gangbare
geocentrische model van Ptolemaeus, terwijl ze de
heliocentrische theorie van Nicolaas Copernicus
ondersteunde. Echt bewijzen kon hij de beweging van de
aarde om de zon echter niet. Hij legde eveneens de
grondslag voor de slingertijd, wet der traagheid en
krachtenleer.
1610 AD wordt
Lodewijk XIII (1601 - 1643)
uit het Huis Bourbon, zoon van koning Hendrik IV en Maria
de Medici koning van Frankrijk en van
Navarra.
Kardinaal Richelieu (1585
- 1642) bewerkte een
verzoening tussen de koning en zijn moeder en wist zich
spoedig op te werken in de kroonraad. Volgens eigen zeggen
had hij alleen maar de versterking van het koninklijk
gezag op het oog maar Richelieu had de feitelijke macht
overgenomen en hij begreep dat de protestanten een gevaar
voor Frankrijk betekenden, omdat zij de koning het hoofd
durfden te bieden dus brak hij de machtspositie van de
protestanten, die al hun privileges verloren, behalve
gelijkberechtiging voor de wet en het recht op vrijheid
van eredienst.
1611 AD voeren Albrecht en Isabella het Eeuwig Edict in, een eerste aanzet tot een
algemeen wetboek in de Zuidelijke Nederlanden, hierin
werden de familienamen vastgelegd en werden kerken
verplicht doop-, huwelijks- en overlijdensregisters aan te
leggen.
1618 AD was het begin van de Dertigjarige Oorlog
(1618 - 1648) een grootschalig conflict waar de meeste
Europese mogendheden bij betrokken waren. De hoofdoorzaken
waren de spanningen tussen katholieke en protestante
staten. De oorlog woedde voornamelijk in het Heilige
Roomse Rijk, de Spaanse Nederlanden, Noord-Spanje en
Noord-Italië met gevechten in Afrika en het Amerikaanse
continent. Het conflict begon toen de katholieke staten
Spanje en Oostenrijk de protestante staten in het noorden
van het Heilige Roomse Rijk veroverden. Zweden maakte dit
ongedaan. Frankrijk greep actief in om Spanje en
Oostenrijk te verzwakken, wat ruimschoots lukte.
1621
AD wordt
Filips IV van Spanje
(1605 - 1665), zoon van Filips III en Maria van Oostenrijk, koning van Spanje, Sicilië, Sardinië,
Napels, koning van Portugal, hertog van Luxemburg en
landsheer van de Zuidelijke Nederlanden. De Zuidelijke
Nederlanden kwamen dus weer rechtstreeks onder de Spaanse
troon, met Isabella van Spanje als landvoogdes. Intussen
was de dertigjarige Oorlog in alle hevigheid uitgebroken. Albrecht
overlijdt en in datzelfde jaar loopt ook het Twaalfjarig Bestand af,
onderhandelingen om het bestand om te zetten in een
definitieve vrede waren mislukt. De Zuidelijke Nederlanden
kwamen weer onder direct Spaans bestuur omdat de pas
aangetreden koning Filips IV van Spanje Isabella als
opvolgster veel minder bevoegdheden liet. Zij wilde terug
naar Spanje, naar het klooster Monasterio de las Descalzas
Reales maar dit werd haar echter niet toegestaan en ze
bleef tegen haar zin in Brussel als landvoogdes. Ze trad
wel toe tot de orde van de Clarissen en de laatste jaren
van haar leven bracht ze door in een klooster in Tervuren.
De Hollanders hebben van de
periode gebruikgemaakt om zowel de koopvaardijvloot uit te
breiden als hun marinevloot te ontplooien. De
West-Indische Compagnie (WIC) wordt door de Noordelijke
Staten-Generaal opgericht om te handelen in Afrika en in
West-Indië en zal zich ook op slavenhandel toeleggen. De West-Indische Compagnie
(1621 - 1674), was een bedrijf uit de Republiek der Zeven
Verenigde Nederlanden dat
verantwoording schuldig was aan de Staten-Generaal van de
Nederlanden. De compagnie ontving van de Staten-Generaal
het alleenrecht binnen de republiek op handel en
scheepvaart in het door de Staten-Generaal vastgestelde
octrooigebied tussen twee meridianen. Als westgrens gold
de meridiaan door de oostpunt van Nieuw-Guinea en als
oostgrens die van Kaap de Goede Hoop. Het belangrijkst was
de Trans-Atlantische driehoekshandel op West-Afrika, de
Caraïben en Noord- en Zuid-Amerika. De belangrijkste
handelsproducten van de oude WIC waren zout, suiker,
bevervellen, tabak, goud, koper en slaven.
1625 AD wordt Jacobus I van Engeland opgevolgd door zijn zoon
Karel I
van Engeland (1600 - 1649), die het koningschap als
een goddelijk recht beschouwde en weinig inmenging van het
parlement duldde. Onder zijn regering kwamen meerdere
religieus geïnspireerde splintergroepen, waaronder de
presbyterianen, op het voorplan, die verkondigden dat een
koning niet in de kerken diende in te grijpen en die
tevens het gezag van bisschoppen verwierpen. Als hoofd van
de Anglicaanse Kerk weigerde Karel I iedere toegeving aan
dergelijke groepen en hief belastingen die niet naar hun
zin waren. Karel I kwam openlijk in conflict met zijn
parlement en zijn leger, en dit conflict escaleerde tot
een oorlog. Tot op het laatst bleef Karel I overtuigd van
zijn door God gegeven recht op regeren. Dit leidde tot
zijn nederlaag en hij werd gevangen genomen en
publiekelijk geëxecuteerd.
1630 AD zorgen in het welgestelde Italië
de pest en verouderde industieën voor het
verval.
1635 AD wordt de "Traité de Partage" of
Verdelingsverdrag gesloten tussen de
Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden onder
Frederik Hendrik van Oranje
(1584 - 1647)
en het koninkrijk Frankrijk in
hoofde van Richelieu, dit verdrag zou de Zuidelijke
Nederlanden in twee stukken moeten verdelen. Frankrijk en
de Republiek ondernemen gezamenlijk een veldtocht in het
Hertogdom Brabant tegen Spanje maar de Zuidelijke
Nederlanden blijken veel moeilijker te veroveren dan
gedacht.
1637 AD geeft
Joost van den Vondel
(1587 - 1679), Nederlands dichter en toneelschrijver, het toneelstuk Gijsbrecht van Aemstel uit, een
stuk dat door de predikanten aanvankelijk verboden wordt
omdat het Roomse sympathieën zou bevatten.
1640
AD begint er een
opstand in Lissabon, die uiteindelijk leidt tot Filips'
afstand van de Portugese troon die in handen komt van het
huis Bragança, met koning
Johan IV (1604 -
1656)
als staatshoofd. Deze
periode heet ook wel de Portugese Restauratieoorlog
(1640 - 1668). Hiermee kwam een einde aan de Iberische Unie,
een zestig jaar durende unie tussen Spanje en Portugal.
1641
AD moest Karel I van Engeland,
wegens opstand van Schotten en Ieren in geldnood, in een
nieuwe wet toestemmen, die arrestaties alleen nog toestond
als er een grond voor was.
1642 AD schildert
Rembrandt van Rijn
(1606 - 1669), Nederlandse kunstschilder, etser en tekenaar, de Nachtwacht.
1643 AD wordt
Lodewijk XIV (1638 - 1715),
zoon van Lodewijk XIII en Anna van Oostenrijk en bekend
als de Zonnekoning, le Roi-Soleil, koning
van Frankrijk en Navarra. Na de vroegtijdige dood van zijn
vader werd hij op vierjarige leeftijd koning.
Kardinaal
Mazarin (1602 - 1661) leidde de Franse politiek tijdens de
minderjarigheid van Lodewijk, waarbij hij het beleid van
kardinaal Richelieu voortzette. Op zestienjarige leeftijd
werd Lodewijk XIV gekroond, maar pas na de dood van
kardinaal Mazarin, zijn eerste minister, nam hij het bewind
zelf in handen. Met behulp van zijn ministerraad werden
centralistische hervormingen doorgevoerd in het nog
feodale Frankrijk. De adel raakte een aanzienlijk deel van
zijn macht kwijt, in ruil voor een plaats aan het hof van
de koning in het nieuw gebouwde Kasteel van Versailles.
Lodewijk XIV wordt vaak gezien als het ultieme voorbeeld
van een absolute vorst.
In de Slag bij Rocroi verliezen de Spanjaarden tegen het Franse leger en
het tijdperk van de Spaans-Habsburgse overmacht eindigt.
Filips IV van Spanje is nu zelfs bereid de soevereniteit
van de Republiek te erkennen. De Zuidelijke Nederlanden
zitten inmiddels tussen aambeeld en hamer en krijgen
steeds meer te lijden van Franse en Hollandse stropers en
plunderende soldaten.
1644 AD was het begin van de Qing-dynastie
(1644 - 1912) ook wel Mantsjoe-dynastie, het was de laatste
keizerlijke dynastie van China. De oorsprong van de
dynastie lag in Mantsjoerije. Een van de belangrijkste
stappen voor de vormgeving van de Qing-staat was het
creëren van een vendelsysteem. Er waren acht Mongoolse
vendels en acht Chinese vendels. Iedere vendel was een
militaire eenheid, maar daarnaast ook een woongebied en
een eenheid voor economische productie. Met een vendel
werden niet alleen de militairen bedoeld, maar ook de
groepen personen die van hen afhankelijk waren.
Uiteindelijk werd ieder vendel geïdentificeerd met een
etnische identiteit. In de praktijk was er wel een zekere
etnische homogeniteit, maar in iedere vendel waren er
Chinese, Mongoolse en Mantsjoe bataljons. Op het niveau
van de vendels werden dus meerdere etnische identiteiten
in zekere mate geïntegreerd. De samenstelling van de
vendels werd verder vooral bepaald door eisen van
doelmatigheid die ook flexibel kon worden aangepast.
Later, onder de Qing-dynastie van de Mantsjoe, nam de druk
vanuit het Westen weer toe.
1647 AD raakt Pierre Corneille
(1606 - 1684), een Franse toneelschrijver aan het
jezuïetencollege, reeds op jonge
leeftijd onder de indruk van de
Romeinse schrijvers uit de Oudheid. Hun filosofie
volgend, legt hij de nadruk op de wil als bepalende factor
voor het leven. Hij heeft onder meer klassieke tragedies
geschreven waarin de held al zijn hartstochten overwint.
Hij werd hij lid van de in 1635 door Richelieu
opgerichte Académie française.
1648 AD boycot Frankrijk de
vredesonderhandelingen en de Republiek besluit hierop
buiten Frankrijk om vrede te sluiten met Spanje. Er komt
een eind aan de Tachtigjarige Oorlog en de afsplitsing van
de Noordelijke Republiek wordt officieel bevestigd. In Frankrijk
komt er een
periode van onrust (1648 - 1653) en bekend staat als "la
Fronde", tussen de koning en kardinaal Mazarin enerzijds
en de Parlementen anderzijds.
Vanaf de Slag bij Rocroi, waarbij de Fransen een verrassende overwinning
boekten op de Spanjaarden, die tot dan toe militair
superieur geacht werden, kan gesproken worden van een
Franse hegemonie. Het zou ruim 60 jaar duren vooraleer
Frankrijk een ernstige nederlaag leed in een veldslag. Bij
de Vrede van Westfalen verwierf Frankrijk Elzas
en Lotharingen, maar daar zou in de komende eeuwen nog
veel over te doen zijn. De rol van godsdienst in
internationale betrekkingen nam geleidelijk af. Spanje
moest in datzelfde jaar de soevereiniteit van de
Nederlandse Republiek erkennen en was in alle opzichten op
zijn retour als grote mogendheid.
Engeland had al in 1558
het laatste grondgebied op het Europese continent, Calais,
voorgoed moeten opgeven. Duitsland had verschrikkelijk
geleden en staatkundig was het verregaand versplinterd.
Naast de vele, onderling vrijwel onafhankelijk opererende
Duitse staten, steden en koninkrijken verhinderde ook de
eeuwenlange rivaliteit tussen Pruisen en Oostenrijk op het
Europese vasteland een serieus tegenwicht tegen Frankrijk.
Het naburige Italië was nog lang niet toe aan politieke
onafhankelijkheid en eenheid. Er ontstond in Europa een
systeem van soevereine staten, die feodale machthebbers
steeds meer in een ondersteunende rol drongen. Frankrijk
zou lange tijd de hoofdrol spelen in dit systeem.
1651 AD na de Engelse Burgeroorlog
van 1642 tot 1651, die eindigde met de terechtstelling van Karel
I, wordt Engeland in de periode van het Protectoraat,
bestuurd door de streng-puriteinse heerser
Oliver Cromwell
(1599 - 1658) en diens zoon Richard, die als een zwak figuur
gold en na minder dan een jaar werd afgezet. Cromwell was
tegen de meeste kunsten gekant, theater werd verboden
en literatuur moest in de eerste plaats sober en
godsvruchtig zijn. De meeste sporten en het vieren van
Kerstmis werden officieel afgeschaft, op het schenden van
de zondagsrust en op vloeken stonden draconische straffen.
Cromwells overwoog zelf de koningstitel te aanvaarden,
maar besloot uiteindelijk dat dit een verkeerd signaal zou
zijn en noemde zichzelf Lord Protector of the
Commonwealth. Met de Covenanters in Schotland, die er
vergelijkbare religieuze ideeën op nahielden, onderhield
hij vriendschappelijke betrekkingen. Cromwell veroverde
het katholieke Ierland daarentegen met bruut geweld.
Tijdens zijn begrafenisceremonie werd een kroon op zijn
hoofd geplaatst.
1658 AD verwierf
Molière (1622 - 1673), een
Frans toneel schrijver en acteur, bekendheid met zijn satirische komedies. Zijn bekendste werken zijn
Don Juan,Tartuffe en L'Avare. In zijn komedies had Molière
kritiek op edelen en geestelijken, die bevoorrecht
leefden, op hun sleur, hun blinde aanbidding van gezag,
hun minachting van ervaring en waarneming. Hij richtte
zijn kritiek ook op medici, schijngeleerden en de
overdreven bewonderaars van kunst en wetenschap. Lodewijk
XIV kon hem wel waarderen en steunde het gezelschap van
Molière. Dat jaar trad hij voor het eerst op voor koning
Lodewijk XIV en zijn hele hof in een zaal van het Louvre.
De bijval was zo groot, dat Molières gezelschap de naam
"Troupe de Monsieur" mocht voeren en een zaal van het
Petit-Bourbon tot zijn beschikking kreeg.
1660 AD werd de dictatuur van Cromwell
niet als een succes beschouwd. Daarom werd de
monarchie hersteld onder koning
Karel II van Engeland (1630
- 1685), een
zoon van Karel I. Na negen jaar ballingschap in Frankrijk,
Duitsland en Nederland keerde Karel II op verzoek van het
parlement terug naar Engeland om de troon in te nemen.
Karel II was een levensgenieter, maar ook sluw, en hij
sloot zonder aarzelen compromissen met partijen waarvan
hij meende dat hij er voordeel uit kon halen. Hij wilde
een religieus tolerantiebeleid voeren maar de
uiteindelijke Clarendon Code, genoemd naar zijn raadgever,
was streng voor diegenen die van de Anglicaanse kerk
afweken en voor heimelijke katholieken. Onder Karel II
werd de Royal Society gesticht, waaraan hij vooral in de
beginjaren actief deelnam. De koning had sterke
wetenschappelijke interesses en voerde onder andere
scheikundige experimenten uit. De Restauratie, deze vanuit
puriteins perspectief decadente periode werd gekenmerkt
door intriges en het begin van de partijpolitiek in
Engeland, doordat in het parlement een tweespalt tussen
Tories, de Conservative Party, en Whigs, de Liberal
Democratic Party, ontstond.
Johannes Vermeer
(1632 - 1675), een Nederlands kunstschilder schildert
"Het melkmeisje", het werk wordt ook
vermeld als "Een Meyd die Melk uytgiet".
Anthoni van Leeuwenhoek
(1632 - 1723), Nederlandse handelsman, landmeter, glasblazer
en microbioloog. slijpt zijn eigen lenzen en bouwt een
microscoop. Hij doet ook onderzoek op sperma en ziet
zaadcellen die bewegen met hun staart en daarom zijn zij
volgens hem de levensdragers. De vrouwelijke
voortplantingsorganen dienden volgens hem slechts voor de
voedselvoorziening voor de reeds aanwezige organismen in
het sperma.
Lodewijk XIV trouwt met
Maria Theresia van
Oostenrijk (1638
- 1683), waarmee met de Vrede van de
Pyreneeën een einde aan de Spaans-Franse Oorlog (1635 - 1659) moest komen. Lodewijks territoriale
ambities werden al snel duidelijk, toen de bruidsschat
niet werd uitbetaald, stelde hij aan de Nederlandse
Republiek voor de Spaanse Nederlanden tussen hen te
verdelen, raadspensionaris
Johan de Witt (1625 - 1672) gaf echter, net
als Frederik Hendrik van Oranje in de jaren dertig, de voorkeur aan
een bufferzone in handen van de voormalige vijand Spanje
dan aan het machtige Frankrijk als buurland. Dit leidde tot de Devolutieoorlog
(1667 - 1668) waarin Frankrijk een
aanzienlijk deel van het zuiden van de Spaanse Nederlanden
veroverde.
1665 AD wordt
Karel II van Spanje
(1661 - 1700), zoon van Filips IV en Marie Anna van
Oostenrijk, op 4-jarige leeftijd als laatste van de
Spaanse Habsburgers, koning van Spanje, Sicilië,
Sardinië, Napels, hertog van Luxemburg en landsheer van de
Zuidelijke Nederlanden. Hij was zowel lichamelijk als
geestelijk gehandikapt en zijn moeder Maria Anna van
Oostenrijk trad op als regentes.
1667 AD begint de Devolutieoorlog, een successieoorlog in de Zuidelijke
Nederlanden en Franche-Comté tussen Frankrijk en Spanje,
waarbij Spanje de steun kreeg van de Triple Alliantie, een
verbond tussen Engeland, Nederland en Zweden. Uiteindelijk
sloot Frankrijk vrede met Spanje waardoor slechts enkele
gebieden uit de Zuidelijke Nederlanden afgestaan werden
aan de Franse koning. Lodewijk XIV provoceerde daarna de
ene oorlog na de andere en zorgde ervoor dat de Triple
Alliantie uit elkaar viel. Ondertussen was Lodewijk XIV
gefrustreerd dat hij in de Devolutieoorlog niet héél de
Zuidelijke Nederlanden verwierf en daar gaf hij de
Republiek de schuld van want die beschermde de Zuidelijke
Nederlanden als bufferstaat.
1670 AD wordt het geheim Verdrag van Dover
tussen Karel II van Engeland en Lodewijk XIV van
Frankrijk afgesloten. Karel II belooft hierbij
zichzelf en Engeland te bekeren tot het katholicisme en de
Triple Alliance te verlaten. Engeland en Frankrijk beloven
elkaar steun bij een aanval op zowel de Zuidelijke
Nederlanden als op de Republiek.
1672 AD bleek hoe gevaarlijk Frankrijk kon
zijn voor de Republiek, toen het de
Hollandse Oorlog van 1672 tot 1679 ontketende, die samenviel met de Derde
Engelse Oorlog. De Nederlanders bezweken onder de
financiële druk en gaven de strijd op, de Spanjaarden
droegen Haïti, Franche-Comté en vestingsteden in de
Zuidelijke Nederlanden over aan Lodewijk XIV. Kardinaal
Mazarin en Lodewijk XIV hadden de tegenslagen binnen de
Spaans-Habsburgse dynastie gebruikt om hun eigen rijk uit
te breiden. De Republiek slaagt erin het Heilige Roomse
Rijk, Lotharingen en Spanje aan haar zijde te krijgen, de
legers van de Republiek staan nu in contact met de
keizerlijke troepen van het Heilige Roomse Rijk en dwingen
de Fransen de Noordelijke Nederlanden te ontruimen en zich
naar de Zuidelijke Nederlanden terug te trekken. Door onderling wantrouwen van Frankrijk en
Engeland, die nu eenmaal geen natuurlijke bondgenoten
waren, en het aanleggen van een Waterlinie ten westen van
Holland kon de Republiek van de ondergang worden gered.
Engeland haakte al snel af nadat de Republiek in een
drietal zeeslagen dankzij
Michiel de Ruyter
(1607 - 1676) de Engelse en Franse invasievloten had
afgeslagen. Frankrijk boekte terreinwinst in de toen nog
door Spanje bestuurde Franche Comté en in de Zuidelijke
Nederlanden. Aan het einde van die oorlog in 1678, bij de
Vrede van Nijmegen, kon Frankrijk vrijwel de grenzen
bereiken die het nu nog heeft, zij het nog niet
definitief, de steden Ieper, Veurne en Menen zou Frankrijk
later weer moeten afstaan. Lodewijk XIV stond nu op
het hoogtepunt van zijn militaire macht. Zijn landhonger
was overigens nog lang niet gestild. In de Frans-Spaanse
Oorlog van 1683 tot 1684, werden volgens het 20-jarige Bestand
van Regensburg zowel Straatsburg als Luxemburg voor de duur van
het bestand Frans bezit.
1674 AD kon de WIC door
grote financiële problemen haar schulden niet meer aflossen,
en het bedrijf werd ontbonden. Maar vanwege de
grote handelsbelangen, vooral in goud en slaven, en het
feit dat er nog veel koloniën in West-Indië aanwezig
waren, werd besloten de Tweede Geoctroyeerde
West-Indische compagnie op te richten. Deze werd ook wel
de Nieuwe West-Indische compagnie genoemd. Ze had
hetzelfde handelsgebied als de eerste. Alle schepen,
vestingen en dergelijke werden door het nieuwe bedrijf
overgenomen. De Tweede WIC hield zich vooral bezig met de
Trans-Atlantische slavenhandel, hoewel er meer werd
verdiend aan de goudhandel. De trans-Atlantische
handelsvaart bracht, nadat Afrikaanse slaven naar Guiana,
Suriname en het Caribisch gebied waren vervoerd, producten
als ivoor, goud, kleurstof, tabak en beverbont weer naar
de republiek.
1675 AD werd
Jean Racine (1639 - 1699), een Frans toneelschrijver, verkozen tot lid van de
Académie française, hij was samen met Molière en
Corneille, één van de "grote drie" van het Franse
classicistisch theater van de zeventiende eeuw.
1678 AD maakt de Vrede van Nijmegen
tussen Frankrijk en de Republiek van de Zeven Verenigde
Nederlanden maakt een einde aan de oorlog maar twee jaar
later verklaart Lodewijk XIV van Frankrijk de Nederlandse
Republiek opnieuw de oorlog.
1685 AD herroept Lodewijk XIV, door het Edict van
Fontainebleau, het Edict van
Nantes en verklaart hiermee het protestantisme onwettig.
Daarop vluchten honderdduizenden protestanten naar de
Noordelijke Nederlanden, Duitsland, Italië en Engeland. Frankrijk werd weer een echt
katholiek land, waar ook de Joden onder leden. Tot dan toe
hadden ze het onder Lodewijks bewind tamelijk goed gehad.
Aan de ene kant was Lodewijk XIV de
grote boeman van Europa, die veel andere Europese
mogendheden tegen zich in het harnas joeg in wisselende
coalities. Aan de andere kant was hij een rolmodel voor
Europese vorsten, omdat hij in alle opzichten liet zien
hoe je respect moest afdwingen. Hij hield er talloze
maîtresses op na, die daardoor soms zelf bekende
persoonlijkheden werden. Van zijn zes wettige kinderen
bleef er maar één in leven, maar daarnaast had hij er vele
onwettige, die niettemin belangrijke functies konden
krijgen. Lodewijk XIV bemoeide zich intensief met
artistieke kwesties en stimuleerde de wetenschap.
De
Rooms Duitse
Keizer Leopold I
(1640 - 1705) sluit met de Liga van
Augsburg, een verbond met Karel II van Spanje, Karel XI
van Zweden, Maximiliaan II van Beieren en diverse andere
rijkssteden tegen het koninkrijk Frankrijk.
Karel II van Engeland wordt opgevolgd
door zijn katholieke broer
Jacobus II van Engeland (1633
- 1701), die
kortstondig voor grote politieke instabiliteit zorgde.
Beiden wilden eigenlijk als een absoluut heerser regeren,
in tegenstelling tot zijn opportunistische doch geliefde
broer kwam Jacobus II daar echter openlijk voor uit. De
verstandhouding tussen de autocratische Jacobus II en het
parlement bleef stroef en toen Jacobus’ vrouw, de
onverbeterlijk Roomse Maria van Modena, zwanger werd, bood
dit het vooruitzicht op een nieuwe katholieke dynastie.
Hierop beraamden de Whigs een manier om Jacobus II af te
zetten.
1686
AD teisteren
verschillende Russisch-Turkse oorlogen het Ottomaanse
Rijk.
1687 AD publiceert
Isaac Newton (1643 - 1727),
Engels wiskundige en natuurkundige, de
"Theorie van de zwaartekracht".
1688 AD begint de Negenjarige
Oorlog (1688 - 1697) Lodewijk XIV verklaart de Republiek de
oorlog, de aanzet was de expeditie van Willem III (1650
- 1702) naar Engeland om Jacobus II van de troon te stoten. In Frankrijk
legden Lodewijks voortdurende oorlogen, dure
hofhouding en entourage een zware last op het land.
Meerdere malen kwam de bodem van de schatkist in zicht en
ondanks zijn formidabele hulpbronnen en kundige
generaals verliep de Negenjarige Oorlog al een
stuk slechter dan Lodewijk XIV
gewend was, want ook zijn tegenstanders vonden godsdienst
in de internationale politiek minder belangrijk dan
voorheen, door zijn onvoorzichtigheid had Lodewijk de
anti-Franse Liga van Augsburg tegen zich in het harnas
gejaagd, deze bestond in wisselende samenstelling uit
verscheidene katholieke en protestantse mogendheden.
Bijvoorbeeld, het katholieke Ierland en het overwegend
protestantse Schotland streden aan Franse zijde, omdat die
nu eenmaal anti-Engels waren.
1697 AD komt er met de ondertekening van de
Vrede van Rijswijk, een einde aan de
Negenjarige Oorlog. Lodewijk XIV van Frankrijk erkent
Willem III als koning van Engeland.
De laatste Mayastad,
Tayasal, komt ten val. Niet alleen werd de stedelijke
Meso-Amerikaanse beschaving door de Europeanen vrijwel
geheel vernietigd, maar er kwamen ook nog eens tientallen
miljoenen indianen om het leven door ziektes o.a. de
pokken, waartegen ze niet resistent waren. In de zestiende
eeuw kampte Meso-Amerika met een bevolkingsdaling van
tegen de 90%, een van de grootste demografische
catastrofes uit de wereldgeschiedenis. Naast de
ruïnesteden en archeologische vondsten is de meeste kennis
van de antieke beschavingen van Meso-Amerika ons
overgeleverd door Spaanse missionarissen. Deze
geestelijken speelden vaak een dubbelrol. Aan de ene kant
toonden ze interesse voor de indiaanse culturen, en legden
hun gebruiken vast, maar aan de andere kant konden ze
weinig respect opbrengen voor de indianen die 'duivels'
vereerden. Er is dan ook tegelijkertijd veel kennis
vernietigd. Tijdens de koloniale periode hadden de meeste
indianen die de epidemieën overleefd hadden een armoedige
levensstandaard, hoewel de "caciques" het doorgaans beter
hadden, de Spanjaarden lieten hen doorgaans hun functie
behouden. De elite van Europese Spanjaarden werd vervangen
door creoolse Spanjaarden, maar indianen bleven onderaan
de maatschappelijke ladder staan. Hoewel de indianen nu in
alle landen dezelfde wettelijke rechten en bescherming
hebben als blanken en mestiezen, blijft er in de praktijk
nog veel ongelijkheid bestaan.
1698 AD landde de Nederlandse stadhouder
Willem III, die getrouwd was met Maria II van
Engeland, de protestantse dochter van Jacobus II, op uitnodiging van het parlement, met een leger in
Engeland. Jacobus II vluchtte naar Frankrijk en Willem III
werd gedwongen de Bill of Rights te ondetekenen.
Deze Glorious Revolution luidde een nieuwe fase in voor de
parlementaire democratie, de rechten van de koning werden
wat beperkt door de Bill of Rights en doordat Willems band
met het land vrij zwak was, wist het parlement een
machtspositie te verwerven die het nooit meer zou afstaan.
Een gevolg was dat Engeland in oorlog raakte met
Frankrijk, dat geregeerd werd door Lodewijk XIV. De
protestantse officieren uit Jacobus' leger liepen over en
Jacobus II verloor daardoor de controle over zijn land.
Willem III aanvaardde, tezamen met zijn vrouw, de Kronen
van Engeland en Ierland. Later werden Willem en Maria ook
tot koning en koningin van Schotland gekroond.
Achttiende eeuw
1700 AD begint
Rusland zich op initiatief van tsaar
Peter de Grote (1672 - 1725) te ontwikkelen tot een moderne Europese
mogendheid. De Russen drongen wel op in Polen, maar de
Russische expansie was veel meer gericht op Centraal-Azië
en Siberië. Voor Frankrijk was het nog geen rivaal, maar
wel een nuttige bondgenoot tegen Pruisen.
De dood van de laatste
Spaanse Habsburger, Karel II van Spanje, leidde tot een
Europese crisis. Zowel koning Lodewijk XIV van Frankrijk
als Keizer Leopold I konden voor hun nakomelingen
aanspraak maken op de Spaanse troon. Om het politieke
evenwicht in Europa niet te verstoren, hadden ze meermalen
onderhandeld om het reusachtige Spaanse rijk dat naast
Spanje en zijn kolonies ook de Zuidelijke Nederlanden en
grote delen van Italië omvatte, te verdelen. Karel II en
zijn ministers wilden niet van een opdeling weten en door
zijn testament ging de hele erfenis naar de hertog van
Anjou, een kleinzoon van Lodewijk XIV, toen deze
aanvaardde en de Spaanse troon besteeg als Filips V, brak
de Spaanse Successieoorlog uit (1701 - 1713). Filips V van
Spanje (1683 - 1746), zoon van Lodewijk Le Grand Dauphin van
Frankrijk en Maria Anna Victoria van Beieren wordt koning
van Spanje, Sicilië, Sardinië, Napels en hertog van
Luxemburg. Hij was het eerste lid van het Huis Bourbon dat
als koning over Spanje heerste. Aan
het einde van die oorlog waren alle deelnemende partijen
uitgeput. Voor de Nederlandse Republiek was het bovendien
de laatste keer dat die een belangrijke rol speelde in de
Europese machtsverhoudingen. Aan het eind van Lodewijks
regime was, meer door toedoen van zijn minister Colbert
dan door zijn persoonlijke belangstelling, de Franse
achterstand in de opbouw van een eigen koloniaal rijk
niettemin aardig weggewerkt, het Amerikaanse Louisiana is
naar hem genoemd en voor het moederland boekte hij vooral
in het noordoosten terreinwinst, de Franche-Comté en de
Elzas werden afgesnoept van respectievelijk Spanje en het
Heilige Roomse Rijk. Daarmee had Frankrijk in het oosten
de Alpen en de Rijn als natuurlijke grenzen gekregen. In
het noorden veroverde hij het zuidwesten van de Spaanse
Nederlanden, waarmee hij het strategisch belangrijke
Duinkerke en daarmee het Nauw van Calais onder controle
kreeg. Het hedendaagse Frankrijk heeft nog steeds vrijwel
dezelfde grenzen.
Lodewijk XIV heerste,
namens zijn kleinzoon Filips V, over het Spaanse Rijk en voelde
zich ongenaakbaar. Hij liet Franse troepen de Spaanse
Nederlanden in bezit nemen en de Staatse troepen in de
Barrièresteden verdrijven. Hij betuigde ook zijn steun aan
de aanspraken van Jacobus III op de kroon van Engeland,
terwijl de kroon toen nog in bezit was van Willem III en
de bevolking hem verkoos boven de katholieke Jacobus III
bovendien bevoordeelde hij de Frans-Spaanse handel ten
nadele van Britse en Nederlandse handelaars. De Duitse
keizer Leopold I besefte dat Spanje en Frankrijk feitelijk
verenigd waren en eiste Karels erfenis op voor zijn
familie, de Oostenrijkse Habsburgers. Hij had tevergeefs
bondgenoten gezocht onder de Italiaanse vorsten maar werd
wel gesteund door de Republiek, Engeland en Pruisen, die
ook beducht waren voor Franse expansie. Later sloten nog
enkele Duitse vorsten zich bij de "Grote Alliantie" aan.
De Alliantie eiste dat Filips V afzag van de Spaanse
kroon, maar wanneer deze weigerde gingen de geallieerden
over tot geweld. Koning Filips V van Spanje en van de
Zuidelijke Nederlanden organiseert een loting om soldaten
te werven. Vlaanderen alleen al moet 3.250 manschappen
leveren, voor een diensttijd van 3 jaar. Vooral het
platteland wordt hierdoor getroffen, omdat boerenzonen van
het erf worden gerukt.
1702 AD volgde, na het overlijden van Willem
III, een lange strijd over de opvolging in
diverse gebieden. In Engeland werd zijn schoonzus, de zus
van Maria II van Engeland, Anna Stuard
van Groot-Brittannië (1665 - 1714) gekroond. Haar
halfbroer Jacobus, zoon van Jacobus II en katholiek, was
nog geen veertien jaar en werd opgevoed aan het Franse hof
van Lodewijk XIV. In de Spaanse Successieoorlog koos
Engeland de kant van het Heilig Roomse Rijk. De
overheidsuitgaven en de staatsschuld namen hierdoor sterk
toe.
1706 AD verslaan Engeland en Nederland
de Fransen in een van de belangrijkste veldslagen
van de Spaanse Successieoorlog, de Slag bij Ramillies. Tegen de gewoonten van de tijd in wordt het
verslagen leger achtervolgd tot onder de muren van Rijsel.
De Zuidelijke Nederlanden worden in twee gedeeld. De
provincies Brabant en Vlaanderen met inbegrip van Mechelen
vallen voortaan onder het Engels-Nederlands protectoraat,
terwijl het Frans-Spaanse regime zich voorlopig beperkt
handhaaft in Namen, Luxemburg en Henegouwen.
1710 AD bouwt Thomas Newcomen (1663
- 1729),
Engelse uitvinder, de eerste werkende
stoommachine.
1711 AD wordt Karel VI (1685
- 1740),
zoon van Rooms-Duitse Keizer Leopold I en Eleonora van
Palts-Neuburg, Rooms-Duitse Keizer, koning
van Hongarije, Bohemen en Aartshertog van Oostenrijk.
Naarmate het waarschijnlijker werd dat Frankrijk zich zou
overgeven en Spanje zou afstaan, wilde onder andere
Groot-Brittannië verhinderen dat Karel VI zowel over het
Duitse als over het Spaanse Rijk kon regeren. Hierbij
werden ook de vijandigheden in Noord-Amerika beëindigd en
Spanje ging niet naar de Oostenrijkse Habsburgers, maar
mocht onder Filips V blijven. De unie tussen Frankrijk en
Spanje werd voorkomen door Filips V te schrappen als
Franse troonopvolger. Zo werd voor de eerste keer
geprobeerd een machtsevenwicht tussen de Europese
grootmachten te bereiken. Dit machtsevenwicht zou even
veilig gesteld worden door het minder expansionistische
beleid van de regent Filips V.
1713 AD wordt de Vrede van Utrecht afgesloten en
dit betekent het einde aan de Spaanse Successieoorlog.
Koning Filips V wordt algemeen als koning van Spanje
erkend, maar hij verliest de Zuidelijke Nederlanden en
Italie aan
de Oostenrijkse Habsburger keizer Karel VI, die sindsdien
de Oostenrijkse Nederlanden werden genoemd. Alhoewel de
onderhandelingen een jaar lang in de Nederlanden
plaatsvinden, komt de Republiek er nauwelijks aan te pas.
In de woorden van de Franse onderhandelaar Melchior de
Polignac Nous traiterons sur vous, chez vous, sans vous.
Duidelijk is dat de Republiek vanaf nu als een
tweederangs grootmacht wordt beschouwd. Hoewel aan de kant
van de overwinnaars, verliest de Republiek haar overwicht
op zee en het Asiento, ofwel het monopolie op de
slavenhandel in Zuid-Amerika en de Caraïbische eilanden,
werd ook toegewezen aan het koninkrijk Groot-Brittannië.
In de Zuidelijke Nederlanden is het moeilijk regeren,
elke stad regeert zichzelf. Macht, luister en rijkdom is
de bevolking door de achtereenvolgende bezettingen van
Spanjaarden, Fransen, Engelsen, Nederlanders en
Oostenrijkers ontnomen. Het land moet vanwege het
Barrièretraktaat ook de permanente Nederlandse
bezettingsmacht financieren. Er heerst grote armoede.
Talrijke steden komen geleidelijk in verzet. De Schelde
blijft gesloten voor de Haven van Antwerpen en handel met
Indië blijft voor de Oostenrijkse Nederlanden verboden.
1714 AD gaat, toen de protestantse
tak van de Stuarts uitstierf bij de dood van koningin Anna
Stuard, de troon over op Anne's achterneef
George I (1660 - 1727)
uit het Huis Hannover. Kort na zijn troonsbestijging
ontsloeg George I, keurvorst van Hannover, alle ministers
die onder zijn voorganger Anna gediend hadden. Hij verving
hen door Whigs. Hiermee begon de tijd van de zogenaamde
Whig oligarchie. Velen, onder wie de koning, verdachten de
Tory's ervan heimelijk te sympathiseren met de Stuarts, de
nakomelingen van Jacobus II. De aanhangers van het
verdreven koningshuis, de jakobieten, komen in opstand.
Hun aanhang was het grootst in Schotland, maar
ook het noordoosten van Engeland kwam in opstand. De
jakobieten werden verslagen en daarmee was de dreiging
tijdelijk bezworen.
1715 AD bekende
Lodewijk XIV op zijn sterfbed dat
hij "te veel van oorlog gehouden had", maar toch was zijn
land met zijn grote landbouwareaal en zijn relatief erg
grote bevolking niet zo uitgeput als Spanje aan het eind
van het bewind van Filips II. Frankrijk was de grootste
militaire, culturele en economische Europese mogendheid
geworden en zou dat tot in de vroege 19e eeuw blijven.
Lodewijk XV (1710 - 1774)
wordt koning van Frankrijk en van
Navarra tot zijn dood. Hij besteeg de troon toen hij vijf
jaar was, en werd tot zijn meerderjarigheid in 1723 onder
regentschap geplaatst van zijn overgrootoom,
Filips van
Orléans (1674 - 1723). Lodewijk XV genoot een gunstige reputatie aan het
begin van zijn heerschappij en verdiende de bijnaam "le
Bien-Aimé".
1717
AD besloten vier
speculatieve vrijmetselaarsloges, die alle in Londen hun
werkterrein hadden, zich te verenigen in een
overkoepelende organisatie, de Grand Lodge of London.
Hierbij speelde de Franse hugenoot John Theophilus
Desaguliers, een in Frankrijk geboren natuurfilosoof,
wetenschapper, uitvinder, vrijmetselaar en priester in de
Church of England, een belangrijke rol. Enkele jaren later
werden de regels dan ook geüniformiseerd en gecodificeerd.
De vrijmetselarij won aan succes, en groeide gestadig.
Daniel Defoe (1660
- 1731), een Engels schrijver, journalist en spion, wordt
beschouwd als één van de grondleggers, zo niet de
grondlegger, van de Engelse roman. Hij is vooral bekend
geworden door zijn boek Robinson Crusoe. Zijn ouders waren
afgescheiden presbyterianen.
1724 AD erkennen de
Provinciale Staten Aartshertogin
Maria Elisabeth van
Oostenrijk (1680 - 1741), de zus van Karel VI, als
landvoogdes van de Oostenrijkse Nederlanden. Sinds lang is
zij de eerste die ook werkelijk in onze streken verblijft.
Ze neemt autonoom beslissingen en is in staat om de
streek voor langere tijd rust te geven. Ze wordt ook de
"Prinses van den bloede" genoemd, en durft in te gaan
tegen beslissingen van het Weense hof.
1727 AD volgt George II (1683
- 1760) zijn vader op. Hij is in tegenstelling tot zijn
eerste minister Walpole wel voor het voeren van oorlog en
Engeland stapt in een koloniale in oorlog tegen Spanje en
jaar later in de Oostenrijkse Successieoorlog.
1730 AD vonden twee verschillende personen
onafhankelijk van elkaar de sextant uit,
John Hadley (1682 - 1744), een
Engelse wiskundige, en Thomas Godfrey (1704
- 1749), een
Amerikaanse uitvinder. Een sextant en octant zijn
nautische navigatie instrumenten waarmee de verticale hoek
tussen een hemellichaam en de horizon wordt gemeten. Als
de verticale hoek, de datum en het tijdstip van de dag
bekend zijn, kan de meridiaan (lengtegraad) worden
berekend, dus de positie in oost-westrichting op het
aardoppervlak. Een andere bepaling, de poolshoogte wordt
genomen door de hoogte van de poolster te meten, hiervoor
is de exacte tijd niet van belang en wordt de latitude
(breedtegraad) van de waarnemer bepaald.
Spanje en het Ottomaanse
Rijk waren in verval geraakt, de Nederlandse Republiek was
geen factor van betekenis meer en Duitsland en Italië
waren nog ver verwijderd van staatkundige eenheid. De in
Wenen residerende Habsburgse monarchie was nog altijd een
grote continentale mogendheid en Pruisen
een opkomende Duitse mogendheid, die in de Negenjarige
Oorlog en in de Spaanse Successieoorlog nog deel had
uitgemaakt van anti-Franse coalities, maar die twee waren
vooral elkaars rivalen, in de Silezische Oorlogen
van 1740 tot1763 en in de Oostenrijkse Successieoorlog
van 1740 tot 1748. Het keurvorstendom Beieren, in de Spaanse
Successieoorlog nog een bondgenoot van Frankrijk, keerde
zich bij het uitbreken van de Oostenrijkse Successieoorlog
tegen Oostenrijk, wegens het aantreden van keizerin
Maria
Theresia van Oostenrijk, dochter van Karel VI.
1740 AD wordt Maria Theresia van
Oostenrijk (1717 - 1780), dochter van Rooms-Duitse Keizer
Karel VI en Elisabeth Christine van
Brunswijk-Wolfenbüttel, Aartshertogin van
Oostenrijk, koningin van Hongarije en Bohemen en hertogin
van Parma en Luxenburg, zij was gehuwd met Frans I Stefan,
die in de Oostenrijkse Nederlanden bekend stond als Frans
van Lorreinen. Zij gold als een van de meest invloedrijke
en verlichte monarchen van het absolutistische tijdperk.
1745 AD wordt Keizer Frans I Stefan
(1708 - 1765) Rooms-Duitse Keizer.
Jeanne-Antoinette Poisson (1721
- 1764),
markiezin de Pompadour-Madamme de Pompadour-wordt de maîtresse van de
Franse koning Lodewijk XV, nadat een groep hovelingen en
financiers (de bankiers Pâris, kardinaal de Tencin en
maarschalk de Richelieu) haar onder de aandacht van de
koning hadden gemanoeuvreerd, om via een nieuwe maîtresse
invloed op de koning te verwerven. Na verloop van tijd
maakten de losbandigheid van zijn hof, de teruggave van de
veroverde Oostenrijkse Nederlanden, die hij in 1748 had
verkregen bij de Vrede van Aken en de overdracht van
Nieuw-Frankrijk aan het koninkrijk Groot-Brittannië aan
het einde van de Zevenjarige Oorlog van Lodewijk één van
de impopulairste koningen in de geschiedenis van
Frankrijk. De onmacht van Lodewijk XV om de oplopende
staatsuitgaven fiscaal te dekken beschadigde de militaire
macht van Frankrijk, verzwakte de schatkist, bracht de
monarchie in diskrediet en leidde misschien wel tot de
Franse Revolutie die vijftien jaar na zijn dood uitbrak.
Met de Tweede Vrede van Aken
komt een eind aan de Oostenrijkse
Successieoorlog. Onder de bepaling van het vredesakkoord
behoudt de Habsburgse keizerin Maria Theresia het bewind
over de Zuidelijke Nederlanden die zullen worden bestuurd
door een raad. De Republiek van de Noordelijke Nederlanden
mag opnieuw garnizoenen legeren in de bevrijde
barrièresteden, alhoewel de militaire betekenis van deze
steden gering is geworden. Door deze nieuwe vrede van Aken
wordt de macht van de Republiek sterk aangetast.
In de loop van de 18e eeuw
kwam in Frankrijk de Verlichting op, die gepaard ging met
een bloei van de Franse wis- en natuurkunde, maar ook met
afnemende acceptatie van de absolute monarchie en de in
wezen nog altijd middeleeuwse standenmaatschappij, met
bijbehorende privileges voor adel en geestelijkheid. Ook
religieuze dogma's werden veel meer ter discussie gesteld
dan voordien mogelijk was. Dit leidde in intellectuele
kringen soms ook tot geloof, ontkenning en ongeloof.
1748 AD formuleerde
Charles de Montesquieu
(1689 - 1755)
in zijn
hoofdwerk "Over de geest van de wetten de Trias Politica",
de scheiding der machten in een wetgevende, rechtsprekende
en een uitvoerende macht, die de bijl was aan de wortel
van de absolute monarchie. Bovendien waren Lodewijk XV en
Lodewijk XVI veel zwakkere figuren dan hun voorganger
Lodewijk XIV. De opkomende burgerij werd steeds
welvarender en begon dus steeds meer rechten op te eisen
van de heersende adel en geestelijkheid. Deze verzetten
zich echter met hand en tand tegen de aantasting van hun
traditionele en feodale rechten. Langzamerhand verslapte
echter de ijzeren greep van de aristocratie en kerk op
land en volk. Verschillende economische crises in het
midden van de eeuw brachten ellende onder grote delen van
het 'gewone volk' dat zich ook steeds meer begon te
roeren.
1756 AD werd Frankrijk, dat eerst bondgenoot was
van Pruisen, bondgenoot van het Habsburgse Oostenrijk.
Deze 'renversement des alliances' was een symptoom van het
relatieve verval van de Habsburgse macht en markeerde het
einde van tweeënhalve eeuw van rivaliteit tussen Frankrijk
en de Habsburgers. Frankrijk was nog altijd de sterkste continentale mogendheid, maar
het verenigde Britse koninkrijk streefde Frankrijk voorbij
als maritieme en koloniale mogendheid. Dit bleek vooral
tijdens de Zevenjarige Oorlog van 1756 tot 1763, waarin de
Franse invloed in Noord-Amerika en India goeddeels
verloren werd aan de Britten, die bondgenoten waren
geworden van Pruisen. Een deel van de Franstalige
kolonisten in door de Britten veroverde gebieden in
Noord-Amerika werd gedeporteerd naar het zuiden van de
overgebleven Franse kolonie in Amerika Louisiana, maar tot
de dag van vandaag heeft Canada een aanzienlijke
Franstalige minderheid, die nauwe culturele banden
onderhoudt met het voormalige moederland.
1757 AD was in Europa het
belangrijkste wapenfeit voor Frankrijk een forse nederlaag
die zij samen met de nieuwe bondgenoot Oostenrijk
leden tegen Pruisen. Frankrijk hielp Oostenrijk een totale
nederlaag tegen Pruisen te voorkomen, maar verder won het
niets in Europa. Het Franse ancien régime verloor in deze
laatste grote oorlog voor de Franse Revolutie dan ook veel
prestige, hetgeen Madame de Pompadour, de maîtresse van
Lodewijk XV, een onbedoeld profetische uitspraak ontlokte,
"Après nous, le déluge" ('na ons de zondvloed').
1760 AD kwam George III (1738
- 1820), de kleinzoon van George II, aan de macht.
De Zevenjarige Oorlog bracht het land in financiële
moeilijkheden en het parlement voelde zich genoodzaakt de
belastingen in het imperium te verhogen.
1763 AD was het einde van de Zevenjarige Oorlog, een reeks van oorlogen gestreden in Europa
en zijn koloniën. Pruisen kon daarbij ternauwernood
standhouden tegen onder meer Oostenrijk. De Oostenrijkse
bondgenoten Frankrijk en Spanje werden verslagen en
moesten ten gevolge van de Vrede van Parijs een
reeks koloniën afstaan aan Groot-Brittannië. Dit betekende
de start van het Brits Imperium.
Tijdens deze oorlog tussen
Frankrijk en Engeland,
die ook in de overzeese gebiedsdelen werd uitgevochten,
bekend als de Franse en Indiaanse Oorlog, verloor
Frankrijk vrijwel al zijn koloniën in Noord-Amerika. Nu de
grootste concurrent van de Engelse kolonisten verslagen
was, begonnen de kolonisten de bemoeienis van het
moederland als hinderlijk te ervaren. De Britse regering
probeerde daarentegen haar gezag te verstevigen, onder
andere door er een permanent leger te stationeren. Een aantal indianenstammen in de Ohio-vallei onder
leiding van Pontiac kwamen in opstand. Dit was voor de
Britse regering reden om verdere expansie naar het westen
te verbieden. Het was de bedoeling dat de Appalachen als
grens, de zogenaamde proclamation line, fungeerden. De
Engelsen probeerden via diverse belastingmaatregelen de
Amerikaanse onderdanen mee te laten betalen aan de
militaire kosten van het imperium door de Zevenjarige
Oorlog.
In Amerika voerden de
Europeanen ook menigmaal onderling strijd, vaak in
samenwerking met verschillende indianenstammen, om
zodoende hun koloniale rijken te versterken of uit te
breiden. De grote mogendheden, met name Frankrijk en
Engeland, in mindere mate Spanje, streefden ernaar een zo
groot mogelijk deel van de wereld te beheersen. Ook om
Noord-Amerika voerden zij een verbitterde strijd. Een
reeks van oorlogen was het gevolg. Deze zijn merendeels
genoemd naar de regerende vorsten. Achtereenvolgens werden
de volgende conflicten in de Nieuwe Wereld uitgevochten,
de Oorlog van koning Willem van 1688 tot 1697, de Oorlog van
koningin Anna van 1702 tot 1713, de Oorlog van koning George
van 1740 tot 1748 en de Franse en Indiaanse Oorlog van 1756
tot 1763.
Mozart (1756
- 1791) geeft in
Brussel op 7-jarige leeftijd een recital in de
aanwezigheid van landvoogd Karel Alexander van Lorreinen.
1765 AD wordt Keizer Jozef II (1741
- 1790),
zoon van Maria Theresia van Oostenrijk en de Rooms-Duitse
Keizer Frans I Stefan, Rooms-Duitse Keizer.
Jozef II was een voorstander van verlicht absolutisme, een
regeringsvorm uit de tweede helft van de achttiende eeuw
die gehanteerd werd door vorsten die tijdens de
Verlichting bereid waren om een aantal ideeën van deze
beweging uit te voeren. De despoten hielden wel de macht
in handen.
1773 AD wierpen tijdens de The Boston
Tea Party als indianen verklede
patriotten thee vanaf Engelse schepen in de haven van
Boston als protest tegen de belastingen op deze thee.
Ook kwam de gedachte van onafhankelijkheid van het
Engelse parlement op. Onder druk van de Engelse
maatregelen kwam in Philadelphia voor het eerst het
Continental Congress bijeen. Dit Congress verenigde de
13 koloniën in een samenwerkingsverband en het
verklaarde onder meer de Engelse belastingwetten, The
Coercive Acts, ongeldig. Tevens werd opgeroepen om de
handel met Engeland te boycotten. De Sugar Act van 1764, de
Stamp Act van 1765 en de Townshend Acts van 1767 legden
extra belastingen op aan de Amerikaanse koloniën, tot
woede van de koloniën. Deze koloniën waren niet
vertegenwoordigd in het Britse parlement in Westminster,
terwijl dat wel belastingen aan ze oplegde. Dit werd
vervat in de leus "No Taxation without Representation". Als tegenreactie
werd er een boycot georganiseerd van
importthee uit China die door de Britse Oost-Indische
Compagnie verkocht werd. De nacht voor de thee aan land
zou worden gebracht, stormden de Sons of Liberty, een
groepje van 60 Bostonions onder leiding van Samuel Adams,
de Griffin's Wharf op, verkleed als Mohawkindianen. De
Sons of Liberty enterden de schepen en begonnen de lading
te vernielen. De Boston Tea Party was een protest van
Amerikaanse kolonisten tegen de Britse overheid in Boston.
Het is één van de belangrijkste gebeurtenissen in het
ontstaan van de Verenigde Staten en een centraal punt in
de Amerikaanse Revolutie. De Britse Oost-Indische
Compagnie was op grote schaal thee gaan importeren uit
China maar omgekeerd was er weinig belangstelling voor
westerse producten en dit leidde tot een groot
handelstekort. Het bedrijf creëerde een Brits
monopolie op opium. India had een goed klimaat voor de
teelt hiervan. De import van opium in China was illegaal.
De Compagnie kon geen gebruik maken van eigen schepen voor
het transport want werden ze betrapt dan zou de lucratieve
handel in thee in gevaar worden gebracht. In India
verkocht de Compagnie de opium aan handelaren, de
zogenaamde "country traders", op krediet. Zij smokkelden
de opium naar China en met de verkoopopbrengst werden de
kredieten afbetaald. Met dit geld kocht de compagnie thee
voor Groot-Brittannië. China leed onder de opiumsmokkel,
niet alleen verdween veel geld naar het buitenland, maar
ook raakten veel Chinezen verslaafd.
De Amerikaanse Revolutie
van 1765 tot 1791 is de periode die de onafhankelijkheid van de
Verenigde Staten van Amerika inleidde. De Revolutie begon
met politieke veranderingen in de dertien Britse koloniën
van Noord-Amerika en toenemend verzet tegen de Britse
machthebber, wat uitmondde in de Amerikaanse
Onafhankelijkheidsoorlog van 1775 tot 1783 tussen de opstandige
koloniën en moederland Groot-Brittannië.
1775
AD volgde dan de
definitieve uitbarsting. De Engelse bevelhebber in Boston,
Sir Thomas Gage, hoorde dat kolonisten een
wapenopslagplaats aanlegden in Concord, ten westen van
Boston. De bevelhebber wilde op deze voorraden beslag
leggen en twee leidende patriotten arresteren, Samuel
Adams en John Hancock. Op weg naar Concord werden de
Engelse soldaten door geweervuur van de kolonisten
opgewacht. De gewapende strijd om de onafhankelijkheid was
begonnen. Plannen voor diverse
belastingwetten zoals de Stamp Act en de afgekondigde
proclamation line droegen in hoge mate bij aan het
uitbreken van de onafhankelijkheidsstrijd. In deze
periode werden de Verenigde Staten als natie geboren.
Onder deze kolonisten van de 13 koloniën groeide een sterk
Amerikaans zelfbewustzijn. Vanuit Europa zag men de
koloniën als een soort wingewest, dat mede moest bijdragen
aan de betaling van de oorlogsschulden.
1776 AD ontstond, juist rond
belastingheffing vanuit het moederland Engeland,
het conflict dat leidde tot de onafhankelijkheid
van de Verenigde Staten. De inzet voor de strijd met
Engeland was de vraag, mag het moederland aan de koloniën
belastingen opleggen? De kolonisten zeiden "nee", het
moederland zei "ja". De Engelse regering legde allerlei
belastingen aan de koloniën op, de Sugar Act van 1764,
Amerikaanse kolonisten moesten invoerrechten op suiker
betalen, terwijl smokkel streng werd bestraft, belasting
op elk stukje papier via een zegeltje, The Townshend
Duties van 1767, dat invoerrechten op papier, lood, verf en
thee voorschreef. De kolonisten bestreden de
rechtmatigheid hiervan. "No taxation without
representation", was een gevleugelde leuze in die tijd.
Toen de Engelse minister Townshend met nieuwe belastingen
op, onder andere, thee kwam, was de reactie heftig. Het
kwam tot een openlijk en gewelddadig conflict toen een
menigte in Boston de Engelse soldaten te lijf ging. De
soldaten schoten op de mensen en de Boston Massacre was
een feit. Ook in Rhode Island kwam het tot uitbarstingen
tegen de Engelsen. De oorlog resulteerde tot de Amerikaanse onafhankelijkheid en de oprichting
van 's werelds eerste constitutionele liberale democratie,
een gebeurtenis die wereldwijd denkers en revolutionairen
inspireerde. Het Continental Congress kwam voor de tweede
maal bijeen en benoemde George Washington
(1732 - 1799), een planter uit
Virginia tot opperbevelhebber van de Amerikaanse troepen.
Het Continental Congress droeg aan vijf mensen op om een
onafhankelijkheidsverklaring op te stellen. Tot de
opstellers van deze verklaring behoorden onder meer
Benjamin Franklin, John Adams en Thomas Jefferson. Op 4
juli 1776 werd deze verklaring door het Continental
Congress aanvaard. De Verenigde Staten van Amerika waren
geboren. "The Declaration of Independence" stelde dat "all
men" het recht hebben op "life, liberty and the pursuit of
happiness". Het Amerikaans schip, de USS Andrew Doria, met
de nieuwe Amerikaanse vlag in top, de Gallow Bay van St.
Eustatius kwam binnen zeilen kreeg in opdracht van
Gouverneur Johannes de Graaff elf saluutschoten van Fort
Oranje. Hiermee was Nederland het eerste land ter wereld
dat de Verenigde Staten erkende als onafhankelijke natie.
1780 AD volgt Keizer Jozef II zijn moeder Maria Theresia van Oostenrijk op als
Aartshertog van Oostenrijk en koning van Hongarije en
Bohemen. Hij stelt zijn zuster
Maria Christina van
Oostenrijk (1742 - 1798) met haar man hertog Albert Casimir van
Saksen-Teschen als landvoogden van de Zuidelijke
Nederlanden, maar hij laat echter zijn zuster weinig
vrijheid inzake het bewind. De godsdienstige hervormingen
van Jozef II lagen hem na aan het hart. Vooral de macht
van de Paus en de opbrengsten uit kerkelijke bezittingen
waren hem een doorn in het oog. Om daar een einde aan te
stellen schuwde hij geen risico's, niet-katholieken,
waaronder joden, kregen gelijke toegang tot openbare
ambten en mochten hun religie vrijer beoefenen. Vervolgens
voerde hij het burgerlijk huwelijk in. Met een ander edict
hief hij de nutteloze kloosters op, die zich enkel
bezighielden met gebed. Hij gaf de opdracht om het wetboek
van Lombardije, een regio in Noord-Italië, te vertalen in
het Nederlands. Deze "vreemde" tekst werd echter niet
aanvaard door de Oostenrijkse Nederlanden en droeg bij aan
het uitbreken van de Brabantse Omwenteling.
1782 AD komt er een eind aan de Staatse bezetting
van de Oostenrijkse Nederlanden omdat Keizer Josef II de
Republiek van de Zeven Verenigde Nederlanden de
barrièresteden laat ontruimen en de garnizoenen het land
uitzet. In de
Oostenrijkse Nederlanden verklaren een aantal provinciale
raden zich onafhankelijk. Zo blijven alleen nog
Vlaanderen, Mechelen, Namen en Opper-Gelre
vertegenwoordigd in de Grote Raad van Mechelen.
1783 AD woedde de
Amerikaanse Onafhankelijkheidsoorlog, voort.
Aanvankelijk liep het daarin niet goed voor de kolonisten.
Frankrijk ging, mede door beïnvloeding door Benjamin
Franklin, de kolonisten tegen Engeland steunen. Later gaat
ook Spanje de kolonisten steunen. Als derde natie steunden
de Hollanders, de bankiers van Europa, eveneens de
kolonisten. De Engelse generaal
Lord Cornwallis moest zich overgeven aan de Amerikaans-Franse
troepen onder leiding van Washington, hetgeen het
effectieve einde van het Engelse verzet betekende. Er
kwamen vredesbesprekingen en de definitieve
vrede werd in Parijs ondertekend, waarbij Groot-Brittannië de
onafhankelijkheid van de Verenigde Staten erkende en zich
beloofde terug te trekken uit de nieuw ontstane natie. Bij
de onafhankelijkheid was de VS een verzameling van 13
staten waarvan de onderlinge samenhang niet al te groot
was. Een belangrijke onopgeloste vraag was de
machtsverdeling tussen de individuele staten en de Unie.
Sommigen wilden een sterk centrale overheid, anderen juist
een minimale macht voor de federale regering in de nieuwe
hoofdstad, Washington.
De Brabantse Omwenteling
van 1789 tot 1790, ook wel Eerste Belgische Revolutie genoemd,
was een opstand van de Zuidelijke Nederlanden tegen het
Oostenrijkse gezag van Keizer Jozef II. Hij begon in het
gewest Brabant maar breidde zich al heel snel uit over
Vlaanderen, en nadien ook in mindere mate in Henegouwen,
Namen en Limburg. De opstand leidde tot het kortstondig
bestaan van een republiek, de Verenigde Nederlandse
Staten, onder leiding van Hendrik van de Noot
(1731 - 1827). Alle
Staten, met uitzondering van Luxemburg, verklaarden zich
onafhankelijk en verenigden zich in de Verenigde
Nederlandse Staten. Elke provincie behield zijn
soevereiniteit maar droeg de gemeenschappelijke belangen
over aan het Congres, dat in feite de voortzetting van de
Staten-Generaal is. De opstandelingen bleken het al
spoedig diep met elkaar oneens. De behoudsgezinde
Statisten beheersten de Staten van Brabant, hun
tegenstanders, de Vonckisten, vonden meer aanhang in
Henegouwen en in Vlaanderen. Deze laatsten willen een
democratische, centrale staat naar Frans model, mogelijk
opnieuw onder de Oostenrijkse vorst. Van de Noot zocht
buitenlandse steun bij Pruisen en rekende ook op de
Verenigde Provinciën.
1789 AD begint in Frankrijk
de Franse Revolutie met de bestorming van de Bastille en
wordt de Verklaring van de rechten van de mens en de
burger afgekondigd door de Assemblée Nationale. De Franse
Revolutie was het begin van een zeer onstabiele periode in
Europa, die bijna drie decennia duurde. In Frankrijk kwam
een einde aan de monarchie. Vervolgens ging het
revolutionaire bewind over tot een op expansie gerichte
politiek, waarbij de Franse legers een reeks van
overwinningen op de andere Europese mogendheden behaalden.
Het Europees machtsevenwicht werd hierdoor ernstig
verstoord. Engeland was een van de weinige landen waar de
onrust grotendeels aan voorbijging. De heersende elite
bezag de ontwikkelingen in Frankrijk met wantrouwen. De
verstoring van het machtsevenwicht was reden om Frankrijk
de oorlog te verklaren. Groot-Brittannië voerde bijna
onafgebroken oorlog tegen Frankrijk, meestal in
samenwerking met Rusland, Oostenrijk en Pruisen. Een
Franse invasie in Engeland of Ierland behoorde lange tijd
tot de mogelijkheden. De Franse Revolutie
was veel meer dan de val van een vorstenhuis, dat was wel
vaker gebeurd, zowel in Frankrijk als elders. Zij wordt
wel beschouwd als de aanvang van de moderne tijd in
Frankrijk. De gepropageerde verworvenheden van de
revolutie, vrijheid, gelijkheid en broederschap waren niet
overal in gelijke mate doorgedrongen en werden bepaald
niet zonder slag of stoot geaccepteerd. De opstand in de
Vendée werd met genocidaal geweld neergeslagen. In Lyon
belandden niet alleen vele weerspannigen onder de
guillotine, maar werden in een strafexpeditie ook
opzettelijk zware verwoestingen aangericht. De Revolutie
mislukte aanvankelijk, niet zozeer door verzet van
aanhangers van het ancien régime of door buitenlandse
inmenging tijdens de Eerste Coalitieoorlog, maar door
onderlinge verdeeldheid van de revolutionairen, die leidde
tot de beruchte Terreur, die in 1793-94 werd uitgeoefend
door het 'Comité de salut public' onder leiding van
Robespierre (1758
- 1794). Nadat Robespierre eind juli 1794 zijn hand
had overspeeld en tijdens de Thermidoriaanse Reactie, een
staatsgreep, zelf onder de guillotine was gekomen, werd
het Comité opgevolgd door het Directoire, een vijfkoppig
bestuur, dat wel autoritair republikeins moest zijn, omdat
de Terreur de anti-Revolutionaire monarchisten in de kaart
had gespeeld, waardoor die een serieuze bedreiging voor de
Republiek vormden.
1790 AD wordt Keizer Leopold II
(1747 - 1792), zoon van Keizer Frans I en Maria Theresia van
Oostenrijk en broer van Keizer Jozef II,
Rooms-Duitse Keizer, Aartshertog van Oostenrijk en koning
van Hongarije en Bohemen en Landsheer van de Oostenrijkse
Nederlanden. Oostenrijk en Pruisen riepen de andere
Europese grote mogendheden op om in te grijpen als de
Franse koning Lodewijk XVI (1754
- 1793) in gevaar zou
komen. De Nationale Grondwetgevende Vergadering van
Frankrijk zag dit als een verkapte oorlogsverklaring, en
greep dit argument aan om de oorlog te verklaren aan
Oostenrijk en zijn bondgenoten, de Coalitieoorlogen of
Franse revolutionaire oorlogen van 1792 tot 1802.
In de Zuidelijke Nederlanden
wordt door het "Manifest van de Provincie
Vlaenderen" de onafhankelijkheid van het graafschap
Vlaanderen uitgeroepen, dit gebeurt op de Vrijdagmarkt te
Gent. De laatste keer dat de Zuidelijke Staten-Generaal
vergaderen op eigen initiatief, roepen zij de Verenigde
Nederlandse Staten uit als een confederatie van de
Zuidelijke Nederlanden. De negen stichtende leden van deze
statenbond zijn Brabant, Henegouwen, Vlaanderen,
West-Vlaanderen, Namen, Mechelen, Belgisch Gelre, Doornik
en het Doornikse. De Vonckisten zijn bereid de
Rooms-Duitse keizer Leopold II te erkennen, de Statisten
daarentegen scharen zijn achter de Staten Generaal van de
Nederlanden. Veel Vonckisten vluchten daarop naar
Frankrijk. De Verenigde Nederlandse Staten worden ook niet
internationaal erkend, en moeten toezien hoe de
Oostenrijkers gemakkelijk weer hun gezag herstellen. De
Oostenrijkers verplichten de burgers in de Oostenrijkse
Nederlanden om alle geweren in te leveren. Toen Pruisen de
opstandelingen in de steek liet, mislukte de opstand en
Oostenrijk kon in 1791 zijn gezag herstellen met zachte
middelen, namelijk met herstel van grondwetten en algemene
amnestie en met lichte militaire druk. Dit was de Eerste
Oostenrijkse Restauratie.
1792 AD wordt Keizer Frans II (1768
- 1835),
zoon van Rooms-Duitse Keizer Leopold II,
Rooms-Duitse Keizer, Aartshertog van Oostenrijk en koning
van Hongarije en Bohemen en Landsheer van de Oostenrijkse
Nederlanden. Het eerste deel van zijn regeerperiode stond
in het teken van de Coalitieoorlogen tegen Napoleon
Bonaparte.
De Eerste Coalitieoorlog
tussen Frankrijk de rest van Europa, wordt grotendeels op
gebied van de Oostenrijkse Nederlanden geleverd. In de
Slag bij Jemappes wordt het Oostenrijkse leger door de
Fransen verslagen. De Franse troepen worden door een deel
van de bevolking als bevrijders gezien, ook omdat de
Franse generaal beloofd heeft dat in alle vrijheid een
democratische grondwettelijke staat mag worden ingericht.
Verder zal hij alles in het werk stellen om de Schelde te
'openen'. De Fransen dringen de Republiek van de Zeven
Verenigde Nederlanden binnen. Antwerpen wordt veroverd
door de Franse revolutionaire legers. Frankrijk 'opent' de
Schelde, maar de napoleontische oorlogen zullen de handel
beperken, en Antwerpen wordt onder Napoleon een
oorlogshaven, een "Pistool gericht op Engeland".
1793 AD verklaart het revolutionaire Frankrijk
de "tirannen" George III (1738 -
1820) van het
Verenigd Koninkrijk en
Willem V van Oranje Nassau
(1748 - 1806) van de Verenigde Nederlanden, de oorlog. De
Zuidelijke Nederlanden worden bij Frankrijk ingelijfd, de
annexatie wordt in een tumultueuze volksstemming
goedgekeurd. Deze annexatie van de Zuidelijke Nederlanden
bij Frankrijk wordt ongedaan gemaakt in de Slag bij
Neerwinden. De Fransen worden door het
Oostenrijkse leger verslagen. De Franse troepen moeten het
land ontruimen. Er ontstaat uitgebreid internationaal
diplomatiek overleg over de toekomst van België.
Aartshertog Karel van Oostenrijk (1771
- 1847) wordt
landvoogd van de Oostenrijkse Nederlanden.
1794 AD annexeert Frankrijk de
Oostenrijkse Nederlanden, in de Slag bij Fleurus
en graaf Jean Baptiste Jourdan, een Frans maarschalk,
dwingt de Oostenrijkers om de Nederlanden te verlaten. Het
verlies van de Oostenrijkers brengt de Franse overheersing
terug en markeert het begin van de Franse tijd van 1794
tot 1815
in België en in Nederland.
1796 AD zorgen de Napoleontische oorlogen
voor een opsplitsing van de republiek
Venetie in een Frans en Oostenrijks deel.
De Cisalpijnse Republiek
van 1797 tot 1802, wordt een Noord-Italiaanse zusterrepubliek
van de Eerste Franse Republiek met als president,
Napoleon
Bonaparte (1769 - 1821).
1798 AD zetten de draconische economische
maatregelen, de dienstplicht, de drastische inperking van
de taalvrijheid en de openlijke jacht op de Kerk, vooral bij de Vlaamse boeren, de brigands, kwaad bloed en
leidden tot een opstand tegen de Franse bezetter, de
sansculotten. Deze Boerenkrijg eindigde toen het
boerenleger werd verslagen. Er volgde een strenge
repressie waarbij de meeste leiders werden terechtgesteld.
Napoleon kende in België zowel voor- als tegenstanders.
Egypte wordt voor
een periode van negen maanden bezet door Franse
expeditietroepen onder leiding van generaal Napoleon
Bonaparte. Nadat de Britten onder leiding van
admiraal
Horatio Nelson een kustblokkade instelden, ontvluchtte
Napoleon het land met achterlating van zijn leger.
Napoleon was diegene die alles besliste zonder dat de
Belgen, evenmin als de andere Fransen, enige inspraak
hadden in het bestuur van hun land.
1799 AD wordt het Directoire, een vijfkoppig
bestuur, op zijn
beurt terzijde geschoven door de nog meer
autoritaire Napoleon Bonaparte, die de Republiek
aanvankelijk regeerde als eerste consul, maar die later
omzette in het Eerste Franse Keizerrijk. Ondanks de chaos
en gruwelen werd in deze revolutionaire en
post-revolutionaire tijden de basis gelegd voor een door
de Verlichting geïnspireerde burgerlijke democratie, de
scheiding van kerk en staat en de trias politica of
scheiding van machten in wetgevende, uitvoerende en
rechtelijke. Aldus kwam er een eind aan de absolute
monarchie en de feodale standenmaatschappij, veel
radicaler dan 150 jaar tevoren tijdens Oliver Cromwells
revolutie in Engeland. Hoewel de bevolking van Frankrijk
altijd zeer divers was geweest, werd het land volgens de
Jakobijnse ideologische centralistische visie de eerste
"moderne natiestaat ter wereld", die veel effectiever dan
voorheen het volk tot een gezamenlijke krachtsinspanning
kon inspireren. Dit maakte een nieuw verschijnsel, de
'levée en masse', ofwel militaire dienstplicht mogelijk.
Hoe gebrekkig dit systeem ook nog werkte naar hedendaagse
maatstaven, het was een groot voordeel voor Frankrijk ten
opzichte van haar vijanden, die als vanouds maar moesten
zien dat ze voldoende huurlingen konden betalen.
Gecombineerd met de relatief grote bevolking resulteerde
dit in een nieuw militair overwicht op haar vijanden, die
vergeefs trachtten de Revolutie de kop in te drukken in de
Eerste Coalitieoorlog en in de Tweede Coalitieoorlog,
waarbij het revolutionaire Frankrijk zelfs aanzienlijke
terreinwinst boekte. Hierbij vestigde Bonaparte zijn naam
als groot veldheer. Er zouden tot aan de Slag bij Waterloo
nog vijf anti-Franse coalitieoorlogen nodig zijn om de
Franse expansiedrift te beteugelen.
Negentiende eeuw
In het begin van de
negentiende eeuw vindt in Engeland een ware 'revolutie'
plaats, de zogenaamde 'industriële revolutie'. Dit was een
van de meest ingrijpende ontwikkelingen uit de menselijke
geschiedenis, qua belang vergelijkbaar met de neolithische
revolutie, het ontstaan van landbouw. De industrialisatie
deed het economisch leven ingrijpend veranderen, de
productie van goederen nam sterk toe, nieuwe technieken
werden ontwikkeld en ook de distributie van goederen vond
plaats over nieuwe wegen. De effecten waren niet louter
positief er waren ook de negatieve aspecten zoals de vaak
erbarmelijke omstandigheden waarin de fabrieksarbeiders
leefden.
1801 AD verdrijft een Brits-Ottomaanse
legermacht de Fransen uit Egypte, dat
een autonome Ottomaanse provincie wordt.
1802 AD wordt in de Cisalpijnse Republiek
een nieuwe grondwet aangenomen, waarin de
naam werd veranderd in Italiaanse Republiek, maar met
hetzelfde grondgebied. de president ervan was Napoleon
Bonaparte.
1803
AD koopt de Verenigde Staten het
territorium Louisiana van Frankrijk. Frankrijk probeerde
zo te voorkomen dat het goeddeels nog onverkende gebied in
Britse handen zou vallen terwijl de Verenigde Staten de
volledige controle over de rivier de Mississippi kreeg en
meer dan twee keer zo groot werd. Enkele jaren later
verkreeg de Verenigde Staten Spaans Florida. Texas vocht zich los van
Mexico en werd een onafhankelijke republiek waarna het
op eigen verzoek werd opgenomen in de Unie. Na de annexatie van Texas
ontstond er een grensconflict tussen de Verenigde Staten en Mexico.
1804 AD wordt de Franse Caraïbische
slavenkolonie Haïti door middel van een opstand onafhankelijk. Frankrijk had op het westelijk
halfrond nog slechts Frans-Guyana en wat eilandjes in de
Caraïbische Zee over.
In de Nederlandse Republiek
waren al voor de Franse tijd de verhoudingen niet feodaal
meer, de rol van de adel was al eeuwen relatief gering,
maar het bestuur was wel erg versnipperd vanwege de
autonomie van de gewesten en steden, waarin een
regentenkaste de dienst uitmaakte. De regenten werden door
de Fransen van hun macht ontdaan en de vervolgens in
Nederland opgelegde eenheid in bestuur, valuta, maten en
gewichten, rechtspraak en belastingheffing is sindsdien
nooit teruggedraaid.
Keizer Frans II, wordt de eerste Keizer van Oostenrijk.
Napoleon Bonaparte studeerde
als jonge militair aan de Franse koninklijke militaire
academie en koos bij aanvang van de Franse Revolutie voor
de opstandelingen. Hij klom dankzij militaire kwaliteiten
snel op in de rangen van het revolutionaire 'volksleger',
tot hij de belangrijkste generaal van de revolutionairen
was. Hij had zeker waardering voor de revolutionaire
verworvenheden, maar Bonaparte was ook eerzuchtig en uit
op handhaving en uitbreiding van zijn eigen machtspositie.
Tien jaar na de Revolutie nam Bonaparte de macht over van
het revolutionaire Directoire. Hij vestigde een Consulaat,
waarvan hijzelf eerste consul werd, met dictatoriale
bevoegdheden. Hij bleek ook een bekwaam bestuurder te
zijn, die in eigen land de nieuwe orde consolideerde in
een autoritair bewind dat hem op het lijf geschreven was.
Andere Europese mogendheden voelden zich bedreigd door de
Franse revolutionaire geestdrift, hetgeen leidde tot de
napoleontische oorlogen. Frankrijk bleek echter in veel
gevallen militair superieur en won de controle over een
groot deel van West- en Centraal-Europa, wat gepaard ging
met de export van het revolutionaire gedachtegoed en
bijbehorende instellingen. De artillerie was in die tijd
zo ver ontwikkeld, dat versterkte steden en forten
onvoldoende bescherming boden. Het kwam aan op snelle en
lange marsen met grote legers om op de juiste tijd en
plaats in één dag een beslissende slag te forceren met
soepele manoeuvres, waarbij soms tienduizenden doden en
gewonden velen. In dit type krijgskunst was Napoleon
onbetwist superieur. Al deze factoren stelden Napoleon in
staat alles te overtreffen waarvan Lodewijk XIV in zijn
expansiedrift had kunnen dromen. Ter zee bevestigden de
Britten echter hun suprematie meer dan ooit, waarbij
Horatio Nelson de nationale held werd, die in historische
zeeslagen bij de Nijldelta en bij Trafalgar zijn
land verdedigde tegen het Franse gevaar. Het Verenigd
Koninkrijk behield daardoor een continuïteit die het tot
op de dag van vandaag onderscheidt van de rest van
West-Europa.
1805 AD vindt een belangrijke overwinning
van admiraal Horatio Nelson plaats in de Slag bij
Trafalgar, een zeeslag tijdens de Derde
Coalitieoorlog tussen het Verenigd Koninkrijk en het
Franse keizerrijk van Napoleon. Na de vernietiging van de
Franse vloot, probeerde Napoleon alle havens van het
continent, het vasteland van Europa, te sluiten voor de
Britse handel. Deze periode was voor het Britse Rijk een
moeilijke economische strijd.
1806 AD roept Napoleon, president van
Italië, zichzelf uit tot koning van Italië en
veranderde de naam Italiaanse Republiek naar Koninkrijk
Italië.
1810 AD wordt in veel veroverde gebieden,
waaronder Nederland, nadat dit geheel was
geannexeerd, net als in Frankrijk de dienstplicht
ingevoerd, wat de Franse hegemonie nog verder vergrootte.
1812
AD komt het tot een
veldtocht van Napoleon naar Rusland met het grootste leger
dat Europa ooit gezien had. De Russen hadden wel de
mankracht, maar niet het logistieke vernuft om deze
prestatie te evenaren. Zij wisten echter de strategische
diepte van hun land en de strengheid van de Russische
winter goed uit te buiten en pasten de tactiek van de
verschroeide aarde toe. Op 7 september kwam het dan
eindelijk tot de Slag bij Borodino nabij Moskou, die voor
beide partijen zeer bloedig was. Het door Napoleon
gewenste resultaat bleef echter uit. Hij kon nog wel
Moskou bezetten, maar dat werd door de Russen zelf in
brand gestoken. De tsaar reageerde vanuit Sint-Petersburg
niet op zijn eis tot overgave. Er zat in oktober voor
Napoleon niets anders op dan vanuit Moskou terug naar huis
te marcheren. De nog resterende troepen gingen daarbij
voor het overgrote deel ten onder door uitputting, honger
en bevriezing, tevergeefs op zoek naar de vijand om een
beslissende slag te leveren. De vijand kwelde hem op de
terugtocht wel voortdurend met verrassingsaanvallen.
Rusland leed ook ontstellend onder deze ongekende aanval
vanuit het westen, die nog altijd beschouwd wordt als een
van de meest dramatische episodes in de Russische
nationale geschiedenis.
1813 AD wordt door Napoleon
de ontbinding van het Heilige Roomse Rijk afgedwongen, en legde Keizer Frans II de keizerstitel Keizer van het
Heilige Roomse Rijk van de Duitse Natie neer. Hij bleef
echter Keizer van Oostenrijk. Nadat Napoleon de
Volkerenslag of Slag bij Leipzig had verloren, begon het
duidelijk te worden dat Frankrijk de gebieden die het
geannexeerd had, weer zou moeten afstaan.
Het rampzalige avontuur in
Rusland luidde Napoleons ondergang in. Zijn vijanden
meenden een kans te zien om zonder verder bloedvergieten
van hem af te komen. Zij boden hem de gelegenheid zich
terug te trekken uit een groot deel van zijn veroverde
gebieden, waarbij hij dan wel keizer kon blijven van
Frankrijk zelf en van enkele omringende gebieden. Napoleon
wees dit verontwaardigd af en liet het al in aankomen
op een nieuwe krachtmeting, de Volkerenslag bij Leipzig.
De Pruisen, de Oostenrijkers, de Russen en de Zweden
hadden echter geleerd van Napoleons succesformule en
hadden verscheidene van zijn militaire vernieuwingen
ingevoerd. Ze waren aldus in staat Frankrijk een zware
nederlaag toe te brengen, die leidde tot Napoleons val en
verbanning naar het Italiaanse eiland Elba. In Frankrijk
werd weer een lid van het huis Bourbon op de troon gezet,
Lodewijk XVIII van Frankrijk, maar de hiermee ingezette
Restauratie viel in slechte aarde. In de daarop volgende
politieke instabiliteit gingen in Frankrijk stemmen op om
de grote oorlogsheld terug te halen. Dit leidde tot de
Honderd Dagen van Napoleons triomfantelijke terugkeer en
vervolgens tot zijn definitieve nederlaag tegen de Britten
en Hollanders en de Pruisen in de Slag bij Waterloo. Hij
werd toen door de Britten, volgens hem ‘de meest genereuze
van zijn vijanden’, levenslang verbannen naar het verre en
goed bewaakte Britse eiland Sint-Helena in het zuiden van
de Atlantische Oceaan. Daar werkte hij aan zijn memoires
en stierf hij in 1821. Ondanks machtsmisbruik en
zelfverrijking door Napoleon is de invloed van de Franse
Revolutie en de vervolgens door Napoleon geëxporteerde
verworvenheden van de Revolutie op cultuur en bestuur van
Europa van groot en blijvend belang gebleken. De feodale
verhoudingen in West- en Centraal-Europa, die overigens al
langzaam aan het afbrokkelen waren vóór de Franse
veroveringen, hadden een slag gekregen waarvan zij niet
meer zouden herstellen. In plaats van adellijke afkomst
werden talent en opleiding doorslaggevend voor het
bekleden van machtsposities. Loyaliteit was in de eerste
plaats verschuldigd aan het centrale gezag in plaats van
aan een lokale feodale machthebber. Daarmee werd de weg
vrijgemaakt voor het nationalisme en de daaruit
voortkomende natiestaat. Het belangrijkste geopolitieke
gevolg in Europa van Napoleons veroveringen was het
ontstaan van het Duitse en Italiaanse nationalisme. Het
Franse streven om de verworvenheden van de Franse
Revolutie te exporteren is het minst succesvol gebleken en
wellicht zelfs contraproductief geweest in Spanje, dat
toch al achtergebleven en geïsoleerd was ten opzichte van
de rest van het vroegmoderne West-Europa. De Franse
bezetting van Spanje, die leidde tot de zes jaar durende
Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog, bood echter wel een
groot deel van Spanjes Amerikaanse koloniën de kans zich
onafhankelijk te maken. Dit gebeurde onder leiding van de
charismatische leider Simón Bolívar, die in
Latijns-Amerika nog steeds een inspirerende figuur is. Van
heel Latijns-Amerika bleven alleen Puerto Rico en Cuba nog
onder Spaans gezag.
Heel Europa
wenste Frankrijk terug te brengen tot zijn grenzen van
voor de revolutie. De publieke opinie wenste het behoud
van de Belgische eenheid en legde zich er na de afzetting
van Napoleon bij neer dat dit gebeurde binnen het
bestuurlijk tweeledige Verenigd Koninkrijk van de
Nederlanden. Napoleon werd door Tsaar Alexander van
Rusland en de Franse senaat gedwongen om onvoorwaardelijk
troonsafstand te doen en er werd in 1814 besloten om
Napoleon een ballingschap op Elba aan te bieden, met
behoud van de keizerstitel en bovendien zou hij door hem
zelf uitgekozen Franse soldaten mogen meenemen als
lijfwacht. Tien maanden na de verbanning naar Elba
ontsnapte Napoleon, vergezeld van duizend soldaten en vier
kanonnen. Zijn snelle terugkeer naar de macht wordt in
Frankrijk ook wel de "adelaarsvlucht" genoemd. Hij reisde
via wat later bekend zou worden als de route Napoléon naar
Grenoble, kreeg daar de steun van legeronderdelen, en
kreeg de steun van een deel van de bevolking, diegenen die
niet tevreden waren over Lodewijk XVIII (1755
- 1824) en bij
het leger was Napoleon nog geliefd. Koning Lodewijk XVIII
realiseerde zich dat hij weinig politieke steun had van de
Franse bevolking en ontvluchtte het Tuilerieënpaleis. De
grote mogendheden besloten op het Congres van Wenen om
Napoleon vogelvrij te verklaren als een vijand die buiten
iedere wettige bescherming stond.
Napoleon leek vrijwel
onverslaanbaar op het Europese continent, met uitzondering
van het Iberisch Schiereiland, waar hij te maken kreeg met
een type oorlog waarop hij geen antwoord had, een
guerrilla, die wel de Spaanse Onafhankelijkheidsoorlog
van 1808 tot 1814, genoemd wordt. Deze werd door de Britten
krachtig gesteund, met militaire interventies onder bevel
van de Hertog van Wellington. De coalitie van Britten,
Pruisen, Spanjaarden en Oostenrijkers kwam overigens niet
meer toe aan het de kop indrukken van de Franse Revolutie,
zij werd geheel in de verdediging gedrongen. Napoleon
voerde weliswaar veel goede bestuurlijke en
onderwijskundige vernieuwingen in, maar ook een straffe
censuur, omdat hij niet gediend was van openlijke kritiek
op hem en zijn bewind.
Na de val van Napoleon koos
men in Italië voor verschillende levensvatbare staten.
1815 AD Nadat Napoleon de macht in
Parijs weer had overgenomen verklaarde hij de vrede in
Europa te willen bewaren. De geallieerden waren niet
overtuigd van Napoleons intenties, toen die een nieuw
leger samenstelde. Napoleon wilde in de Zuidelijke
Nederlanden de Britten en de Pruisen verslaan, voordat ook
Oostenrijk een leger kon sturen. De Fransen, de Britten en
een klein contingent Nederlandse troepen troffen elkaar
vlak bij Waterloo. Het Franse leger viel onder
bevel van Napoleon meerdere keren aan, maar de Britten,
onder leiding van de hertog van Wellington, hielden stand
en toen de Pruisen zich 's avonds bij de Britten
aansloten, verloor Napoleon de Slag bij Waterloo. Napoleon
wist dat met de regering van Lodewijk XVIII de guillotine
hem wachtte en ook de Pruisen wensten dat Napoleon direct
geëxecuteerd zou worden. De geallieerden beslisten op het
Congres van Wenen dat Napoleon zou worden verbannen uit
Europa. Sint-Helena in de Atlantische Oceaan, een eiland
op zo'n 2000 km ten westen van Angola, een van de meest
afgelegen eilanden ter wereld, zou het ballingsoord
worden. De geallieerden besloten eveneens op het Congres
van Wenen om een gordel van bufferstaten rond Frankrijk
aan te leggen. Met dit doel werden de vroegere Zuidelijke
Nederlanden opnieuw met de vroegere Verenigde Provinciën
samengevoegd tot het Verenigd Koninkrijk van de
Nederlanden. Het Verenigd Koninkrijk van de Nederlanden
had twee regeringscentra: Den Haag en Brussel. In de
zuidelijke provincies werd Nederlands de officiële taal,
in de Waalse provincies bleef Frans de officiële taal. De
koning drong erop aan dat het Nederlands de algemene
bestuurstaal was, maar in de politiek was het Frans
gangbaar. Alle Zuiderlingen in de Staten-Generaal spraken
Frans, en dit werd ook verstaan door de Noorderlingen. In
het begin kreeg vooral het Noorden te maken met veel
werkloosheid en armoede. Dankzij de hereniging van de
Nederlanden werd de zware schuldenlast van het Noorden
verlicht. Het Zuiden was financieel stabiel, maar moest de
schulden van het Noorden mee afbetalen. Anderzijds
profiteerde het mee van de opbrengsten en
afzetmogelijkheden in de Nederlandse koloniën. Het
grootste obstakel voor de ontwikkeling van het Zuiden was
het onderwijs, dat enkel toegankelijk was voor de elite.
De overheid richtte staatsscholen op en damde zo de
ongeletterdheid in.
1820 AD volgt George IV (1762
- 1830) zijn vader, koning George III, op als koning van
Engeland. De nieuwe koning werd gekroond in de Westminster
Abbey te Londen. Door zijn levensstijl vertoonde hij van
bij zijn aantreden als koning al tekenen van verval. Hij
was veel te zwaar en ook mentaal verzwakt. Met hem had de
populariteit van de monarchie een dieptepunt bereikt.
De Risorgimento of
"herrijzenis" van 1821 tot 1870 is de periode van de eenmaking
van Italië, die begon met opstanden in Napels en Piëmont
en voltooid werd met de inname van Rome door de Italianen.
1825 AD rijdt de eerste locomotief, de
Locomotion, ontworpen door George Stephenson (1781 - 1848),
op Britse bodem op de spoorlijn van
Darlington naar Stockton.
1827 AD ontstaat in de Zuidelijke Nederlanden
grote ontevredenheid, waaraan vanuit het
parlement en door het despotisme van
Willem I der
Nederlanden (1772 - 1843), onvoldoende gehoor wordt gegeven.
In deze context sloegen de twee grote Zuidelijke partijen
– de katholieken en de liberalen – de handen in elkaar om
gezamenlijk oppositie te voeren, het zogenaamde
monsterverbond. Op politiek vlak wordt de druk
opgevoerd en ook de bevolking komt in opstand.
1830 AD blijven na de opvoering, op de avond
van 25 augustus 1830, van de romantisch nationalistische
opera 'De Stomme van Portici', in de Koninklijke
Muntschouwburg in Brussel, de toehoorders "vive la
liberté" roepen. In de late avond wordt er brand gesticht
in het huis van minister Van Maanen, de drijvende kracht
achter de taalpolitiek van de koning. De wanordelijkheden
werkten aanstekelijk op de werklozen, die 's anderendaags
in de fabrieken de stoommachines en de mechanische
weefgetouwen vernielden, volgens hen de oorzaak van hun
werkloosheid, en de voedselvoorraden plunderden. De
burgerij, die vaststelde dat de wettelijke overheden de
situatie niet aankonden, richtte in verschillende steden
een burgerwacht op, die spoedig de orde herstelde.
Gesterkt door dit gezag, nam het college van notabelen,
dat in het Brusselse stadhuis bijeenkwam, het initiatief
in handen en stuurde een afvaardiging naar Willem I om het
ontslag van minister Van Maanen te vragen en een
spoedbijeenkomst van de Staten-Generaal om de grieven te
bespreken. Het weifelende en onhandige optreden van Willem
I en zijn zonen leidde tot een definitieve breuk.
Enerzijds had Willem I wel al de onbeperkte taalvrijheid
weer ingevoerd maar anderzijds liet hij noch persvrijheid,
noch een staatshervorming toe. Hij stuurde zijn zoon,
kroonprins Willem, naar Brussel, terwijl zijn andere zoon,
prins Frederik, die opperbevelhebber was van het
koninklijke leger, in en rond Vilvoorde klaarstond met een
leger van 6000 man. Door zijn bestendig contact met de
plaatselijke burgerbevolking, bleek het regionaal
gerekruteerde en gestationeerde regeringsleger zeer
vatbaar te zijn voor revolutionaire ideeën en viel nu snel
uiteen. De troepen kwamen in opstand tegen de hiërarchie,
weigerden de bevelen uit te voeren en deserteerden
massaal. Ondanks hun bonte samenstelling en omkadering
slaagden de revolutionaire vrijwilligersbrigades erin
bijna overal de plaats in te nemen van de reguliere
troepen. Het hele grondgebied was bevrijd van noordelijke
troepen.
Frankrijk maakte min
of meer per ongeluk in Algerije, bij de uitroeiing van de
laatste beruchte barbarijse zeerovers, een begin met
kolonisatie in Afrika, maar dat was meer een symptoom van
het verval van het Ottomaanse Rijk dan een bewijs van
Frankrijks macht.
In Frankrijk zou de
Restauratie, na Napoleons nederlaag
bij Waterloo, het
nog volhouden. Het reactionaire bewind van de
laatste koning van het huis Bourbon werd opgevolgd door
een 'burgerkoning',
Lodewijk Filips I van Frankrijk
(1773 - 1850), die,
in ieder geval aanvankelijk, wat vooruitstrevender was.
Een steeds conservatiever wordende houding van Lodewijk
Filips I leidde in combinatie met een economische crisis
in 1848 tot een nieuwe revolutie, die samenviel met vele
andere revoluties elders in Europa, waardoor de Tweede
Franse Republiek ontstond. Een oom van Napoleon Bonaparte,
Lodewijk Napoleon, werd president. De republikeinse
staatsvorm zou het deze keer maar vier jaar uithouden.
Willem IV (1765
- 1837), broer
van George IV, volgt hem op als koning van
Engeland. Willem IV brak met een aantal middeleeuwse
tradities, zoals het kroningsbanket in Westminster Hall,
en bezuinigde op het kostbare hofleven. De monarchie kwam
dichter bij het volk te staan.
1831 AD wordt Leopold Joris Christiaan
Frederik van Saksen-Coburg-Saalfeld (1790 - 1865), prins van
Saksen-Coburg-Saalfeld, hertog van Saksen,
de eerste koning van de Belgen, Leopold I van België. Vanaf het ontstaan van de
Belgische staat gold het cijnskiesrecht van 1830 tot 1893, dus
enkel burgers die een bepaalde hoeveelheid cijns
(belasting) betaalden hadden stemrecht waardoor er bij de
nationale verkiezingen slechts 46.000 Belgen
stemgerechtigd waren voor de kamer.
Frankrijk bleef denken aan
een verdeling tussen de buurlanden van het opstandige
gebied, namelijk het Franstalige deel bij Frankrijk en het
Nederlandstalig deel bij Nederland.. De andere
grootmachten wilden vooral de feitelijke situatie van rust
handhaven en lieten het Belgische bewind zijn gang gaan.
Het nieuwe regime werd toch door de grootmachten
aanvaard, zeker nadat het eindelijk een koning had
gevonden. Voor Willem I was dit echter niet aanvaardbaar
en hij rukte met een Nederlands leger opnieuw zonder veel
tegenstand op naar Brussel tijdens de Tiendaagse
Veldtocht. Nadat een Frans leger de grens overstak, trok
Willem I zijn troepen terug. Een Nederlands garnizoen
onder leiding van generaal Chassé behield met een groot
aantal kanonnen en soldaten de citadel van Antwerpen.
Franse troepen namen de citadel wekenlang onder vuur en
uiteindelijk viel de stad in Franse handen.
De Griekse
Onafhankelijkheidsoorlog was een oorlog tussen de Grieken
en de Turken, vanaf de Griekse
onafhankelijkheidsverklaring van het Ottomaanse Rijk op 25
maart, nu de Griekse nationale feestdag, 1821 tot de
erkenning van de onafhankelijkheid van het moderne
Griekenland in juli 1832 met het Verdrag van
Constantinopel.
1837 AD wordt
Victoria (1819 - 1901), een
kleindochter van George III, koningin van
Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië. De victoriaanse
tijd was een periode van snelle bevolkingsgroei,
democratisering en een groot vertrouwen in de nationale
identiteit. De periode dankt haar naam aan het lange
bewind van koningin Victoria. Ongeveer halverwege de eeuw
bereikte het land het hoogtepunt van zijn macht. Gedurende
de latere decennia van Victoria's bewind werd ook het
onderwijs hervormd. Victoria en haar echtgenoot prins
Albert gaven op unieke wijze gestalte aan het Britse
koningschap. Vanaf de jaren zeventig stagneerde de
expansie van de wereldeconomie. Vooral de landbouwsector
werd zwaar getroffen. Voor de Engelse aristocratie pakte
de crisis zeer nadelig uit en gaandeweg kwam er een eind
aan haar politieke dominantie.
1838
AD werd de hoge Chinese
ambtenaar Lin Zexu naar Kanton gestuurd om de opiumsmokkel
te stoppen. Met harde maatregelen greep hij in en nam ruim
20.000 kisten opium in beslag die vervolgens werd
vernietigd. De Britse handelaren leden hierop een groot
financieel verlies. en zij oefenden grote druk uit op de
Britse regering voor een schadeloosstelling. Dit
resulteerde in de Eerste Opiumoorlog (1839-42). Schepen
van de Compagnie en van de Britse marine vielen havens in
China aan. In het Verdrag van Nanking kregen de Britten
hun schadevergoeding en Hongkong. Het restrictieve
Kantonsysteem kwam te vervallen en nog vier Chinese havens
werden opgesteld voor de zeehandel.
1839 AD erkent Nederland de Belgische onafhankelijkheid, bij het Verdrag van
Londen, na een lange en kostbare volhardingspolitiek.
1843 AD werd in het verdrag van
Maastricht de grens tussen België en
Nederland vastgesteld.
1846 AD brak, nadat er een schermutseling
plaatsvond op een gebied dat zowel door de VS als Mexico werd
opgeëist, de Mexicaans-Amerikaanse Oorlog uit.
Beide partijen leden zware verliezen maar toch wisten de
Amerikanen vrij eenvoudig te winnen en werd Mexico-Stad
ingenomen. Bij de vrede van Guadalupe Hidalgo raakte
Mexico het noordelijke deel van zijn grondgebied aan de
Verenigde Staten kwijt. Hieruit werd onder andere de staat
Californië gevormd alsmede territoria die later New
Mexico, Arizona en Nevada zouden worden. Kort nadat de
gevechten gestaakt werden, werd in Californië goud
gevonden en al gauw brak de Californische goldrush uit. Er
ontstond een ware volksverhuizing naar het westen en
steden werden soms bijna letterlijk in één nacht uit de
grond gestampt. Vele goudzoekers kwamen in San Francisco
terecht, de zogenaamde "49ers".
1850 AD heerste er in de Verenigde Staten
een groeiende onenigheid tussen het in snel
tempo geïndustrialiseerde noorden en het agrarische
zuiden. De economie van het zuiden was gebaseerd op de
mankracht van de zwarte slaaf, die van het noorden op de
arbeider. Een groeiende beweging van abolitionisten wilde
de slavernij ook in de staten bezuiden de Mason-Dixonlijn
afgeschaft zien. Er bestonden clandestiene organisaties,
de ondergrondse spoorweg, die zwarte slaven hielpen
ontsnappen naar het noorden en naar Canada. Er werd
een compromis gesloten in het Congres waarbij nieuwe
staten zelf mochten beslissen of ze slavernij zouden
toestaan of juist verbieden. Later werd dit compromis
ongrondwettelijk verklaard.
1851
AD pleegde Lodewijk
Napoleon een staatsgreep en in het jaar daarop
legitimeerde hij zijn aanspraak op het keizerschap als
Napoleon III door middel van een referendum. Het Tweede
Franse Keizerrijk was hiermee een feit. Het algemeen
kiesrecht voor mannen werd ingevoerd, maar het aldus
gekozen parlement, dat bestond uit het Wetgevend Lichaam
en de Senaat, was erg zwak ten opzichte van de uitvoerende
macht.
De gevolgen van de
geopolitieke veranderingen door de Franse veroveringen
werden merkbaar tijdens het Congres van Wenen, dat in 1815
direct na Napoleons definitieve nederlaag bij Waterloo
gehouden werd. Het had als voornaamste doel het definiëren
van een nieuw machtsevenwicht in Europa, waarin Frankrijk
zonder voortdurende oorlogen onder controle gehouden kon
worden. Dit is in aanzienlijke mate gelukt. Frankrijk
intervenieerde tussen 1853 en 1856 in de Krimoorlog als
bondgenoot van de Britten om een andere voormalige rivaal,
het Ottomaanse Rijk, te beschermen tegen het Russische
expansionisme.
1859
AD steunde Frankrijk
het naburige Savoye in de Slag bij Solferino tegen
Oostenrijk.
1860
AD doet België pogingen
tot meer verbroedering met Nederland vanwege de dreigende
annexatie door Napoleon III. Premier Charles Rogier van
België vond dat het oude Koninkrijk van de Nederlanden
hersteld moest worden in de vorm van een confederatie. Hij
liet zelfs de Brabançonne aanpassen, opdat die de
vriendschapsbanden tussen Nederlanders en Belgen zou
benadrukken.
Na de Tweede Opiumoorlog (1856
- 1860) werd de invoer van opium in China
gelegaliseerd. Er kwam meer opium uit Turkije en Perzië en
dit ging ten koste van de opiumexport uit India.
1861 AD diende de Franse interventie in
Mexico (1861 - 1867) om invloed in
Amerika terug te winnen via het Tweede Mexicaanse
Keizerrijk. Dit liep uit op een fiasco. Meer succes hadden
Fransen met de aanleg van het Suezkanaal in de jaren
zestig, ondanks skepsis van de Britten over de commerciële
haalbaarheid en hun afkeuring van het gebruik op grote
schaal van dwangarbeid. In de jaren tachtig zouden de
Britten overigens het Egyptische aandeel in de exploitatie
van het kanaal overnemen en met militaire middelen
beschermen, waardoor Egypte een Brits protectoraat werd.
In de Verenigde staten werd
kort voor de verkiezingen
de Republikeinse Partij opgericht die zich tegen de
slavernij keerde. De Republikeinse kandidaat
Abraham Lincoln (1809 - 1865) werd gekozen als 16de president. Veel
zuidelijke staten konden dit niet verkroppen en scheidden
zich af van de Unie, de Noordelijke staten, en vormde de
"Confederate States of America", de Zuidelijke staten, met
Richmond in Virginia als hoofdstad. Zij beriepen zich
daarbij sterk op het recht van de individuele staten om
hun eigen zaken te mogen regelen. Na de inauguratie van
president Abraham Lincoln liepen de spanningen hoog op en
na beschieting van het Federale depot Fort Sumter in South
Carolina brak de Amerikaanse Burgeroorlog uit. Deze oorlog
zou de bloedigste oorlog uit de Amerikaanse geschiedenis
blijken die zich 4 jaar voortsleepte. In de eerste helft
van de oorlog leken de Confederatie het voordeel te
hebben, mede door een superieure leiding van het leger. Na
de Slag bij Gettysburg in 1863 en aanstelling van
Ulysses S. Grant
(1822 - 1885) als bevelhebber van de Noordelijke
strijdkrachen begon het tij te
keren. De economische overheersing van het
geïndustrialiseerde noorden en de maritieme blokkade van
de confederatie gaf uiteindelijk de doorslag voor de
noordelijke overwinning. Gedurende de oorlog proclameerde
Lincoln de afschaffing van de slavernij in de staten die
zich gewapend tegen de Unie verzette.
1864 AD de "Romeinse Kwestie", of het
lot van de Kerkelijke Staat, zal nog duren tot de inname
van Rome. Paus Pius IX verloor zijn wereldlijke
macht, de eenheid van Italië was nu een feit, maar het
bleef wel een etterbuil in het zeer katholieke Italië. In
de Romeinse kwestie ging het om de vraag of de Kerkelijke
Staat, die vanuit Rome werd bestuurd door Paus Pius IX, de
leider van de Rooms-Katholieke Kerk, deel van Italië moest
worden of niet. Italië en Frankrijk bereikten een
overeenkomst, de Franse troepen trokken zich uit de
Kerkelijke Staat terug en Italië nam de verdediging van de
Kerkelijke Staat over.
1865 AD wordt
Leopold Lodewijk Filips
Maria Victor (1835 - 1909), prins van België, hertog van
Saksen, prins van Saksen-Coburg en Gotha, hertog van
Brabant de tweede koning van de Belgen,
Leopold II van België. Hij was de zoon van Leopold I van
België en Louise Marie van Orléans.
Verder weg waren er de
Verenigde Staten, een land dat sinds het einde van de
Amerikaanse Burgeroorlog in 1865 dankzij massale
immigratie vanuit Europa en razendsnelle industrialisatie
ook een opkomende grote mogendheid werd. Rond de
eeuwwisseling bleek de VS tijdens het bewind van Theodore
Roosevelt ook een geduchte militaire en maritieme
mogendheid te zijn geworden. Niet alleen in industriële
ontwikkeling, maar ook in demografisch opzicht werd
Frankrijk ingehaald en overtroffen door al deze rivalen.
De centrale obsessies van Frankrijk waren echter het
Duitse gevaar en het verlies van Elzas en Lotharingen. De
verschuivende machtsverhoudingen hadden een toenadering
tot de Britse aartsrivaal tot gevolg, al kort na 1830
sprak de Franse staatsman François Guizot van een 'entente
cordiale' tussen de Britten en de Fransen wegens
gemeenschappelijke belangen. In 1853 waren zij samen
bondgenoten van de Turken tegen de Russen in de
Krimoorlog. Tussen 1849 en 1870 waren
Franse troepen gelegerd in de Pauselijke Staat, omdat die
in de verdrukking raakte door het opkomende Italiaanse
nationalisme (Risorgimento).
In de
Verenigde Staten werd via een
grondwetswijziging officieel de slavernij afgeschaft. Het
zuiden had van de oorlog en zijn nasleep veel te lijden.
Het zou tot het midden van de volgende eeuw duren voordat
het zuiden weer in opkomst zou komen. Na de Burgeroorlog
volgde een korte periode van Reconstruction, waarin de
zuidelijke staten, na een periode van militair bestuur,
weer tot de Unie werden toegelaten. De Verenigde Staten
begonnen ook aan hun klim naar internationale macht in
deze periode. Een niet te stuiten toestroom van Europese
immigranten en de ontwikkeling van een industriële basis
die ongekend was in de rest van de wereld legden hiervoor
het fundament. De aanleg van spoorwegen die de oost- en
westkust verbonden, maakte een snel doordringen in het nog
wilde gebied ertussen mogelijk. Voor de oorspronkelijke
Amerikanen leidde dit tot hun neergang, vooral omdat de
bizon, grotendeels hun bron van levensonderhoud, op de
rand van uitsterven gebracht werd.
1870 AD kwam er een nieuwe rivaal bij, het
verenigde en snel industrialiserende Duitsland, dat de
veroveringen en vernederingen van de napoleontische tijd
en van de twee eeuwen daarvoor nog niet vergeten was.
Hoezeer de machtsverhoudingen gewijzigd waren werd snel en
pijnlijk duidelijk in de Frans-Duitse Oorlog van
1870 tot 1871, waarbij het verlies van de Elzas en Lotharingen
als een ondraaglijke vernedering werd ervaren. De
nederlaag tegen Duitsland en de capitulatie van keizer
Napoleon III leidden in Parijs tot de val van het Tweede
Franse Keizerrijk en de afkondiging van de Derde Franse
Republiek. In Parijs brak er een linkse opstand uit die
als de Parijse Commune de geschiedenis in zou gaan, maar
die was een kort leven beschoren. De dominantie van
Pruisen in Duitsland werd bezegeld met de uitroeping van
het Duitse Keizerrijk, waarmee de droom van de Pruisische
staatsman Otto von Bismarck verwezenlijkt werd, voor deze
plechtigheid meende hij de spiegelzaal van het Paleis van
Versailles wel te kunnen gebruiken.
Er werd een geheim
bondgenootschap gesloten met de Italianen en de Russen, om
de Duitse hegemonie tegenwicht te bieden, in 1904 ontstond
zelfs een formele Brits-Franse 'Entente Cordiale', met
hetzelfde doel. Vanaf 1877 deed Frankrijk volop mee met de
Europese koloniale expansie in Afrika en Zuidoost-Azië,
wat soms tot spanningen leidde met de nog succesvollere
Britten en met de in dit opzicht minder succesvolle
Duitsers. Af en toe werd er ook samengewerkt met andere
Europese koloniale mogendheden, bijvoorbeeld tijdens de
Koloniale Conferentie van Berlijn (1884 - 1885) en in China
tijdens de anti-Europese Bokseropstand van 1900, waarbij
er zelfs een Achtlanden-alliantie van de grond kwam om hun
eigen burgers in China te beschermen.
1871 AD ontstaat het Duitse keizerrijk
(1871 - 1918) en zowel in politiek als in
economisch opzicht ontwikkelde de nieuwe staat zich tot
een geduchte concurrent van het Verenigd Koninkrijk.
In België wordt het
kiesrecht opnieuw aanzienlijk verruimd. Partijdiscipline
deed zijn intrede. Het waren nadien bijna altijd de
kiezers die een kabinet ten val brachten. Doordat het
dagbladzegel was afgeschaft, werden kranten goedkoper en
in combinatie met de ontwikkeling van de telegrafie namen
daardoor zowel de omvang als de invloed van de pers sterk
toe. Een periode van emancipatie van de arbeidersklasse
was begonnen.
1877 AD teistert een Nieuwe Russisch-Turkse
oorlog 1877 - 1878) het Ottomaanse Rijk en het
verliest Bulgarije, Roemenië, Servië, Montenegro aan
Rusland, Cyprus aan de Britten en Bosnië en Herzegovina
worden bezet door Oostenrijk.
1882 AD komt Egypte onder Britse
overheersing (1882 - 1952).
1884 AD ontdekken wapensmeden dat de
spiraalvormige groeven in de loop van een geweer de kogel
rond zijn as doen draaien. Door de rotatie vervijfvoudigt
de trefzekerheid op afstand. Tijdens de Amerikaanse
burgeroorlog kan een infanterist met de nieuwe magazijn-
en achterladergeweren 16 schoten per minuut afvuren. Het
eerste machinegeweer wordt gebouwd door de
Amerikaan Hiram Maxim (1840 - 1916). Het geweer gebruikt de
energie die ontstaat uit de terugslag van de vorige kogel
om opnieuw te schieten. Het Maxim-geweer wordt door water
gekoeld en het kan maar liefst 500 schoten per minuut
afvuren, zonder dat het daardoor oververhit raakt.
1885 AD sticht Leopold II Congo-Vrijstaat
(1885 - 1908) zijn privé-project, dat hem
werd toegezegd door de Koloniale Conferentie van Berlijn.
Hij wordt also de eigenaar en soeverein van de
Onafhankelijke Congostaat. Ten tijde van zijn koningschap
zijn er veel gruweldaden in Congo-Vrijstaat gepleegd,
waardoor zijn nalatenschap omstreden is. Om de hoge kosten
gemaakt bij de kolonisatie van Congo te recupereren, wilde
Leopold II de rubber- en ivoorexploitatie monopoliseren en
zette zich daarmee af tegen de Akte van Berlijn, die voor
vrijhandel pleitte. Hiertegen volgden vele protesten met
als gevolg een verdeling in een kroondomein, een
vrijhandelszone en een voor de handel gesloten gebied.
Economisch veranderde België vrij snel van een
landbouwstaat in een industriestaat met als belangrijke
sectoren mijnbouw en metaalindustrie. Het economisch
liberalisme zorgde echter ook voor armoede en ellendige
leefomstandigheden die in 1885 resulteerden in de uit een
aantal socialistische groepen bestaande Belgische
Werkliedenpartij die stakingen en opstanden organiseerde.
1893 AD werd na bloedige stakingen in
Wallonië en druk van de liberale progressisten en de
socialisten, het algemeen meervoudig stemrecht
(tot 1918) ingevoerd. Hierdoor had elke mannelijke
Belgische burger van 25 jaar of ouder minstens één stem,
één of twee extra stemmen waren mogelijk ofwel naargelang
zijn opleidingen, ofwel naargelang de cijns die hij
betaalde, ofwel een combinatie van beide. Een kiezer kon
maximaal over 3 stemmen beschikken. De opkomstplicht werd
eveneens ingevoerd. Ondanks deze hervormingen bleef de
Werkliedenpartij voor algemeen enkelvoudig stemrecht
pleiten.
1895 AD blijft Frankrijk
in
cultureel opzicht toonaangevend, vooral
literatuur en schilderkunst trokken internationale
aandacht. Parijs is om die reden wel de 'hoofdstad van de
19e eeuw' genoemd. Wat daarbij ook hielp was dat het
stratenplan en de infrastructuur in de jaren vijftig en
zestig drastisch gemoderniseerd werden. Daardoor heeft
Parijs nu nog altijd grotendeels een 19e-eeuws aanzien. De gebroeders Lumière
organiseerden de eerste
filmvoorstelling ter wereld met de door hen uitgevonden
"cinématographe". Tot ver in de 20e eeuw trokken kunstenaars
uit andere Europese landen, maar ook uit
Noord-Amerika en Latijns-Amerika, naar Frankrijk in het
bijzonder Parijs om het daar 'te maken'.
1898 AD zorgde de Vlaamse Beweging ervoor dat de taalproblemen op de politieke kaart kwamen
te staan. De taalwetgeving resulteerde in de
Gelijkheidswet.
In de laatste jaren van de
19e eeuw werden de VS een grote macht die controle
uitoefende over de Filipijnen, Cuba en Guam alsmede over
meerdere eilanden in de Grote Oceaan. De nederlaag van
Spanje in de Spaans-Amerikaanse Oorlog lag hieraan ten
grondslag. Reeds zeventig jaar eerder waren bepaalde
Amerikaanse politici erin geïnteresseerd om Cuba te
annexeren. Vooral politici uit het Zuiden van de VS waren
er voor de Amerikaanse Burgeroorlog voor te vinden om een
nieuwe lidstaat tot de Unie te laten toetreden waar
slavernij bestond. Anderen hadden hierbij bedenkingen op
racistische basis, omdat op Cuba veel mensen leefden van
Afrikaanse afkomst en wilden daarom niet dat Cuba een
volwaardige staat van de Verenigde Staten zou worden. Cuba
bleef formeel onafhankelijk, maar de Verenigde Staten
kenden zichzelf wel het recht toe op militaire
interventie, iets waar ze ook gebruik van maakten. Dit en
de totale afhankelijkheid van de Cubaanse economie van de
Amerikaanse, toonden aan dat deze onafhankelijkheid
aanvankelijk slechts schijn was. De Filipijnen werden een
Amerikaanse kolonie. Hiervoor waren verschillende
motieven. Wegens de onstabiele situatie in China wilde de
VS aanwezig zijn in Oost-Azië. Anderzijds wilden ze
voorkomen dat de Filipijnen onafhankelijk zou worden of
dat Duitsland zichzelf zou bedienen en het land een Duitse
kolonie zou worden.
Twintigste eeuw
1901 AD wordt
Edward VII (1841 - 1910) koning van het Verenigd Koninkrijk van
Groot-Brittannië en Ierland en keizer van Indië. Hij was
de eerste vorst uit het Huis Saksen-Coburg en Gotha die
over het Verenigd Koninkrijk regeerde.
1908 AD wordt de Congostaat onder de
nieuwe naam Belgisch-Congo tot 1960, officieel een
kolonie van België.
1909 AD wordt
Albert Leopold Clemens Marie
Meinrad (1875 - 1934), prins van België, hertog van Saksen,
prins van Saksen-Coburg-Gotha, derde koning
van de Belgen, Albert I van België. De persoonlijke
dienstplicht verving het systeem van loting.
George V (1865
- 1936) wordt
de eerste Britse monarch uit het Huis Windsor. Hij was
koning van het Verenigd Koninkrijk en van de andere
gebieden binnen het Britse Rijk, maar George V was ook
keizer van Indië en de eerste koning van de Ierse
Vrijstaat.
1911 AD werd de laatste
Chinese keizer van de troon gestoten tijdens de
Xinhai-revolutie en werd de republiek China (1911 - 1928)
uitgeroepen. Direct hierna verklaarden Mongolië en Tibet
zich onafhankelijk en Tannu Tuva, een volksrepubliek
tussen Mongolië en Rusland, werd geannexeerd door
Rusland. De eerste president van de Republiek China was
Sun
Yat-Sen (1866 - 1925), die een leider van de revolutie was.
1912 AD
werd Yuan Shikai
(1859 - 1916),
een hoge militaire leider tijdens de laatste fase van de
Qing-dynastie, de tweede president van de Republiek China.
Hij behoorde oorspronkelijk tot de hervormers, maar bleek
vooral uit te zijn op macht. In 1915 probeerde hij het
keizerrijk te herstellen en als Hongxian-keizer zelf de
troon te bestijgen. Maar verzet van andere militaire
machthebbers en zijn voortijdige dood voorkwamen deze
restauratie van het keizerrijk. In de Eerste Wereldoorlog
koos de Republiek China de zijde van de geallieerden en
zond duizenden arbeiders naar het front in Frankrijk om te
helpen met de aanleg van loopgraven. Japan, dat ook
officieel de kant van de geallieerden had gekozen, bezette
echter de Duitse concessie te Shantung en trachtte China
met zijn "21 eisen" een groot deel van de soevereiniteit
af te nemen. In Versailles wees men de Duitse gebieden toe
aan Japan. Hierna brak een onrustige tijd aan. Er heerste
in de Republiek een anarchie, want er waren verschillende
groepen die onafhankelijk over delen van China
controleerden. De leiders van deze groepen worden de
'warlords' genoemd.
1914
AD bracht de
Oostenrijkse aartshertog en troonopvolger
Frans Ferdinand
samen met zijn vrouw op 28 juni een bezoek aan Sarajevo, de hoofdstad
van de Oostenrijk-Hongaarse provincie Bosnië en
Herzegovina. De Bosnisch-Servische student Gavrilo Princip
schoot Frans Ferdinand met een pistool neer, nadat een
ander lid van de Servische bende van 'De Zwarte Hand'
eerder die dag al een mislukte poging had gedaan om de
kroonprins en zijn vrouw te vermoorden met een granaat.
De publieke opinie in
Europa sloot zich aan bij de kant van Wenen en niet bij de
kant van Servië. Zelfs de Russen trokken hun handen van de
Serviërs, hun traditionele bondgenoten, af. De aanslag
leek in eerste instantie met een sisser af te lopen:
Oostenrijk leek niet te reageren. Pas op 23 juli stelde
Wenen aan Servië een 48-uursultimatum, het Juli-ultimatum.
In dit ultimatum werd geëist dat de zaak tot de bodem werd
uitgezocht. Hiervoor moest Servië zich een diepgaande
inbreuk op de soevereiniteit laten welgevallen, onder meer
door het toelaten van Oostenrijkse politieagenten. Servië
stemde met alle eisen in, op één na, namelijk het toelaten
van Oostenrijkse agenten op zijn grondgebied. Oostenrijk
verklaarde het antwoord onbevredigend en verbrak op 25
juli de diplomatieke betrekkingen met Servië. Oostenrijk
kondigde vervolgens een gedeeltelijke mobilisatie af en
Rusland besloot om Servië militair te steunen. Op 28 juli
verklaarde Oostenrijk de oorlog aan zijn kleine buur en
reeds de volgende dag werd Belgrado door de Oostenrijkse
artillerie beschoten. Oostenrijk-Hongarije besloot om over
te gaan tot een algehele mobilisatie en ook tsaar Nicolaas
II van Rusland keurde de mobilisatie van het Russische
leger goed. Duitsland stelde hierop een 12-uurs ultimatum,
de Russische mobilisatie moest ingetrokken worden. Toen
antwoord hierop uitbleef, verklaarde Duitsland Rusland de
oorlog. Ook Frankrijk besloot hierop om over te gaan tot
mobilisatie, om zijn verbond met Rusland gestand te doen.
Duitsland zou dit gebruiken door eerst met aartsvijand
Frankrijk af te rekenen en dan Rusland aan te pakken. Het
Schlieffenplan voorzag in een omtrekkende beweging door
Belgiëen Duitsland stelde België een ultimatum met de eis
tot vrije doortocht. België weigerde de Duitse troepen de
doortocht, waarop Duitsland het neutrale België de oorlog
verklaarde. Op 3 augustus verklaarde Duitsland Frankrijk
de oorlog, op 4 augustus trok Duitsland België binnen. Dit
was voor het Verenigd Koninkrijk reden om Duitsland nog
dezelfde dag de oorlog te verklaren aangezien het Verenigd
Koninkrijk de neutraliteit van België had gegarandeerd.
Met deze laatste Britse oorlogsverklaring waren aldus
binnen een week alle Europese grootmachten met elkaar in
oorlog geraakt. Het lukte de Belgen alleen om de opmars
van de Duitsers te vertragen, maar het Belgische leger
moest zich al snel terugtrekken tot achter de IJzer. De
Belgen zetten de IJzervlakte onder water om de Duitsers
voor 4 jaar tot stilstand te brengen. Koning Albert I, die
weigerde zijn soldaten op te offeren in zinloze
offensieven, bleef in België maar de regering trok zich
terug in het Franse Le Havre. In de Eerste Wereldoorlog
vluchtten grote aantallen Belgen naar het neutrale
Nederland. Om meer controle over de grens te krijgen,
begon de Duitse bezetter met de aanleg van De Draad, een
draadversperring met dodelijke elektrische spanning, langs
de grens tussen België en Nederland. Bij het uitbreken van
de Eerste Wereldoorlog was Italië formeel bondgenoot van
de Centralen, landen van Midden-Europa, maar verklaarde
zich aanvankelijk neutraal omdat het de Centralen als
agressors beschouwde. Bovendien had het de ambitie een
Groot-Italië te worden, waartoe het op delen van
Oostenrijk-Hongarije aanspraak maakte. De Britten zochten
toenadering tot Italië en bij het pact van Londen werd
Italië royale gebiedsuitbreiding beloofd als het mee zou
vechten aan de zijde van de Entente, landen van
West-Europa. De Eerste Wereldoorlog breekt uit en dit was
het einde van een tijdperk. Sindsdien zijn de
machtsverhoudingen drastisch gewijzigd. Aan de Britse
hegemonie kwam een eind, aan de victoriaanse waarden en
zelfgenoegzaamheid eveneens. De oorlog liet in
Groot-Brittannië diepe sporen nagelaten. Het Verenigd
Koninkrijk vocht samen met Frankrijk tegen het Duitse Rijk
en de Europese oorlog groeide uit tot een mondiaal
conflict. De tussenkomst van de Verenigde Staten was
doorslaggevend. Het Verenigd Koninkrijk behoorde tot het
winnende kamp, de prijs voor de overwinning was echter
zeer hoog. De vreselijke slachting in de Noord-Franse
loopgraven was nog maar het begin. Na het
bevrijdingsoffensief werd op 11 november 1918 de
wapenstilstand gesloten. Het Verdrag van Versailles zorgde
voor een annexeatie van de Duitse gebieden Eupen, Malmedy
en Sankt Vith, de zogenaamde Oostkantons.
De Eerste Wereldoorlog
van '14-'18 brak uit als een kettingreactie van
oorlogsverklaringen, die mogelijk werd door het stelsel
van bondgenootschappen tussen de grote Europese
mogendheden. In 1870 was al gebleken dat het verenigde
Duitsland veel sterker was dan Frankrijk en in WO I bleek
Duitsland ook sterker te zijn dan de Britten en de Fransen
samen. Zonder de Russen, die de Duitsers drie jaar lang
aan het oostelijk front bezighielden en toen moesten
opgeven, en de Amerikanen die vanaf april 1917 het
westelijke front kwamen versterken, was de oorlog aan dat
front slecht afgelopen voor Frankrijk. Een betrekkelijk
klein deel van het grondgebied langs de Duitse en
Belgische grens had direct te lijden van het
oorlogsgeweld, maar omdat alle oorlogvoerenden verrast
werden door de technische vooruitgang in de bewapening en
logistiek, werd WO I verreweg de grootste slachtpartij in
de geschiedenis en voor Frankrijk in het bijzonder, tot in
de kleinste dorpjes zijn nu nog monumenten te zien voor de
gevallenen voor het vaderland, de meesten in die oorlog.
Een Duitse onderzeeër U-21
vuurt een torpedo af en brengt als eerste een vijandig
oorlogsschip tot zinken. De rest van de Eerste
Wereldoorlog worden onderzeeërs vooral ingezet tegen de
koopvaardijvloot van de geallieerden die goederen en
troepen vanuit Noord-Amerika over de Atlantische Oceaan
naar Europa vervoeren.
1915 AD test het Engelse leger de eerste operationele tank, “Little Willie”. Het
jaar erna gebruiken de Engelsen voor het eerst een tank in
een oorlog, maar hij wordt door hun eigen artillerie
vernield. Ondanks deze aanloopproblemen is de tank
voortaan van doorslaggevend belang.
1917 AD werden de VS in de Eerste wereldoorlog
betrokken.
1919 AD na de Eerste Wereldoorlog
waren drastische wijzigingen in het politieke systeem in
België niet
meer tegen te houden en koning Albert I beloofde in zijn
troonrede om het algemeen enkelvoudig stemrecht in te
voeren. Door middel van een gewone wet werd de
kiesgerechtigde leeftijd verlaagd van 25 tot 21 jaar, had
elke man maar één stem meer en werden er voor het eerst
gecoöpteerde-niet door het volk verkozen-senatoren
aangeduid maar het vrouwenkiesrecht werd nog niet
toegestaan.
Elzas en Lotharingen kwamen
na de oorlog weer in Franse handen, maar de prijs was
ontstellend hoog geweest. Bij de onderhandelingen over het
Verdrag van Versailles en de daaruit voortvloeiende Duitse
herstelbetalingen en de Franse bezetting van het Rijnland
werden de Fransen verteerd door wraakzucht. Veel Fransen
hadden nog zwaardere voorwaarden willen opleggen om
Duitsland voorgoed te breken. Er werd bijvoorbeeld
voorgesteld om Duitsland weer op te splitsen in
onafhankelijke staten zoals het geval was geweest vóór de
oprichting van het Duitse keizerrijk. Maar vooral de
Britten wilden daaraan niet meewerken om de Fransen niet
al te sterk te maken op het continent. Maarschalk
Ferdinand Foch merkte op, "Dit is geen vrede, maar een
wapenstilstand van twintig jaar." Hij zou niet meer
meemaken hoe nauwkeurig hij gelijk kreeg. Van een nieuwe
internationale orde die de vrede moest garanderen middels
de Volkenbond kwam dan ook niets terecht, terwijl
Duitslands macht in wezen ongebroken bleef. De obsessie
met het Duitse gevaar leidde tussen 1928 en 1933 tot de
bouw van de kostbare Maginotlinie aan de Italiaanse en
vooral Duitse grens, waarachter de Fransen hoopten veilig
te zijn. De harde voorwaarden van het Verdrag van
Versailles droegen bij tot economische en politieke
ontwrichting in Duitsland en daarmee tot de opkomst van
het nationaalsocialisme. Toen het in 1933 aan de macht
gekomen nazi-regime de 'ketenen van Versailles' afwierp,
bleek dit heel snel in staat een dreiging te vormen voor
de rest van Europa. De stalinistische Sovjet-Unie kwam
toen nog niet in aanmerking als bondgenoot tegen
Duitsland, terwijl de samenwerking met de Britten en de
Amerikanen moeizaam verliep, die hadden wel enig begrip
voor de Duitse weerzin tegen het Verdrag van Versailles en
dreigen met een nieuwe oorlog tegen Duitsland was voor
slechts weinig Britten of Amerikanen een denkbare optie.
Ten aanzien van de Spaanse Burgeroorlog vonden de Britten
en de Fransen het voorkomen van escalatie naar een nieuwe
Europese oorlog het allerbelangrijkst. Zij namen in 1936
het initiatief tot een 'Non-interventie-comité', dat een
wapenembargo voor beide strijdende partijen moest
afdwingen. Daarvan kwam echter weinig terecht, omdat de
Sovjet-Unie de linkse Tweede Spaanse Republiek en
Duitsland en Italië de Falangistische opstandelingen
openlijk en massaal steunden. Tot een volledige escalatie
kwam het niet, maar dat zou slechts uitstel van executie
blijken te zijn. De binnenlandse situatie in Frankrijk
werd gekenmerkt door stagnerende bevolkingsgroei en
daarmee gepaard gaande demografische achterstand op
Duitsland, die als gevaarlijk werd beschouwd. In 1936
ontstond voor het eerst in de geschiedenis een
democratisch gekozen Volksfront van socialisten en
communisten, dat vier kabinetten zag komen en gaan, maar
twee jaar later definitief ten onder ging aan overspannen
verwachtingen en aan stakingen om die verwachtingen alsnog
te realiseren.
De twintig jaren tussen de
oorlogen, het Interbellum (1918 - 1939), waren achteraf
beschouwd eerder een wapenstilstand dan een echte vrede.
De Britten en de Fransen hadden voldoende staatsmanschap
om Duitsland niet tot het uiterste te willen vernederen,
maar de vredesvoorwaarden van Versailles, met zware
herstelbetalingen, bezetting van het Rijnland, teruggave
van Elzas en Lotharingen aan Frankrijk en een aantal
kleinere territoriale concessies waren toch al erg genoeg
voor Duitsland. Wat de geallieerde winnaars van de oorlog
nog het ergste vonden was dat de potentie van Duitsland
als de sterkste Europese mogendheid in wezen ongebroken
bleef. België vond dat Nederland niet neutraal was
geweest, omdat het Duitse troepen door Limburg had laten
terugtrekken, de verhouding met België zou problematisch
blijven. Politiek was men nu bijna altijd aangewezen op
coalitieregeringen en zelfs vaak tot een
samenwerkingsverband van de drie zogenaamde nationale
partijen, de katholieken, de socialisten en de liberalen.
Andere partijen die zich in het interbellum manifesteerden
waren het "Vlaamsch Nationaal Verbond", dat steeds meer
neigde naar het fascisme en het nationaalsocialisme, en de
Communistische Partij van België.
1921 AD wordt na de Eerste Wereldoorlog het einde van het Ottomaanse Rijk ingeluid, de
Osmaanse Turken behoorden immers tot de verliezers,
waardoor vrijwel al hun woongebied werd bezet. Zelfs de
overgebleven rompstaat Anatolië werd in een Turks,
Koerdisch, Armeens, Grieks, Frans, Brits, Italiaans en
internationaal grondgebied verdeeld, waarbij de Turken
alleen rondom Ankara controle mochten uitoefenen. Irak
viel onder Brits mandaat maar viert vanaf nu de Iraakse
onafhankelijkheid. De verdeling van Turkije
blijkt onuitvoerbaar en een Turkse tegenaanval leidde tot
een complete Turkse militaire overwinning, waarbij Turkije
globaal de huidige grenzen verwierf. Tijdens de campagnes
waren massale moordpartijen door zowel Turkse als Griekse
troepen op burgers begaan. Als gevolg van dit soort
gebeurtenissen werd een bevolkingsruil tussen Griekenland
en Turkije overeengekomen. Er vertrokken ongeveer 1,3
miljoen Grieken uit Klein-Azië naar Griekenland en
ongeveer 700.000 moslims vertrokken naar Turkije.
1925 AD kwam er in China
een einde aan de Warlord-periode, toen de leider van de
Nationalistische Kwomintang,
Chiang Kai-shek (1887 - 1975), president werd van de
Republiek. Hij versloeg in de burgeroorlog de warlords in
Noord-China.
1927 AD waren de Communistische Partij
China (CCP) en de Kwomintang (KMT) bondgenoten
totdat de KMT zich onder leiding van Chiang Kai-shek tegen
de communisten keerde en een Chinese Burgeroorlog
(1927 - 1949) ontketende. Men vermoedt dat dit te maken had
met een angst om Moskou geïnfiltreerd te worden. De
communisten waren een kleine groep, die gedwongen werd
ondergronds te gaan. In meer rurale gebieden zetten zij
sovjetstaatjes op naar Russisch model. De Chinese
Communisten besloten om de wapens op te pakken. Zij
bestonden uit arme ongeletterde boeren, die waren
uitgebuit door hun landbezitters en die in eerdere
conflicten alles verloren hadden. De CCP, uiteindelijk
geleid door Mao Zedong
(1893 - 1976), organiseerde zichzelf en werd met
het verstrijken van de jaren steeds sterker, waarbij de
discipline en ook de repressie toenamen. Zoals de Roden in
Rusland namen ook de Roden in China hun toevlucht tot
terreur. Nadat Chiang Kai-shek de
warlords had verslagen werd hij de leider van het
herenigde China. Hij veranderde een aantal dingen. De
hoofdstad werd verplaatst en de vlag van China werd
veranderd. China wordt na 1928 dan ook wel aangeduid als
Nationalistisch China of Kwomintang-China. In 1931 werd
president Chiang Kai-Shek opgevolgd door Lin Sen. In
datzelfde jaar viel het Japanse Keizerrijk de Chinese
provincie Mantsjoerije binnen en begon in feite de Tweede
Chinees-Japanse Oorlog.
1929 AD staat
Benito Mussolini (1883 - 1945)
met het Verdrag van Lateranen de Paus toe om
van Vaticaanstad een zelfstandige staat te maken.
Tijdens de roerige jaren
twintig, de Roaring Twenties, beleefden de VS een
ongekende opgang, die echter bruut werd onderbroken door
de Beurscrash van 1929. De depressie die hierop volgde
bereikte een treurig dieptepunt zonder dat het hierna echt
beter ging. Dit ondanks pogingen van de regeringen Hoover
en Roosevelt die met grootschalige projecten de
werkloosheid te lijf gingen.
1930 AD kwam in België aan de
economische opgang al snel een einde door de wereldcrisis. De sociale wetgeving werd aangepakt en dat
resulteerde onder andere in stakingsrecht, een acht-uren
werkdag en minimumloon. Ook Engeland werd hard getroffen
door de economische crisis van de jaren dertig. De crisis
trof vooral de gebieden waar ooit de industriële revolutie
was begonnen. De Engelse industrie was inmiddels voor een
groot deel verouderd.
1931 AD valt Japan Mantsjoerije binnen en ook Mussolini en
Adolf Hitler
(1889 - 1945) kunnen lange tijd ongehinderd hun gang gaan.
1933
AD omsingelden de
Kwomintang de Jiangxi Sovjet, de grootste provincie van
het toenmalige Chinese Sovjetrepubliek. Daarop besloten de
communisten met een leger van 130.000 man uit te breken om
te proberen zich bij kameraden in meer afgelegen gebieden
te voegen. De tocht staat bekend als de Lange Mars. Over
de Mars doen vele legenden, mythen en verzinsels de ronde
in China. Hoe het ook zij, voor de meeste deelnemers was
het een enorme prestatie. Ze legden 6000 tot 10.000
kilometer af en moesten soms op blote voeten bergketens
oversteken. Wanneer de communisten van het pad afweken dat
Chiang Kai-shek voor hen had uitgestippeld, werden ze
aangevallen en gebombardeerd. Ook de Tibetanen van Sichuan
waren hen vijandig gezind en overvielen deelnemers vanuit
de bossen. Moerassen leidden tot logistieke problemen en
malaria. Gedecimeerd kwam de groep in het Noordelijke
Yan'an aan.
1934 AD wordt
Leopold Filips Karel Albert
Meinrad Hubertus Maria Miguel (1901 - 1983) vierde koning van de Belgen, Leopold III van België.
1936 AD wordt
Edward VIII (1894 - 1972)
koning van het Verenigd Koninkrijk en keizer
van Indië. Hij stamde uit het Huis Windsor. Hoewel hij
lange tijd vrijgezel bleef had hij een turbulent
liefdesleven. Zijn escapades zorgden meermaals voor ophef
aan het hof. Het hof was teleurgesteld door Edwards
affaires met getrouwde vrouwen. Albert ging in Fort
Belvedere wonen waar hij zijn affaires met getrouwde
vrouwen voortzette en een affaire begon met de Amerikaanse
Wallis Simpson. De regering had er weinig vertrouwen in om
belangrijke documenten naar Fort Belvedere te sturen,
gezien de aanwezigheid van Simpson en andere huisgasten.
Het werd duidelijk dat de koning met haar wilde trouwen,
hoewel haar tweede echtscheiding nog niet uitgesproken
was. Premier Baldwin haalde aan dat de Anglicaanse Kerk,
waarvan Edward als koning het hoofd was, echtscheidingen
niet erkende en dat een gescheiden vrouw om die reden pas
kon hertrouwen als haar ex-man overleden was. Edward
stelde een morganatisch huwelijk voor, waarbij hij koning
zou blijven, maar Wallis geen koningin zou worden en
eventuele kinderen zouden geen troonopvolger zijn.
Politicus Winston Churchill (1874
- 1965), overigens een
vriend van Edward, was hier voorstander van. Echter, dit
voorstel werd niet aangenomen door het parlement. Edward
koos vervolgens om troonsafstand te doen, omdat hij Wallis
niet wilde opgeven. Hij was nog geen jaar koning en was
zelfs nog niet gekroond. Elf maand later, doet Edward VIII
troonsafstand in Fort Belvedere in bijzijn van zijn
jongere broers prins Albert, de hertog van York, Hendrik,
de hertog van Gloucester en George, hertog van Kent. De
volgende dag verliet Edward het land en vertrok naar
Oostenrijk. Zijn broer Albert werd de nieuwe koning, als
George VI (1895 - 1952).
1937 AD besluiten de Chinese
KMT en CCP tot een wapenstilstand. Mao stuurde zijn tweede
man Zhou Enlai naar de nieuwe hoofdstad Chongqing om de
contacten met de Kwomintang te onderhouden. De Japanners
waren inmiddels diep in China doorgedrongen, en hadden in
Mantsjoerije een satellietstaat uitgeroepen. Veel Chinezen
begrepen niet waarom Chinezen elkaar vermoordden terwijl
Japan hun land stukje bij beetje bezette. Uiteindelijk
kwam het tot een totale oorlog tegen Japan. Overigens kwam
het ook tijdens deze oorlog nog herhaaldelijk tot
botsingen tussen de CCP en KMT.
Voor
Kwomintang-China begon de Tweede Wereldoorlog. Japan bezette
toen grote gebiedsdelen van Oost-China, waaronder de
Chinese hoofdstad Nanjing. Dit zou ook de hoofdstad worden
van het door de Japanners bezette China. Ondanks dat de
Japanners de touwtjes in handen hadden, was het officieel
een onafhankelijke staat, net als Mantsjoerije, dat Japan
al eerder op China veroverd had. In het Westen zien de
meeste wetenschappers deze gebieden echter als bezet door
het Japanse Keizerrijk. Het door Japan bezette gedeelte
van de Republiek China beweerde dat dit het enige
officiële China was. Het had ook dezelfde vlag als voor de
bezetting met een extra strook erboven. Het land werd
geleid door een pro-Japanse Chinese regering. Toen Japan
in 1945 WO II verloor, werd de verovering door Japan in
1937 weer ongedaan gemaakt. Nanjing werd nu weer de
hoofdstad van heel Kwomintang-China inclusief
Mantsjoerije.
1939 AD verbindt Mussolini zich met het nazi-Duitsland van
Adolf Hitler en zo kwam
hij regelrecht in de vuurlinies van de Tweede
Wereldoorlog. Hitlers regime was economisch erg succesvol.
De werkloosheid was vrijwel uitgebannen en het BNP bijna
verdubbeld. De infrastructuur, zoals het wegennet, werd
sterk verbeterd. Dat aspect van zijn bewind kreeg ruime
steun van de Duitse bevolking. Het succes was echter te
danken aan een geleide loonpolitiek. De lonen waren de
vorige jaren ingezakt en mochten daarna niet meer stijgen.
Stakingen waren verboden. Een groot deel van de
economische groei werd opgeslokt door de wapenindustrie.
Fall Weiss was een Duits militair strategisch plan om
Polen binnen te vallen en te veroveren. De operatie werd
op 1 september 1939 uitgevoerd en wordt over het algemeen
beschouwd als het begin van de Tweede Wereldoorlog.
De Tweede Wereldoorlog
(1939 - 1945), die voor Frankrijk en Duitsland in feite een
voortzetting was van de eerste na een wapenstilstand van
20 jaar, was voor Frankrijk iets minder bloedig, maar
psychologisch een even grote schok. In de jaren dertig
hadden de Britten en de Fransen een Appeasement politiek
gevolgd ten aanzien van nazi-Duitsland en het fascistische
Italië. Duitsland en de Sovjet-Unie sloten tot veler
verbijstering het Molotov-Ribbentrop pact, een
niet-aanvalsverdrag, dat Duitsland de speelruimte gaf om
Polen binnen te vallen. Er restte de Britten en de Fransen
toen niets anders meer dan Duitsland de oorlog te
verklaren, hoewel zij de middelen niet hadden om de Duitse
opmars in Polen tegen te houden, deze werd gesteund door
de Sovjet-Unie, die het oostelijke deel van Polen bezette.
Het niet-aanvalsverdrag bleek dus ook een verdelingsplan
ten aanzien van Polen te zijn. In 1940 meenden de Duitsers
de handen vrij te hebben om af te rekenen met hun vijanden
in het westen, die niet veel meer hadden gedaan dan een
schemeroorlog voeren. Alleen ter zee was er sprake geweest
van een serieuze krachtmeting, tussen de Britten en de
Duitsers. De Duitse strijdkrachten bleken veel beter
lering getrokken te hebben uit de rampen van de Eerste
Wereldoorlog dan de Franse, die vrijwel al hun kaarten
hadden gezet op een statische verdediging vanuit de
Maginotlinie. De nieuwe Duitse tactiek wordt wel aangeduid
als Blitzkrieg, een volstrekt nieuw type oorlog, waarbij
de nadruk ligt op mobiele pantserstrijdkrachten en
tactische luchtsteun. Wat Duitsland in heel de Eerste
Wereldoorlog niet gelukt was, voltrok zich in 1940 tijdens
de Slag om Frankrijk in enkele weken, een totale Franse
nederlaag en bezetting door Duitsland, die Frankrijk
zonder bondgenoten nooit ongedaan zou kunnen maken. Toen
Duitsland Frankrijk al vrijwel geheel op de knieën had,
verklaarde Italië de oorlog aan Frankrijk, om nog wat
grensgebieden te kunnen veroveren in de Franse Alpen. Dit
lukte overigens maar zeer gedeeltelijk. De Britse
bondgenoten konden via Duinkerken maar net het vege lijf
redden, met achterlating van honderdduizenden
krijgsgevangenen en al hun materieel. De Britten en de
Fransen hadden niet kunnen voorkomen dat Luxemburg,
België, Nederland, Denemarken en Noorwegen door Duitsland
veroverd werden. Duitsland zou in de volgende jaren ook de
Franse administratie en economische middelen kunnen
gebruiken voor zijn politieke en militaire doelstellingen.
Spanje, geleid door dictator Francisco Franco (1892
- 1975),
bleef neutraal ondanks aandringen van Hitler.
Als voorwaarde om Nazi-Duitsland militair te helpen, vroeg
Spanje het bezit van de Franse kolonie Marokko, iets wat
Hitler niet wou toestaan. Na de ondertekening van een
wapenstilstand in 1940 tussen Frankrijk en Duitsland werd
de Derde Republiek opgeheven en in Zuidoost-Frankrijk het
Vichyregime ingesteld, dat zich État français noemde, maar
steeds meer een marionettenregime in Duitse handen werd,
Noord- en West-Frankrijk werden door de Duitsers bezet
gebied. De hoog bejaarde Philippe Pétain, een maarschalk
die in de Eerste Wereldoorlog de held van de slag bij
Verdun was geweest, fungeerde als een boegbeeld van
conservatief patriottisme. In bezet Frankrijk speelde het
verzet-op het platteland heette die de Maquis-een
actieve rol, die werd gesteund vanuit Engeland, maar het
was lang niet voldoende om de Duitse bezetter te
verdrijven.
1940
AD vallen Duitse troepen zonder oorlogsverklaring België binnen. Koning
Leopold III bllijft in België, maar de ministers wijken
uit naar Frankrijk en later naar Londen. Het volledig
bezette België kreeg ondertussen een militair bestuur. Na
een aanvankelijk aarzelend begin breidt de verzetsbeweging
zich snel uit. De Belgische economie werd door de
nazi-Duitsland ingezet voor de oorlogsvoering en er kwam
een verplichte arbeidsdienst. Leopold III legde de wapens
neer en beschouwde zich vanaf dan als de krijgsgevangene
van de Duitsers. Hij ging ervan uit dat Duitsland de
oorlog had gewonnen en voor lang de Europese politiek zou
beheersen. Zijn defaitisme werd veroordeeld, zowel door de
regering als door het parlement. De onmogelijkheid van de
koning om te regeren-door de regering beslist-werd
toen geacteerd. Het militair conflict werd
op wereldschaal uitgevochten tussen twee allianties: de
asmogendheden en de geallieerden. De heroïsche rol die
Groot-Brittannië speelde onder leiding van premier Winston
Churchill, heeft het reeds bestaande gevoel van Britse
superioriteit nog versterkt. Cruciaal was de Slag om
Engeland waarin Spitfire vliegtuigen het eiland
verdedigden.
Het isolationisme zorgde
aanvankelijk ervoor dat de VS zich militair buiten de
Tweede Wereldoorlog hielden. Wel werd er via de Lend-Lease
Act geld en materiaal naar de geallieerden gestuurd.
1941 AD zorgden de
Japanse aanval op Pearl Harbor en de Duitse
oorlogsverklaring ervoor dat de VS deelnamen aan
de Tweede Wereldoorlog. De oorlog zou vier jaar duren
voordat de vijand definitief verslagen was. De
atoomaanvallen op Japan in 1945 waren daarbij van
doorslaggevende betekenis. Nazi-Duitsland was een aantal
maanden eerder al verslagen.
In het algemeen werd het
Vichy-regime als legitiem ervaren, al was het maar omdat
de in ballingschap opererende Charles de Gaulle
(1890 - 1970) met zijn
Vrije Fransen niet als serieus alternatief werd beschouwd.
Het Vichyregime heeft uit eigen beweging joden opgepakt en
laten afvoeren naar Duitse vernietigingskampen en verzette
zich tegen de Geallieerde invasie op zijn koloniale
rondgebied in Marokko. Vanaf 1942 werden ook in het
Vichy-gebied Duitse troepen gelegerd, omdat Duitsland een
geallieerde invasie vanuit Noord-Afrika vreesde.
1944 AD op 6 juni (D-Day)
landen de geallieerde troepen op de stranden van Normandië
in het Departement Calvados. De stranden kregen de namen
Utah, Omaha, Gold, Juno en Sword en de aanval stond bekend
onder de naam Operatie Overlord. In de gevechten om
Normandië leden met name de steden Caen en Saint-Lô zware
schade.
Op 12 juni ontploft de eerste zelfsturende raket
in de geschiedenis in Londen. De
Duitse V - 1 is uitgerust met een raketmotor en een
eenvoudig besturingssysteem, waardoor hij de grote stad
kan treffen.
Op 3 september wordwerd
na de geallieerde doorbraak
vanuit Normandië Brussel bevrijd
en een paar weken later praktisch geheel België. Na een
korte Duitse tegenaanval in het Ardennenoffensief was de
oorlog voor België in januari 1945 voorbij.
In de Franse koloniën en
andere overzeese gebiedsdelen organiseerden de Vrije
Fransen na een moeizaam begin hun strijdkrachten onder
leiding van generaal Charles de Gaulle. De Vrije Fransen
werden op den duur enigszins serieus genomen door hun
Britse en Amerikaanse bondgenoten. Vooral de Amerikaanse
president Roosevelt zag lange tijd meer in het
Vichy-regime dan in De Gaulle, volgens Roosevelt was die
slechts een balling die in zijn eigen land bij verstek ter
dood veroordeeld was. De Vrije Fransen vochten zij aan zij
met de Britten en de Amerikanen in Noord-Afrika, Syrië en
Libanon, niet alleen tegen de Duitsers en Italianen, maar
ook tegen het Vichy-regime, dat nog altijd de scepter
zwaaide in veel Franse koloniën en protectoraten. In 1944
was eindelijk de bevrijding van het eigen land aan de
beurt. De Vrije Fransen namen deel aan de Invasie in
Normandië, die voor het grootste deel door Amerikaanse,
Britse en Canadese troepen werd uitgevoerd. Bij de daarop
volgende ruim twee maanden durende Slag om Normandië
vielen honderdduizenden doden en gewonden aan beide
zijden, gepaard gaand aan enorme verwoestingen. Het Franse
binnenlandse verzet deed nuttig werk met het saboteren van
Duitse verbindingen en transporten, wat tot zware Duitse
represailles leidde. Het bloedbad van Oradour-sur-Glane is
er het beruchtste voorbeeld van. In 1944 vielen de
geallieerden ook de Côte d'Azur binnen met de amfibische
operatie Dragoon, om zo de Duitsers te dwingen hun
krachten nog verder te verdelen. Het geheel in diskrediet
geraakte Vichy-regime verdween als sneeuw voor de zon en
er vonden op grote schaal wraakacties plaats tegen
collaborateurs. Na vier jaar ballingschap kon Charles de
Gaulle een emotionele intocht in Parijs houden, waar hij
een Voorlopige Franse Regering installeerde, die ook door
de Geallieerden erkend werd. De Gaulle probeerde
onmiddellijk een eigen soevereine rol te spelen door het
Franse verzet op te nemen in de reguliere Franse
strijdkrachten en door zich te bemoeien met het verloop
van de strijd tegen Duitsland, wat nog al eens tot ruzie
met de Britten en de Amerikanen leidde. Pas in 1945 werden
na zware gevechten in de Elzas de laatste Duitse troepen
van Frans grondgebied verdreven. In diezelfde maand werd
de Conferentie van Jalta gehouden door de Britten,
Amerikanen en Russen over de toekomst van Europa en de
voortzetting van de oorlog tegen Japan. De Gaulle werd
blijkbaar nog niet voldoende serieus genomen om daar te
worden uitgenodigd.
1945 AD in april geven de laatste Duitse
SS-eenheden zich over in Noord-Italië, Mussolini
wordt door partizanen gearresteerd en
vermoord. Een jaar later spreekt de Italiaanse bevolking
zich in een referendum uit voor de invoering van de
republiek Italië.
Op 6 augustus gooien de
Amerikanen de eerste atoombom. In de Japanse stad
Hiroshima komen 75.000 mensen om het leven en 90.000 raken
gewond.
Drie dagen later wordt
Nagasaki weggevaagd, waarna de Japanners zich overgeven.
1946 AD Over één ding waren de
Fransen het na de bevrijding eens, de Derde Republiek die
in 1940 ten onder was gegaan, zou niet terugkeren, maar
daarmee hield de overeenstemming op. De Gaulle, hoofd van
de voorlopige regering, wilde een versterkte uitvoerende
macht, waarin hij voor zichzelf een leidende rol op het
oog had. De meerderheid van de gekozen Grondwetgevende
Vergadering koos echter voor het andere uiterste, een
almachtig parlement. De Gaulles voorlopige regering ruimde
het veld voor de Vierde Republiek en De Gaulle
trok zich terug uit de politiek. De Vierde Republiek leed
vervolgens aan chronische politieke instabiliteit.
Frankrijk werd evenals de andere Europese koloniale
mogendheden overschaduwd door de twee nieuwe supermachten,
Amerika en de Sovjet-Unie. Zij waren de echte winnaars van
de Tweede Wereldoorlog en verdeelden een groot deel van de
wereld in twee invloedssferen waartussen de nog
grotendeels gekoloniseerde derde wereld klem kwam te
zitten. Dit maakte het verlies van het Franse koloniale
rijk evenals het Britse en Nederlandse vrijwel
onvermijdelijk. Niet alleen de Sovjet-Unie, maar ook
Amerika was voor dekolonisatie, omdat dit land zich
beschouwt als voortgekomen uit de allereerste
dekolonisatie en bovendien om invloed in de derde wereld
te winnen ten koste van de Sovjet-Unie.
1947 AD bleek Groot-Brittannië te
uitgeput om het Britse Rijk langer te kunnen handhaven.
Brits-Indië werd zelfstandig, bijna alle andere
koloniën gingen gedurende de volgende twee decennia
verloren. De afbrokkeling van het reusachtige imperium
verliep ongekend snel.
1948 AD na de Tweede Wereldoorlog
was de tijdsgeest zo gevorderd dat ook volledig
vrouwenkiesrecht onvermijdelijk was geworden. De vrouwen
verkregen ook stemplicht (door Algemeen
enkelvoudige stemplicht voor alle Belgische burgers ) en
mochten ze zich ook verkiesbaar stellen voor
parlementsverkiezingen. Feitelijk bleven vrouwen in
verhouding tot hun aandeel in de bevolking
ondervertegenwoordigd in Kamer en Senaat. Om deze situatie
om te buigen werd een systeem van positieve discriminatie
door middel van quota ingevoerd die stelde dat elke
kieslijst voor de helft uit vrouwen moet bestaan. Bij de
eerste drie plaatsen op de lijst moet ook minstens één
iemand van het andere geslacht staan.
1949 AD
maakt de Sovjet-Unie zijn eerste atoombom.
Na de
Tweede Wereldoorlog werd in China de Chinese Burgeroorlog
tussen de Chinese Communistische Partij en de Kwomintang
voortgezet. Deze burgeroorlog werd door de
communisten gewonnen. De aanhangers van de Kwomintang
vluchtten naar Taiwan, terwijl Mao Zedong een dictatoriaal
bewind aan de macht brengt dat uiteindelijk een strikte
controle zou uitoefenen over het dagelijks leven in China
en het leven zou kosten aan miljoenen mensen. Voorafgaand
aan het dieptepunt van Mao's regime, de Culturele
Revolutie (1966 - 1970), heroverde China in 1959 het in 1912
onafhankelijk geworden Tibet.
Veel Chinezen waren van
de KMT vervreemd tijdens de oorlog ten gevolge van de
Witte Terreur, ook de KMT nam ten slotte zijn toevlucht
hiertoe. Chiang Kai-shek kreeg bovendien de schuld van de
welig tierende corruptie. Zijn offensief liep ten slotte
vast terwijl zijn soldaten met duizenden deserteerden
richting Mao Zedong. Hij begon op militaire successen te
jagen, en bezette ten slotte Yan'an, dat als een
overwinning werd bejubeld, maar de communisten onder
leiding van Mao Zedong trokken zich simpelweg terug met
medeneming van alles van waarde. De nationalisten verloren
meer en meer terrein, eerst in het noorden, maar later ook
in het zuiden. Alle grote steden vielen in handen van de
communisten. Op 1 oktober 1949 riep Mao Zedong de
Volksrepubliek China uit. Deze dag is nog altijd China's
nationale feestdag. De nationalisten
weken uit naar Taiwan en er bestaat nog steeds een
beweging van autochtone Taiwanezen die zich compleet wil
losmaken van China.
1950 AD werd het naoorlogse tijdperk in
de Verenigde Staten bepaald door de steeds grimmigere
Koude Oorlog, de wapenwedloop met de Sovjet-Unie en de
door de Spoetnikcrisis versnelde Ruimtewedloop. De oorlog
in Korea (1950 - 1953) was de eerste grote test van de Koude
Oorlog.
Ondertussen rondde het Amerikaanse volk de migratie van de
boerderijen naar de steden af, begon de economie zich om
te vormen van een industriële basis naar een
diensteneconomie en maakte de welvaart van een
triomfantelijk Amerika een sterke groei door.
Tegelijkertijd werden de zaadjes van het ongenoegen
gezaaid die later zouden uitgroeien tot de sociale
revolutie van het eind van de jaren zestig.
1951 AD leidden de omstreden houding en eventuele
terugkeer van Leopold III als koning tot de zogenaamde koningskwestie. Voeg daarbij de
Vlaams-Waalse tegenstellingen en dit alles bracht België
op de rand van een burgeroorlog. Deze kon alleen voorkomen
worden door de troonsafstand van Leopold III ten voordele
van zijn zoon Boudewijn. Boudewijn Albert Karel Leopold
Axel Marie Gustaaf (1930 - 1993), Graaf van Henegouwen,
Hertog van Brabant, Prins van België, regeerde in de
periode 1950 - 1951 als koninklijk prins en werd daarna de
vijfde koning der Belgen.
1952 AD zet Gamal Abdel
Nasser
(1918 - 1970) de Britten opzij en wordt
alleenheerser in Egypte.
Elizabeth II (1926-2023)
wordt koningin van het Verenigd Koninkrijk van
Groot-Brittannië en Noord-Ierland, Canada, Australië en
Nieuw-Zeeland. Tevens is zij staatshoofd van twaalf
Commonwealth realms die in de loop van haar koningschap
onafhankelijk werden, namelijk; Jamaica, de Bahama's,
Grenada, Papoea-Nieuw-Guinea, de Salomonseilanden, Tuvalu,
Saint Lucia, Saint Vincent en de Grenadines, Antigua en
Barbuda, Belize en Saint Kitts en Nevis. Ze is de vierde
monarch van de Windsor-dynastie.
1955 AD terwijl de Koude Oorlog zich
voortsleepte stapten de Verenigde Staten in de
Vietnamoorlog (1955 - 1975). Tegelijk kwam een reeds lang
sluimerende sociale onvrede in de samenleving naar boven
waardoor vrouwen, minderheden en jongeren in opstand
kwamen. Enkele politieke moorden op John F. Kennedy,
Malcolm X, Robert Kennedy en Martin Luther King zorgden
voor grote onrust en stortten het land in de grootste
crisis sinds de Amerikaanse Burgeroorlog. De democratische President
Lyndon
B. Johnson (1908 - 1973) reageerde met het verbeteren van de
gezondheidszorg en antidiscriminatiewetten.
1957 AD zorgde Economische
schaalvergroting, met name door de inwerkingtreding van de Europese Economische Gemeenschap
(EEG), voor
een periode van hoogconjunctuur.
1958 AD laait de schoolstrijd weer op toen de socialistisch-liberale regering Van
Acker II de subsidiëring van vrije katholiek onderwijs
terug schroefde. Het Schoolpact dat door de drie nationale
partijen werd gesloten, bracht terug rust in
onderwijsland.
Charles de Gaulle maakt een
geweldige comeback in de politiek toen de Algerijnse
Oorlog uitzichtloos was geworden. Hij kreeg toen de kans
zijn politieke visie te verwezenlijken. De door hem
ingevoerde staatkundige hervormingen, met een aanzienlijke
versterking van de uitvoerende macht met een president aan
het hoofd, hebben de Vijfde Republiek een behoorlijke
politieke stabiliteit gegeven. Hijzelf werd de eerste
president. Zijn vurige patriottisme en zijn autoritaire
stijl waren wellicht als rechts te beschouwen, maar hij
was niet afkerig van staatsbemoeienis met de economie en
zijn antiamerikanisme in de buitenlandse politiek evenals
zijn eigengereide streven naar 'detente' met de
Sovjet-Unie vielen goed bij links en rechts.
De Grote Sprong Voorwaarts
(1958 - 1961) was een campagne van de Communistische Partij
van China (CPC). Mao Zedong wilde met de campagne zorgen
voor een snelle transformatie van China van een agrarische
economie naar een industriële maatschappij. De Grote
Sprong Voorwaarts leidde tot een hongersnood met miljoenen
dodelijke slachtoffers. Bij de Grote Sprong Voorwaarts
stierven volgens verschillende schattingen 18 tot 45
miljoen mensen.
1960 AD dwongen onlusten in Leopoldstad de Belgische regering
ertoe om het recht van Belgisch-Kongo op
onafhankelijkheid te erkennen. Meteen braken daar onlusten
uit die België noopten tot een militaire interventie.
De Fransen stelden zich soepeler op, de rest van Frans koloniaal
Afrika kon zonder bloedvergieten onafhankelijk worden en
bleef veelal in de Franse invloedssfeer, zowel cultureel
als economisch. Frankrijk onderhoudt zelfs vrij goede
contacten met post-koloniale regimes in een Franse
invloedssfeer, waarbij herhaaldelijk het
Vreemdelingenlegioen ingezet werd om bevriende regimes in
het zadel te houden. Dit leverde Frankrijk nog al eens een
beschuldiging van neokolonialisme op. Een onverwacht
gevolg van de dekolonisatie was dat niet alleen de ca.
900.000 'pieds noirs', de Europese kolonisten uit Algerije
een goed heenkomen zochten in het voormalige moederland,
maar ook miljoenen inwoners uit de voormalige koloniën, en
dat velen nog steeds proberen dit te doen. Tegenwoordig is
bijna 10% van de bevolking een immigrant uit een
voormalige kolonie of een nakomeling daarvan. Dit heeft
politieke gevolgen gehad, zoals de opkomst sinds de jaren
zeventig van het Front National, dat niet alleen
extreemrechts en xenofoob genoemd wordt maar waarvan de
eerste leider Jean-Marie Le Pen
(1928-nu) zich bovendien
vergoelijkend uitgelaten heeft over de bezetting door de
nazi's van Frankrijk en de Holocaust een 'detail in de
geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog' noemde.
1962 AD worden Rwanda en Burundi onafhankelijke staten.
Tijdens het presidentschap
van John F. Kennedy
(1917 - 1963) beleefde de Koude Oorlog zijn heetste
momenten tijdens de Cubacrisis, waarin
ternauwernood een atoomoorlog vermeden werd toen de
Sovjet-Unie onder zware druk offensieve atoomraketten uit
Cuba terugtrok.
1966 AD was de Grote Proletarische
Culturele Revolutie (1966 - 1976), vaak afgekort tot
Culturele Revolutie, een revolutionaire campagne die
plaatsvond in de Volksrepubliek China. De revolutie werd
in gang gezet door Mao Zedong, de toenmalige voorzitter
van de Communistische Partij van China, om zijn
tegenstanders hardhandig uit te schakelen. Hiermee
verkreeg Mao Zedong zijn positie van absolute macht terug.
Mao had deze positie verloren ten gevolge van de
mislukking van de Grote Sprong Voorwaarts. Schattingen van
het aantal doden ten gevolge van de gewelddadigheden
tijdens de Culturele Revolutie variëren tussen de 2 en 8
miljoen mensen.
1969 AD bleek De Gaulles schepping zijn aftreden en zijn dood in 1970 met gemak te
overleven, niet alleen onder rechtse presidenten, maar ook
onder de linkse president François Mitterrand
(1916 - 1996), die de
uitroeping van de Vijfde Republiek ooit had bestempeld als
een 'permanente staatsgreep', zelfs 'cohabitatie' tussen
een president en een regering van een andere politieke
richting blijkt mogelijk te zijn.
1970 AD wordt in Egypte Gamal Abdel
Nasser opgevolgd door Mohammed Anwar al-Sadat
(1918 - 1981).
1972 AD wordt België
getroffen door de internationale economische crisis. Dit
zorgde weer voor grote begrotingstekorten en een
onophoudelijke toename van de staatsschuld.
1974 AD
hadden de VS te maken met een periode van malaise
veroorzaakt door stagflatie, de oliecrisis en de eerste
verschijnselen van internationaal terrorisme. President
Richard Nixon, Republikein, raakte verwikkeld in de
affaire rond Watergate die uitmondde in een
dreigende Impeachment, een afzettingsprocedure. Nixon trok
zijn conclusies en trad af.
Sinds de jaren zeventig is
het Verenigd Koninkrijk lid van wat destijds de Europese
Economische Gemeenschap heette. Populair is deze
organisatie in Engeland nog altijd niet.
1976 AD na de dood van Mao blijft China in naam communistisch, maar wordt geleidelijk
aan vrijer op persoonlijk en economisch vlak terwijl het
toch de elementen van totalitarisme ten opzichte van
politiek, religie en etnische minderheden behoudt. Deng
Xiaoping, na Mao de voorzitter van de Communistische
partij, verklaart: "Het maakt niet uit of de kat wit of
zwart is, als hij maar muizen vangt." Hiermee wilde hij
zeggen dat het niet zo veel uitmaakt welke ideologie je
aanhangt, als er maar goede resultaten worden behaald. Tot
op de dag van vandaag blijft het eenpartijstelsel in China
gehandhaafd, al is er door sommige ouderen binnen de
partij voorzichtig gepleit voor meer democratie. De
schending van de mensenrechten en de corruptie blijven
echter een probleem, bijvoorbeeld ook ten opzichte van
Falun Gong en Tibet.
1979
AD neemt
Saddam Hoesein
(1937-2006) de macht over in Irak en Margaret Thatcher
(1925-2013), bijgenaamd de IJzeren Dame, wordt eerste
minister van het Verenigd Koninkrijk. Thatcher was de
eerste vrouwelijke premier, de langst regerende en meest
controversiële Britse regeringsleider van de twintigste
eeuw. Zij gooide het roer radicaal om en voerde
systematisch een neoliberaal, monetaristisch beleid,
gericht op privatisering. Dit stuitte in grote delen van
het land op felle weerstand. Door haar compromisloos
optreden tijdens de Britse mijnwerkersstaking brak ze de
linkse oppositie en uiteindelijk de macht van de
vakbonden. Haar euroscepsis kon zowel bij links als bij
rechts op veel sympathie rekenen.
1981 AD wordt in Egypte Anwar Sadat
door Mohammed Hosni Said Moebarak (1928-2020)
opgevolgd.
1985 AD President
Reagan (1911-2004) was
daadkrachtig en, volgens critici, roekeloos. Hij was een
fervent anticommunist en hij schroomde er niet voor terug
harde taal te gebruiken jegens de Sovjet-Unie. Ook voerde
hij de wapenwedloop op om zo de Sovjet-Unie financieel op
de knieën te krijgen. Samen met zijn geestverwant en goede
vriendin Margaret Thatcher
(1925-2013), de premier van
Groot-Brittannië, zag hij in de aan het roer
gekomen Sovjetleider Gorbatsjov
(1931-2022) een gesprekspartner.
Toen de Sovjet-Unie
uiteindelijk viel en het Oostblok liberaliseerde, groeide
de welvaart van de Verenigde Staten tot ongekende hoogte,
evenals de schuldenlast.
1990 AD wordt Tatcher opgevolgd door
John Major
(1943-nu), een partijgenoot. Zijn regeerperiode begon met
de recessie en zijn conservatieve regering ging gebukt
onder schandalen.
Reagans opvolger,
George H.
W. Bush zag zich geconfronteerd met de inval in Koeweit
van Saddam Hoesseins Irak, het begin van de Golfoorlog
(1990 - 1991). De door Amerika geleide Operatie Desert Storm
vond plaats die Irak weer uit Koeweit verdreef.
1991 AD wordt het nieuwe Verdrag
betreffende de Europese Unie, dat de afspraken over de
invoering van de monetaire unie bevatte, goedgekeurd op de
Europese Raad van Maastricht.
1993 AD overlijdt Koning Boudewijn en hij wordt opgevolgd door zijn broer koning
Albert
II. Albert Felix Humbert Theodoor Christiaan Eugène Marie
(1934-nu), prins van Luik, prins van België, wordt de
zesde koning der Belgen. Hij is de jongste zoon van koning
Leopold III en koningin Astrid.
1995 AD
hield Irak Clinton (1946-nu) vaak
bezig en de conflicten in de Balkan en Somalië vereisten
de inzet van Amerikaanse troepen. De inzet in de Balkan
werd vooral buiten de Verenigde Naties om geregeld, met
name door de NAVO. De Vredesakkoorden van Dayton
maakten een einde aan het conflict in Bosnië en
Herzegovina maar al gauw waren de VS en de NAVO verwikkeld
in een conflict tegen Servië om Kosovo.
Onder het presidentschap van
de gaullistische Jacques Chirac (1932-2019) waren de twee
belangrijke doelstellingen het vergroten van de
internationale concurrentiekracht en de multiculturele
samenleving mogelijk maken.
1997 AD hoewel de economie in
Engeland er verbluffend goed voor stond, won Labour de verkiezingen, en werd
Tony Blair (1953-nu) de
nieuwe premier, onder de regering Blair kregen Schotland
en Wales allebei een eigen wetgevend lichaam, het Schots
Parlement en de Welsh Assembly.
1999 AD wordt, na tien
jaar van voorbereidingen, op 1 januari uiteindelijk de euro ingevoerd.
2000 AD wist
George W. Bush (1946-nu) met een kleine meerderheid van de kiesmannen het
presidentschap te winnen. In het begin van zijn eerste
termijn werden de Verenigde Staten opgeschrikt door de
eerste aanval op eigen grondgebied sinds de aanval van
Japan op Pearl Harbor. De twee torens van het World Trade
Center in New York werden verwoest met door met Al Qaida
terroristen bestuurde lijnvliegtuigen, evenals een deel
van het Pentagon nabij Washington. Een vierde
lijnvliegtuig verongelukte in Pennsylvania nadat
passagiers de kapers hadden weten te overmeesteren. Het
gevolg van deze aanval was de door Bush als zodanig
aangeduide "strijd tegen terrorisme". Eind 2001 wierp het
Amerikaanse leger met brede internationale steun de
Talibanregering in Afghanistan omver.
2003 AD viel de VS Irak
tijdens de Irakoorlog binnen. Hierbij werd het land door
meer dan 30 andere landen gesteund. Reden voor deze
kleinere steun was mede het feit dat de Verenigde Naties
het niet eens konden worden over de inval in Irak en veel
landen het dan ook niet konden steunen. Na een snelle
overwinning van de Amerikaanse troepen, werd Bagdad door
de Amerikanen bezet. De Amerikaanse troepen wisten ook
Saddam Hoessein op te pakken. Er brak in Irak vervolgens
een groeiende tegenstand uit die vele levens kostte.
Intussen was er internationaal kritiek op het Amerikaanse
optreden ontstaan. Nadat in 2005 Irak formeel weer werd
overgedragen aan de Irakezen leek de rust aanvankelijk
weer enigszins terug te keren. Beloofd werd dat de
Amerikaanse troepen zouden beginnen met een algehele
terugtrekking. Dit werd later weer uitgesteld, met name
met het oog op het blijvende sektarisch geweld in Irak. In
2007 gooide president Bush het roer in Irak radicaal om
met de zogenaamde surge. Het aantal Amerikaanse troepen in
Irak werd flink uitgebreid om zodoende het land meer
stabiliteit te bezorgen hetgeen ook goeddeels lukte.
2008 AD wordt, tijdens deze
economisch tumultueuze tijd, bij de
presidentsverkiezingen voor het eerste maal een
Afro-Amerikaan als president verkozen, senator
Barack
Obama (1961-nu). Aanvankelijk had Obama brede steun in zowel het
binnen- als buitenland. Gaandeweg nam zijn populariteit
echter radicaal af, mede na het aannemen van een wet in
het Congres die het Amerikaanse zorgstelsel hervormde
alsmede de steeds verder oplopende recorduitgaves en
nationale schuldenlast. Deze tanende populariteit werd
onderstreept door enkele verkiezingsnederlagen van de
Democraten in districten waar zij normaliter een grote
meerderheid behalen. Er ontstaat een conservatieve
proteststroming die als de tea-party movement bekend werd.
Ook onder onafhankelijke kiezers nam zijn populariteit af.
2010
AD tekende president
Obama de Patient Protection and Affordable Care Act beter
bekend als Obamacare voor de hervorming van de Amerikaanse
gezondheidszorg en de verplichting op te leggen aan alle
Amerikanen om een gezondheidsverzekering af te sluiten.
Nadien is er hevig verzet hiertegen vanuit de
Republikeinse partij en zijn meerdere pogingen geweest om
de wet af te schaffen. Donald Trump
(1946-nu), die van 2017 tot 2021
president was, heeft al diverse pogingen gedaan om de wet
af te schaffen maar dat is ondanks de Republikeinse
meerderheid in beide kamers nog niet gelukt. Wel zijn al
belangrijke onderdelen van de wet geschrapt, zoals de
verzekeringsverplichting.
2011 AD stond onder het presidentschap van
Nicolas Sarkozy (1955-nu) het aanscherpen van de
immigratiewetten als een belangrijk punt op de agenda. In
het voorjaar was Frankrijk één van de westerse
landen bij de interventie in Libië, om daar de
opstandelingen te beschermen tegen uitroeiing door het
regime van Moammar al-Qadhafi
(1942-2011). Er werd een Libische
no-flyzone ingesteld naar aanleiding van een resolutie van
de Veiligheidsraad van de VN. Deze no-flyzone heeft zeker
bijgedragen aan de val van het regime van Qadhafi,
sindsdien verkeert Libië echter in staat van chaos.
2013 AD moeten onder het presidentschap van
François Hollande (2012-2017) de economische problemen van
Frankrijk worden aangepakt namelijk de pensioenen
hervormen en de werkloosheid bestrijden. Frankrijk
intervenieerde in de Malinese Burgeroorlog
2012-2013 min of meer op eigen initiatief, maar wel met
politieke steun van de EU, om te voorkomen dat
islamistische rebellen de overhand zouden krijgen. Deze
operatie wordt beschouwd als een ‘Franse en Malinese
overwinning’, in juni 2013 werden er
presidentsverkiezingen gehouden in Mali. Op 7 januari 2015
werd de Franse hoofdstad, Parijs, getroffen door een
terreuraanslag op de redactie van weekblad ‘Charlie
Hebdo’, twaalf van de aanwezige twintig redactieleden
werden door twee daders met kalasjnikovs neergemaaid. Op
13 november 2015 werd Parijs getroffen door een serie
gecoördineerde terreuraanslagen met in totaal 130
dodelijke slachtoffers. De aanslag werd opgeëist door ISIS
als vergelding voor de Franse aanvallen op ISIS in Irak en
Syrië. Nog diezelfde dag kondigde president Hollande de
noodtoestand af, die daarna meerdere malen werd verlengd,
onder meer naar aanleiding van de nieuwe aanslag in Nice
op 14 juli 2016, de Franse nationale feestdag, reed een
Frans-Tunesische man met een grote vrachtwagen in op de
menigte die had staan kijken naar het traditionele
vuurwerk in de stad Nice, en joeg daarmee zeker 84 mensen
de dood in.
2013 AD wordt
Filip Leopold Lodewijk Maria
(1960-nu) de zevende koning der Belgen. Hij
is de oudste zoon van koning Albert II en koningin Paola.
2016 AD houdt
David Cameron (1966-nu) een referendum in het Verenigd Koninkrijk over het
lidmaatschap van de Europese Unie, waarbij hij zijn post
in de weegschaal legde, hij verloor en trad af.
Theresa
May (1956-nu) volgde hem op, maar ook zij raakte verstrikt in het
Brexit-kluwen en trad af, ze werd opgevolgd door Boris
Johnson. Boris Johnson
(1964-nu), een pro-Brexit vertegenwoordiger,
is een promotor van de vele voordelen, die
Groot-Brittannië te wachten staan bij de Brexit. De
moeilijke onderhandelingen met de Europese Unie en de
impact van de coronacrisis maken het hem niet makkelijk.
2017 AD begint het Presidentschap van
Emmanuel Macron (1977-nu), die op 39-jarige leeftijd de jongste Franse
leider sinds Napoleon Bonaparte is.
2020 AD op 31 januari is de
Brexit een feit, het Verenigd Koninkrijk treedt uit de
Europese Unie. Daarmee kwam na 47 jaar een einde aan het
lidmaatschap van het Verenigd Koninkrijk. Het was de
eerste keer in de geschiedenis van de Europese Unie dat
een lidstaat terugtrad uit de Unie.
2021 AD op 6 januari beleefde
de VS een politieke thriller. Het was de dag waarop het
congres officieel de overwinning van Joe Biden
(1942-nu) als
president-elect moest bevestigen. Zittend president Donald
Trump had eerder die dag een opruiende toespraak gegeven
voor tienduizenden aanhangers in Washington D.C. waarin
hij opriep om het verkiezingsresultaat niet te aanvaarden
en naar het Capitool te trekken om zich er te laten horen.
Dit namen enkele honderden aanhangers echter heel
letterlijk toen ze overgingen tot het bestormen en
binnendringen van het Capitool. Binnen was de zitting van
het Congres aan de gang onder leiding van vicepresident
Mike Pence. Alle politici werden in allerijl geëvacueerd.
De gewelddadige betogers lieten een spoor van vernieling
na. De National Guard kon rond middernacht de betogers uit
het gebouw verdrijven, waarna de zitting werd hervat, en
Biden uiteindelijk om half vijf 's nachts tot volgende
president werd benoemd. Er vielen 5 doden en verschillende
gewonden. 68 betogers werden gearresteerd. Vanuit de hele
wereld kwamen misnoegde reacties op deze gebeurtenis. Het
werd beschouwd als een aanval tegen de Amerikaanse
democratie. Trump kwam in opspraak voor zijn rol hierin.
Verschillende partijgenoten distantieerden zich dan ook
van hem. Ook namen in het Witte huis tal van naaste
medewerkers van de president ontslag.
Einde-End
|
********** |